Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Toezegging AO GGZ

Kamerstuk, 6-11-2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ/GGZ/2719059

6 november 2006

Tijdens het Algemeen Overleg over de integrale beleidsnotitie geestelijke gezondheidszorg heb ik de Tweede Kamer toegezegd nog enkele vragen schriftelijk te zullen beantwoorden. Ik verwijs daarbij naar mijn eerdere brief (TK,vergaderjaar 2005-2006, 29689,nummer 100), waarin een drietal vragen is beantwoord.

Hieronder vind u het antwoord op de resterende vraag, van Mevrouw Kant, naar de terugdringing van het aantal separaties en van dwangmedicatie in het kader van een nieuwe behandelwet.

De Wet Bopz wordt momenteel voor de derde maal grondig geëvalueerd. Daarbij wordt onder meer gekeken naar hoe de Wet Bopz na de diverse aanpassingen in de praktijk werkt, en of deze wet door een "behandelwet" moet worden vervangen. Mocht uit deze evaluatie blijken dat het verder terugdringen van het aantal separaties en dwangmedicaties noodzakelijk is dan zal ik mij in het kader van de verdere herziening van de Wet Bopz hiervoor inzetten.

Hopelijk heb ik u hiermee voldoende geïnformeerd.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

H. Hoogervorst