Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervragen van Aasted-Madsen en Buijs over het vergoedingsbeleid ADHD

Kamerstuk, 6-11-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

GMT-K-U- 2721737

6 november 2006

Antwoorden van de minister op Kamervragen van de Kamerleden Aasted-Madsen en Buijs over het vergoedingenbeleid ADHD (2060700870).

Vraag 1
Herinnert u zich uw brief van 29 augustus jl. 1) waarin u besloot de huidige clustering van Concerta en Strattera met methylfenidaat (Ritalin) te handhaven? Hebt u tevens kennis genomen van het artikel van de heer Toenders van de Commissie Farmaceutische Hulp (CFH) in Medisch Contact 2)? Is het gebruikelijk dat de CFH haar besluitvorming over vergoedingen via de media meedeelt? Zo neen, hoe beoordeelt u deze publicatie?

Antwoord 1
Het antwoord op de eerste twee vragen is ja. Het is gebruikelijk dat de besluiten van de CFH openbaar worden gemaakt. Alle adviezen en rapporten van de CFH staan op de website van het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Tevens publiceert het CVZ een Nieuwsbrief Farmacie. De nieuwsbrief bevat actuele ontwikkelingen over de beoordeling en vergoeding van geneesmiddelen.
In het verleden is het meer voorgekomen dat de secretaris van de CFH in Medisch Contact een CFH advies toelicht. Ik vind het goed dat de besluitvorming rond vergoedingen transparant is.

Vraag 2
In welke concrete gevallen bent u de afgelopen jaren afgeweken van het oordeel van de CFH? Welke afwegingen en criteria speelden daarbij een rol? Hoe beoordeelt u in dit verband de gegevens en conclusies van de onderzoekers Pronk en Bonsel? 3)

Antwoord 2
Gedurende mijn ambtsperiode heb ik in alle gevallen de CVZ-adviezen over het vergoeden of het niet vergoeden van individuele geneesmiddelen overgenomen.
In dit geval, de clustering van de ADHD middelen, heb ik het CVZ advies opgevolgd om de ADHD middelen te clusteren. De gegevens en conclusies van de onderzoekers Pronk en Bonsel gaan niet specifiek in op de vraag of mijn voorgangers zijn afgeweken van een voorstel van het CVZ om geneesmiddelen te clusteren. Ik ken echter geen voorbeelden waarin mijn voorgangers een clusteringsvoorstel van CVZ hebben omgezet in een volledige vergoeding via bijlage 1b, om zo de bijbetaling voor patiënten op te lossen. Dit is ook niet logisch, omdat het geneesmiddelen vergoedingsysteem in principe een bijbetalingssysteem is. Bijbetalingen ontstaan doordat de fabrikant een hogere prijs rekent dan de vergoedingslimiet. Als de fabrikant de prijs van de langwerkende middelen verlaagt tot de vergoedingslimiet, zijn deze middelen, die therapeutisch gelijkwaardig zijn aan het kortwerkend middel, ook volledig vergoed.

Vraag 3
Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen van de leden Joldersma en Aasted-Madsen over `dubbele diagnose'? 4) Bent u er ook van overtuigd dat een optimale behandeling niet alleen bestaat uit gebruikmaking van de werkzame stof, maar ook afhangt van zaken als gebruikersvriendelijkheid, toedieningsvorm en het voorkomen van intensieve en kostbare psychiatrische zorg, onderwijskundige zorg en verslavingsbehandelingen?

Antwoord 3
Ik herinner mij mijn antwoorden. Ik ben pas overtuigd als dit wetenschappelijk wordt aangetoond. Dit is juist één van de problemen rond de volledige vergoeding van de ADHD- middelen. Het is niet aangetoond dat de gebruiksvriendelijkere vorm van de nieuwe ADHD- middelen zich vertaalt in een therapeutische meerwaarde.

Vraag 4
In hoeverre speelt farmaco-economie inmiddels een rol bij de toelating van geneesmiddelen tot het vergoede pakket? Kunt u een en ander inzichtelijk maken aan de hand van de recente besluitvorming rondom de vergoeding van Concerta en Strattera?

Antwoord 4
Farmaco-economie speelt een rol bij de toelating tot het vergoede pakket van niet clusterbare middelen. Clusterbare middelen zijn medicijnen die als onderling vervangbaar beschouwd kunnen worden met middelen die nu al in het pakket zitten. Concerta en Strattera zijn middelen die geclusterd kunnen worden met methylfenidaat. Farmaco-economie heeft dus geen rol gespeeld bij de vergoeding van Concerta en Strattera.

Vraag 5
Wanneer krijgt de Kamer, zoals beloofd, inzicht in de nieuwe criteria die ten grondslag liggen aan de modernisering van het Geneesmiddelen Vergoedingssysteem (GVS) 5) en wanneer ontvangt de Kamer een voorstel tot wijziging van het GVS?

AQntwoord 5
Het CVZ steeft ernaar het advies over de modernisering van het GVS voor het eind van dit jaar uit te brengen. Als ik het advies heb ontvangen, zal ik de Kamer informeren.

1) Kamerstuknummer 29 477, nr. 26
2) Medisch Contact, 29 september 2006, 61 nr. 39, blz. 1532-1534. 3) Eur J Health Econom 2004 5:274-277
4) Aanhangsel-Handelingen, nr. 2120, vergaderjaar 2005-2006 5) Tweede Kamer, vergaderjaar 2005-2006, 29 359 en 28 494, nr. 86