Beantwoording vragen van het lid Van Velzen over het gebruik van fosforbommen door het Israëlische leger (http://www.minbuza.nl:80menulm_nl:)
15-11-2006 | 16:29
Samenvatting:
Inhoud:
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door het lid Van Velzen over het gebruik van fosforbommen door het Israëlische
leger. Deze vragen werden ingezonden op 25 oktober 2006 met kenmerk 2060702030.
De Minister van Buitenlandse Zaken,Dr. B.R. BotAntwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen
van het lid Van Velzen (SP) over het gebruik van fosforbommen door het
Israëlische legerVraag 1Bent u bekend met berichten waaruit op te maken valt dat Israël inmiddels
toegeeft fosforbommen ingezet tehebben bij aanvallen op Hezbollah in Libanon, afgelopen zomer? (1)AntwoordJa.Vraag 2Herinnert u zich uw antwoorden op schriftelijke vragen over het gebruik van
clusterbommen en fosforbommen door het Israëlisch leger? (2)AntwoordJa.Vraag 3Bent u bereid terug te komen op uw antwoord ëAangezien Nederland thans niet
kan verifiëren of Israëlfosfor(bommen) heeft ingezet, is Nederland niet in staat om de gevraagde
toetsing aan het internationaal humanitair oorlogsrecht uit te voeren»? (3) Bent
u bereid, nu erkend wordt dat dergelijke bommen zijn ingezet, alsnog te laten
onderzoeken of de inzet van dergelijke wapens een schending van het
internationaal humanitair oorlogsrecht vormde? Zo neen, waarom niet?AntwoordDe regering roept in herinnering dat fosforbommen als zodanig niet verboden
zijn onder het Conventionele Wapens Verdrag.Het derde Protocol inzake brandwapens van dit verdrag beperkt weliswaar hun
gebruik, doch verbiedt de inzet van fosforbommen niet.Noch Israël, noch Libanon hebben het derde Protocol van het Conventionele Wap
ens Verdrag geratificeerd.Wat betreft de internationaalrechtelijke situatie ten aanzien van het gebruik
van fosforbommen geldt derhalve dat dit juridische instrument niet op Israël van
toepassing is, behoudens die regels die kunnen worden aangemerkt als
internationaal gewoonterecht.Om te beoordelen of er sprake is geweest van een inzet van fosforbommen in
strijd met het internationale gewoonterecht is het noodzakelijk de feiten en
omstandigheden rond die inzet goed te kennen. Ook na de Israëlische verklaring
omtrent het gebruik van fosforbommen beschikt Nederland niet over adequate en
afdoende informatie om deze afweging te maken.De regering heeft geen verzoek van de Libanese autoriteiten ontvangen om het
Israëlische gebruik van fosforbommen te onderzoeken. Wel zou de regering een
streven naar een onafhankelijk onderzoek t.a.v. de vraag of de inzet van
fosforbommen door Israël in Libanon afgelopen zomer een schending van het
internationaal humanitair oorlogsrecht vormde, bijvoorbeeld door de Verenigde
Naties, ondersteunen.(1) Zie, onder meer: BN De Stem, 23 oktober2006, ëIsraël geeft fosforgebruik toe».(2) Aanhangsel van de Handelingen nr. 2025,vergaderjaar 2005-2006.(3) Ibid, pag. 4300.
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken