Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

ALLEN TOUSSAINT
uniek soloconcert

Melkweg donderdag 2 november 21:00 uur 22,50 + lidm.

Popmuziek kan niet zonder supersterren. Maar popmuziek zou niet bestaan zonder de invloedrijke creatievellingen die veelal achter de schermen werken, maar in essentie de muziek creëren. Allen Toussaint is als muzikant, songwriter, producer en labeleigenaar sinds de jaren '50 bepalend voor de sound van de complete muziek-scene in New Orleans. En daarmee voor de hele ontwikkeling van de popmuziek, in de Verenigde Staten en ver daarbuiten. Slechts zelden is hij solo te bewonderen, in volle glorie als de rasmuzikant die hij is. De Melkweg is dan ook vereerd podium te mogen bieden voor dit unieke soloconcert. Een avond met rhythm & blues, soul, blues en funk in New Orleans stijl ­ een man en zijn piano.

De carrière van Allen Toussaint is moeilijk te vergelijken met die van andere muzikanten. Nooit is deze artiest voor de persoonlijke roem gegaan, altijd heeft hij zich op vele vlakken tegelijk laten gelden, van studiomuzikant en arrangeur voor theaterproducties tot songwriter. Het Toussaint-songbook is tot op heden één van de populairste bronnen van inspiratie ­ en cover-material ­ voor muzikanten over de hele wereld. Op jonge leeftijd wist hij als pianist roem te vergaren in studiosessies. Voorbeelden voor de jonge Toussaint waren onder andere Fats Domino, Huey `Piano' Smith, Ray Charles en Professor Longhair, de godfather van de New Orleans R&B. De jonge Toussaint viel ooit in voor Fats Domino bij een studiosessie waarvoor Fats zelf verhinderd was. Al snel werd het talent en de veelzijdigheid van Toussaint opgepikt door andere muzikanten.

Begin jaren '60 beleefde Toussaint zijn eerste nationale succes als producer met Jessie Hill's top 5 hit `Ooh Poo Pah Doo'. Daarna ging het balletje snel rollen. Hij schreef het poppy R&B nummer `Mother-in-Law' voor Ernie K-Doe en `Fortune Teller' en `Lipstick Traces (On a Cigarette)' voor Benny Spellman. `Land of 1000 Dances' van Chris Kenner, `Ya Ya' van Lee Dorsey en een heel aantal tracks voor New Orleans' soul queen Irma Thomas. In 1965 richtte Toussaint het label Sansu op samen met Marshall Sehorn. Ze produceerden en brachten opnames uit van o.a. Betty Harris, Earl King, Chris Kenner, Lou Johnson en Lee Dorsey. Deze laatste scoorde hits met Toussaint-tracks als `Ride Your Pony', `Get Out of My Life Woman' en de onsterfelijke, veel nagespeelde track `Working in a Coalmine'.

Eind jaren '60 en begin jaren '70 begon Toussaint zich steeds meer te ontwikkelen als arrangeur voor met name blaaspartijen, uiteenlopend van theaterproducties tot arrangementen voor The Band, Paul Simon en Little Feet. Met zijn protegés The Meters zette Toussaint een ongekend funkgeluid neer, dat aanmerkelijk rauwer was dan het geluid op zijn eigen albums. De jaren '70 waren commercieel gezien de hoogtijdagen van Toussaint, met hits als Dr John's `Right Place, Wrong Time' en Labelle's disco-funk track `Lady Marmelade',

In tegenstelling tot de meeste artiesten, voor wie roem en succes slechts aanleiding zijn voor de wil naar méér roem en succes, trok Toussaint zich in de volgende jaren meer en meer terug uit de schijnwerpers. Door zich nooit te verkopen voor projecten waar hij niet achter stond en zorgvuldig te kiezen met welke artiesten hij wilde werken, wist hij zijn status onaangetast te houden. Projecten die hij wel aangreep waren onder andere albums van bluesartiesten Etta James en Albert King en rockers Elvis Costello en Joe Cocker. De composities die geschreven zijn door Allen Toussaint maar bekend werden in versies van andere artiesten zijn haast ontelbaar, maar hier nog enkele voorbeelden: `Yes We Can' (The Pointer Sisters), `Sneakin' Sally Through the Alley' (Robert Palmer), `Freedom for the Stallion' (o.a. uitgevoerd door The Oak Ridge Boys) en `What Is Success' (Bonnie Raitt). Gedurende de jaren heeft Toussaint altijd ook solowerk uitgebracht. Een meer actieve periode in zijn carrière brak in 1996 aan met de oprichting van zijn nieuwe label NYNO. Door deelname aan vele idealistische projecten en benefieten heeft hij zich in zijn geboortestad bovendien een belangrijke sociale rol aangemeten. De verwoesting van een groot deel van New Orleans door de orkaan Katrina was een klap in het gezicht van de hele muzikantenscene in New Orleans en Toussaint werkte mee aan vele benefietconcerten. Het was bij deze concerten dat Toussaint opnieuw in contact kwam met Elvis Costello, voor wie hij in '89 al eens blazerarrangementen had gemaakt (voor het succesvolle Costello- album `Spike'). Uit deze hernieuwde ontmoeting en de bewondering van Costello voor het werk van Toussaint, is nu het album `The River in Reverse' voortgekomen. Costello had met dit project aanvankelijk voor ogen om een selectie uit het oeuvre van Toussaint te spelen samen met de meester zelf, maar uiteindelijk werd het een dynamisch project, dat met een combinatie van oud en nieuw werk een sterk protestalbum opleverde. Het laat horen hoe tijdloos de muziek van Toussaint is en dat zijn pianospel en stem onverminderd krachtig zijn. Dit alles inspireerde Toussaint om zijn eigen muziek meer uit te gaan dragen dan hij lange tijd had gedaan. Een direct gevolg hiervan is dit solo-optreden. Een unieke kans om de grootmeester zelf aan het werk te zien, Allen Toussaint in de meest pure vorm.



Ingezonden persbericht