Opinie 31: `Ecologische voorspellingen voorbarig'
Overal is competitie. Politici winnen stemmen ten koste van anderen,
sporters strijden voor een medaille en zangers vechten in The X-Factor
om een platencontract. In de dierenwereld is het niet anders en wordt
er flink gestreden om voedsel en vrouwtjes. Toch begrijpt de
wetenschap nog steeds weinig van dit verschijnsel. Promovendus Wouter
Vahl achterhaalde de mechanismen van competitie bij wadvogels en deed
een aantal verrassende ontdekkingen. Vahl: `Het is voorbarig de ideeën
over competitie in te zetten voor natuurbeleid.' Hij promoveert op 10
november 2006 aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Volgens Vahl is competitie (in de biologie: de strijd om schaarse
goederen) een van de meest bestudeerde onderwerpen in de ecologie.
`Alleen al het aantal veldexperimenten loopt in de honderden.' Vahl
constateert echter dat we, ondanks al dat onderzoek, er nog erg weinig
van begrijpen. `Hoe komt competitie tot stand? Waarom maken dieren het
elkaar in bepaalde situaties soms lastig? Onbeantwoorde vragen. Daarom
is het tot nu toe niet goed mogelijk gebleken te voorspellen wanneer
en in wat voor mate competitie zal plaatsvinden.' Waarom weten we zo
weinig van dit verschijnsel? Vahl: `Ik denk dat het komt doordat
ecologen zich teveel op populaties hebben gericht. Er is te weinig
gekeken naar de interacties tussen individuen.' Vahl probeerde daarom
in zijn onderzoek de mechanismen achter competitie te achterhalen.
Daarbij richtte hij zich op de minst begrepen vorm van competitie:
interferentiecompetitie. `Dat wil zeggen: competitie waarbij nadelige
effecten het gevolg zijn van interacties tussen individuen. Sommige
dieren vechten bijvoorbeeld veel om voedsel. Dit kan nadelig zijn,
omdat dit een boel tijd en energie kost.'
Vahl deed experimenten met voedselzoekende wadvogels: kanoeten en
steenlopers. `In Groningen wordt al sinds de zeventiger jaren
onderzoek gedaan naar de verspreiding van wadvogels over wadplaten.
Elk tij moeten de vogels de keuze maken waar ze hun voedsel gaan
zoeken.' Vahl had het voorrecht gebruik te mogen maken van `de
wadvogelunit', een kunstwad - inclusief kunstmatige getijden - van het
NWO-instituut NIOZ (Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der
Zee) op Texel, waar experimenten met gevangen wadvogels gedaan kunnen
worden. `Erg bijzonder dat ik daar kon werken. Het meeste ecologische
onderzoek vindt plaats in het veld en dat heeft gewoon z'n beperkingen
omdat de omstandigheden daar niet te controleren zijn. Door het NIOZ
kunstwad kon ik essentiële experimenten doen die in de vrije natuur
onmogelijk zijn.'
Competitie om voedselplek
Vahl bood op verschillende manieren voedsel aan en keek vervolgens
nauwkeurig hoe de vogels reageerden. De resultaten waren verrassend.
`Het idee was altijd dat vogels last hebben van elkaar doordat ze
voedsel van elkaar stelen. Maar uit mijn experimenten blijkt dat
competitie juist het gevolg is van het vechten om voedselplekjes. Er
wordt dus niet gevochten om eten, maar om plekjes.' Dat lijkt een
triviaal verschil, maar Vahls bevindingen hebben grote gevolgen voor
de modellen van de verspreiding van vogels op wadplaten en de
voorspellingen die daarop gebaseerd zijn. Ook waren er belangrijke
verschillen in de reacties van steenlopers en kanoetstrandlopers; de
ene vogelsoort is dus ook blijkbaar de andere niet.
Vahl is er bij zijn onderzoek vooral van overtuigd geraakt dat
ecologen nog schokkend weinig begrijpen van competitie bij
voedselzoekende dieren. Een verontrustende conclusie. `De huidige
ideeën over competitie worden namelijk al wel ingezet voor
maatschappelijke doeleinden zoals natuurbescherming. Dit is
voorbarig.' Zijn ecologische voorspellingen dan nutteloos? `Nee,
absoluut niet. Wel is het zo dat kwantitatieve uitspraken die je vaak
tegenkomt in milieueffectrapportages te serieus worden genomen.
Bijvoorbeeld het aantal vogels dat zou verdwijnen als er ergens een
haven wordt aangelegd. Die getallen moet je met een flinke korrel zout
nemen omdat de modellen op uiterst gebrekkige kennis gebaseerd zijn.'
Volgens Vahl is er met name behoefte aan experimenteel onderzoek met
gevangen dieren in gecontroleerde omstandigheden. `Als we competitie
beter willen begrijpen, is dat absoluut noodzakelijk.'
Curriculum vitae
Wouter Karsten Vahl (Gouda, 1977) studeerde biologie in Groningen.
Zijn promotieonderzoek voerde hij uit bij de groepen Dierecologie en
Theoretische Biologie van het Centre for Ecological and Evolutionary
Studies van de RUG. Het praktische werk vond plaats bij het NIOZ op
Texel. Zijn promotoren zijn prof.dr. F.J. Weissing en prof.dr. T.
Piersma. De titel van Vahls proefschrift is: Interference Competition
Among Foraging Waders. ISBN: 90 367 2796-0 (ISBN elektronische versie
90 367 2797-9).
Rijksuniversiteit Groningen