Federale regering Belgie
Tewerkstelling van buitenlandse werknemers
(2006-11-17)
Persbericht van de Ministerraad
Toekenning van een arbeidskaart C aan buitenlandse onderdanen met het
subsidiair beschermingsstatuut
De ministerraad besliste dat buitenlandse onderdanen met het
subsidiair beschermingsstatuut recht hebben op een arbeidskaart C
tijdens de periode waarin hun verblijf is beperkt. Hij keurde daarvoor
op voorstel van minister van Werk Peter Vanvelthoven een wijziging van
het koninklijk besluit goed dat de wet op de tewerkstelling van
buitenlandse werknemers uitvoert. (artikel 17 van koninklijk besluit
van 9 juni 1999 - wet van 30 april 1999)
Het subsidiair beschermingsstatuut (**) wordt toegekend aan personen
die niet beantwoorden aan de voorwaarden van de Conventie van Genève
om als vluchteling erkend te worden, maar voor wie er fundamentele
redenen bestaan om aan te nemen dat ze gevaar lopen op ernstige schade
zoals de doodstraf of foltering, als ze naar hun land van herkomst
worden teruggestuurd. Na verloop van 5 jaar verwerven ze het statuut
definitief.
De maatregel treedt in werking op 10 oktober 2006. Het ontwerp wordt
voor advies overgemaakt aan de Nationale Arbeidsraad en daarna aan de
Raad van State.
(**) overeenkomstig de Europese richtlijn 2004/83/EG over het
vluchtelingenstatuut, die de wet van 15 september 2006 in Belgisch
recht heeft omgezet.