Nederlandse stad overvol en ongezond
NVB: Nieuw kabinet moet zich richten op leefbare steden
Een radicale koerswijziging is nodig om de Nederlandse stad gezond en
leefbaar te houden. Nu is het bouwbeleid van de overheid gericht op
zoveel mogelijk flats en mensen op een kluitje. Met alle gevolgen van
dien als overvolle steden, parkeerdruk, geluidsoverlast, fijn stof en
het verdwijnen van de laatste restjes stedelijk groen. Zon 48% van de
stadskinderen speelt nu al niet meer buiten. Obesitas, vetzucht onder
kinderen neemt onder stadskinderen schrikbarend toe. Nu al zien we dat
mensen nieuwe bouwplannen steeds minder accepteren. Het is daarom
belangrijk dat het nieuwe kabinet de compacte stad gedachte loslaat en
zich volledig richt op de leefbare stad. Waar ruimte is voor groen,
gezelligheid en stedelijke recreatie. In die nieuwe benadering moeten
ter financiering de randen van de stad, het centrum én het ommeland
als aanvullend aan elkaar worden beschouwd.
Deze oproep deed Jo Goossens, de nieuwe voorzitter van NVB Vereniging
voor ontwikkelaars & bouwondernemers tijdens de jaarvergadering,
maandag 6 november in congrescentrum Figi in Zeist. Het congres van de
brancheorganisatie van ruim 200 ontwikkelende bouwbedrijven stond dit
jaar geheel in het teken van de Groene Stad. In de visie van Goossens
een zeer actueel thema omdat groen bij veel gemeenten nu een restpost
is. En dit komt omdat door het concept van de compacte stad, de nadruk
veel te veel ligt op verdichten. Goossens: Vijftig procent van de
grote Nederlandse steden zitten volgens recente cijfers van de Raad
voor het Landelijk gebied nu al ver onder de vereiste groennorm van 75
vierkante meter groen per woning. Zij dreigen volgens de plannen van
de compacte stad binnenkort nog eens 20 procent groen te verliezen.
Volgens de NVB-voorzitter maakt het Rijk daarom een kapitale fout door
zo hardnekkig aan dit concept vast te houden. Het is achterhaald. Uit
onderzoek blijkt overduidelijk dat niet een groenstedelijke stad
ervoor zorgt dat we vaker in de auto zitten, maar juist een compacte
stad met veel flats en mensen op een kluitje. Die trekken er ter
compensatie in het weekend met de auto op uit. Bovendien is ondanks
het beleid de verrommeling van het landschap gewoon doorgegaan. Kijk
maar naar de bedrijventerreinen langs de snelwegen. Ook dat is een
politieke keuze geweest.
Het nieuwe kabinet moet het compacte stad model daarom loslaten en
zich richten op het creëren van leefbare steden. Een stad wordt pas
sterk als mensen er graag komen en er ook graag willen wonen. Soms kan
verdichting helpen maar even zo vaak door juist niet te verdichten
maar door ruimte te geven voor pleinen, parken, water en andere vormen
van stedelijke recreatie. Uit onderzoek blijkt de belangstelling voor
groenstedelijk wonen zelfs groter dan voor de typisch dorpse milieus
of het platteland. Groen biedt volgens Goossens, dus een perfecte
vestigingsplaats en bevordert tevens de gezondheid en helpt de
effecten van fijn stof, roetdeeltjes en CO2 te verminderen.
Naast aandacht voor een leefbare stad met een bouwprogramma dat niet
zoals nu alleen bestaat uit appartementen, moet het nieuwe kabinet een
integrale benadering van stad en ommeland stimuleren. Dit betekent
sneller aan de randen van de stad nieuwe gebieden voor woningbouw
aanwijzen waardoor winsten die hier worden gemaakt, kunnen worden
ingezet voor projecten in de bestaande stad en het financieren van
stedelijk groen. Onze benadering is dus wezenlijk anders dan dat van
de compacte stad. Daar waar de compacte stad de spanning tussen
binnenstad en daarbuiten vergroot, leggen wij juist de verbinding
daartussen. Wij zien rand, centrum en ommeland nadrukkelijk als
aanvullend en niet als tegenstrijdig.
Daarnaast is het, aldus Goossens, belangrijk dat als de overheid
erkent dat groen een belangrijke voorwaarde voor een leefbare
samenleving is, daar ook geld voor uittrekt. Soms zijn de kosten voor
groen zo hoog, dat die niet door het plaatselijke marktmechanisme
kunnen worden opgebracht. Om dan toch het maatschappelijke belang
ervan te ondersteunen is geld uit de algemene middelen onmisbaar. Het
gaat immers om de leefbaarheid
NVB Bouwondernemers & Ontwikkelaars