Curaçao en Sint Maarten autonoom
3 november 2006
Curaçao en Sint Maarten worden autonome landen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Dat is het resultaat van tweedaags overleg van de twee eilanden met de regering van de Nederlandse Antillen en Nederland in Den Haag. Dit betekent dat de Nederlandse Antillen als staatsvorm zullen ophouden te bestaan.
Op 11 oktober bereikte minister Atzo Nicolaï (Koninkrijksrelaties) al een akkoord met de kleinste eilanden (qua inwonertal) van de Antillen: Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Deze eilanden worden juist geen land, maar bijzondere gemeenten binnen Nederland. Aruba heeft al sinds 1986 een status aparte.
Grote struikelblokken in de onderhandelingen waren de financiën en de organisatie van politie en justitie. Nederland is bereid schulden over te nemen van de Nederlandse Antillen, die voor omgerekend ongeveer 2,3 miljard euro in het krijt staan. Daar staat tegenover dat er bindende afspraken zijn gemaakt over het op orde houden van de begroting en het financieel beheer.
Zo zijn er afspraken over het inlopen van achterstanden bij heffing en inning van belastingen. Leningen worden aan een maximum gebonden, Curaçao en Sint Maarten mogen alleen lenen bij of met behulp van een nieuwe Overheidskredietbank. Deze gaat er ook op toezien of de nieuwe landen zich aan de financiële normen houden.
Voor Curaçao en Sint Maarten komt er één centrale bank.
Voor de rechterlijke macht, het Openbaar Ministerie en de politie zijn afspraken gemaakt waarbij er zowel een centraal gezag is als zeggenschap voor de afzonderlijke landen. Dit was een van de punten waarop Nederland en de eilanden elkaar in de volgens Nicolaï ,,zware onderhandelingen'' moesten vinden.
De nieuwe landen gaan samenwerken in een Gemeenschappelijk Hof van Justitie, maar krijgen wel afzonderlijke rechtbanken. De vijf eilanden krijgen een Openbaar Ministerie met aan het hoofd een gezamenlijke procureur-generaal maar wel met eigen parketten voor Sint Maarten en Curaçao en een voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba gezamenlijk. Die staan onder leiding van eigen hoofdofficieren.
Elk land krijgt een eigen politiekorps, maar die staat deels onder gezag van de procureur-generaal - voor opsporing van strafbare feiten - en van de lokale bestuurders als het gaat om de openbare orde. Maar voor deze nieuwe opzet van de politie er komt, zal het niveau van de politie wel een stuk opgekrikt moeten worden.
Voor 1 februari zullen de betrokken partijen moeten afspreken in welke stappen het akkoord over de staatkundige positie van de eilanden uitgevoerd wordt. Uitgangspunt is dat de afspraken per 1 juli 2007 een feit zijn.
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties