Ministerie van Buitenlandse Zaken

Kamerbrief inzake beantwoording vragen van de leden Tjon-A-Ten en Koenders over VN-Resolutie 1325 (http://www.minbuza.nl:80menulm_nl:) 08-11-2006 | 11:02

Samenvatting:

Inhoud:

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Tjon-A-Ten en Koenders over VN-Resolutie 1325. Deze vragen werden ingezonden op 23 oktober 2006 met kenmerk 2060701830.De Minister van Buitenlandse Zaken,Dr. B.R. BotAntwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Tjon-A-Ten en Koenders (PvdA) over VN-Resolutie 1325Vraag 1Heeft u kennis genomen van de rapportage van de Speciale VN-Gezant voor de Mensenrechten in Birma, de heer Paulo Sergio Pinheiro, aan de VN-Mensenrechtenraad, waarin hij stelt, data) er aanhoudende berichhten zijn over gendergerelateerd geweld, zoals verkrachtingen, tegen Birmese vrouwen/meisjes, vooral die uit etnische en religieuze minderheidsgroepen;b) de Birmese overheid, vooral het leger, verantwoordelijk geacht moet worden voor deze mensenrechtenschendingen;c) het geweld tegen vrouwen/meisjes onder meer leidt tot beperking van hun bewegingsvrijheid?1AntwoordJa.Vraag 2Heeft u kennis genomen van het feit dat de Speciale VN-Gezant een krachtige veroordeling heeft uitgesproken vanwege de weigering van het Birmese regime om een onafhankelijk onderzoek toe te staan naar de berichten van seksueel geweld tegen vrouwen/meisjes in de Shan Staat en dat hij verklaard heeft het volstrekt onacceptabel te achten dat degenen die zich beklagen over de door vertegenwoordigers van de Birmese overheid of het leger uitgevoerde mensenrechtenschendingen tegen vrouwen/meisjes te maken krijgen met vergeldingsmaatregelen in plaats van dat wordt onderzocht hoe deze mensenrechtenschendingen kunnen worden voorkomen? Wat is uw oordeel hierover? AntwoordJa. Ik deel het oordeel van de Speciale Rapporteur inzake de mensenrec htensituatie in Birma.Vraag 3Heeft u kennis genomen van de oproep van de 'Women's League of Burma' van 8 mei 2006, om de sterke toename van aanvallen van het Birmese leger in Karen Staat, met ernstige gevolgen voor burgers in het algemeen en voor kwetsbare groepen, zoals vrouwen en kinderen, in het bijzonder, aan de orde te stellen in de VN-Veiligheidsraad?2AntwoordJa.Vraag 4Bent u bereid - mede omdat Nederland behoort tot de groep 'Vrienden van 1325'
- te bevorderen dat de groeiende zorgen over het Birmese overheidsgeweld tegenover kwetsbare groepen, in het bijzonder vrouwen/meisjes, in de VN-Veiligheidsraad aan de orde gesteld zullen worden tijdens het debat over Resolutie 1325, op 26 oktober 2006? Zo neen, waarom niet?AntwoordTijdens het open debat in de VN-Veiligheidsraad op 26 oktober heeft Nederland sekse-gerelateerd geweld in conflictsituaties aan de orde gesteld en zijn zorgen uitgesproken over overheidsgeweld tegen kwetsbare groepen zoals meisjes en vrouwen. Nederland heeft samen met Frankrijk een resolutie ingediend in de Derde Commissie van de AVVN over geweld tegen vrouwen. Deze resolutie veroordeelt alle vormen van geweld tegen vrouwen en seksueel geweld in het bijzonder. Tevens zal de EU tijdens de 61ste zitting van de Algemene Vergadering met steun van Nederland in de Derde Commissie een resolutie indienen over de mensenrechtensituatie in Birma. In de resolutie wordt het rapport van de Speciale Rapporteur over de mensenrechtensituatie in Birma verwelkomd en wordt de Birmese overheid opgeroepen de aanbevelingen van de Speciale Rapporteur uit te voeren. In de resolutie worden verschillende mensenrechtenschendingen scherp veroordeeld, waaronder buitengerechtelijke executies, verkrachtingen en ander seksueel geweld begaan door het Birmese leger.1: E/CN.4/2006/34 Report of the Special Rapporteur on the situation of human rights in Myanmar, 27 september 2006.
2: Zie: Verklaring Women's League of Burma van 8 mei 2006; zie ook: http://www.womenofburma.org/Statement&
Release/8May06_military_offensive_in_Karen_State.pdf.


---