Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Frits Rotgans (1912-78) en andere Rotterdamse stadsgezichten in Centrum Beeldende Kunst Rotterdam

(11 november - 12 december 2006)

Met zijn haarscherpe zwartwitfoto's heeft Frits Rotgans als geen ander na de oorlog een beeld geschapen van de wederopbouw en het Rotterdamse havenbedrijf. Voor de spectaculaire gezichtspunten in zijn foto's beklom hij met zijn zelfgemaakte camera gebouwen en drijvende bokken om de open vlaktes van de haven in beeld te krijgen. Zijn camera's die hij liefkozend namen gaf zoals 'Tin Frizzie' en 'Rotgans Ideaal' gaf hij cassettes waarmee hij drie breedbeeldfoto's aaneen kon koppelen en tegelijk belichten, zodat de meest uitgestrekte panoramafoto's van de Rotterdamse haven ontstonden. Het werk van Rotgans staat centraal in een stadsgezichtententoonstelling die een beeld geeft van een eeuw stadsontwikkeling. Tot 12 december te zien in het Centrum Beeldende Kunst Rotterdam.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog begon Frits Rotgans met fotograferen: het leven onder de Duitse bezetter bracht hij in beeld. Vaak waren het alledaagse beelden met verbodsbordjes achter caféruiten en propaganda-affiches op kale muren. Later werkte hij vooral als industriefotograaf maar vond de gewone camera niet geschikt voor de langgerekte beelden die hij wilde vastleggen. Dat lukte wel met de breedbeeldcamera's die hij om die reden zelf ging bouwen. Zodoende kon hij vooral zijn havengezichten in beeld brengen, de lange sleep van schepen en schippers over het water, waarmee hij internationale bekendheid zou krijgen.

Rotgans fotografeerde de haven en het centrum tijdens de wederopbouw maar was niet de enige. Zijn foto's hangen in het Centrum Beeldende Kunst als in een puzzeltocht langs bestaande en verdwenen plekken in Rotterdam. Een foto van Frits Rotgans toont de Bijenkorf in aanbouw na de oorlog. Erboven zien we ongeveer dezelfde plek tijdens de aanleg van de metro bij Beurs, opgetekend door A. Schotel in 1965. Bedrijvigheid en wederopbouw bepaalden ook die jaren nog steeds het straatbeeld. Uit diezelfde tijd stamt de serie pentekeningen van De Bruyn: ze liggen op een plat blok in de tentoonstelling, als ware het een rondgang. Samen tonen ze een wandeling van Hofplein richting Centraal Station, in 1968. Een bijna dorpse, vriendelijke uitstraling heeft het Weena in deze tekeningenreeks.

De oorlog maakte niet alleen een einde aan een historisch, statig aanzien van de stad, maar ook aan het bruisende en sjieke nachtleven. Natuurlijk kwam dat later weer terug, maar qua sfeer onvergelijkbaar met een paar decennia eerder. Carel van Hees fotografeerde in de jaren tachtig en negentig de ruige, spraakmakende feesten in Nighttown en daarnaast hangt nachtburgemeester Jules Deelder in een prachtige Spacetower: een virtuoze houtsnede van Blommaart uit '86.

Ook de route van de oude spoorbrug keert een paar keer terug, waarover je via de Maas de stad in reed richting Blaak. Veel mensen missen die brug nu nog - er gaan geluiden op om hem te herbouwen. Het witte huis zien we, ooit de eerste wolkenkrabber van Europa maar in de vorige eeuw verloor het qua schaal al van andere bouwsels en de haven die ook elders in de tentoonstelling alsmaar terugkeert. Zeer vooroorlogse crisistaferelen zien we in de gaarkeuken en oudemannenhuis van Oostervant (waar nu het zwembad staan). Het verdwenen stukwerk heeft een speciale plek op de panelen in de doorgang rechts van de tentoonstelling: ruim vijftien jaar geleden werd het stukwerk nog op de pallets gesjouwd en uitgetakeld, tegen een decor dat grijs stond van de kranen. Een verdwenen tijd, maar het staal, de stoerheid, de werkdrift zijn duidelijk constantes in deze tentoonstelling die bijna een eeuw stadsgezichten beslaat.

De tentoonstelling is ingericht volgens vergelijkingen: plekken toen en nu hangen naast en boven elkaar. Zoek de verschillen.

Centrum Beeldende Kunst Rotterdam

Nieuwe Binnenweg 75

3014 GE Rotterdam

di - vr 12 - 17 uur, za 10 - 17 uur, zo 12 - 17 uur.

010 4360288 / www.cbk.rotterdam.nl