Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Speech-verslag Pieter Winsemius op "Kijk: mijn Wijk" 1 november 06 te Rotterdam

Op een congres over stedelijke vernieuwing sprak minister Winsemius over de noodzaak om harder te trekken aan de aanpak van oude wijken. Maar liefst 40 wijken bevinden zich in de gevarenzone en een maatschappelijke tweedeling dreigt. Volgens Winsemius moet het Rijk de komende jaren ruim 1 miljard euro per jaar investeren om dit tegen te gaan. Wel is een aanpassing nodig van het huidige beleid. Niet alleen stenen stapelen, maar ook aandacht voor zorg, werk, onderwijs en veiligheid. Met name corporaties kunnen nog veel meer betekenen. Maar het belangrijkst is toch om aan te sluiten bij initiatieven van de bewoners zelf: "Zij zijn de echte helden van de wijk."

We willen allemaal wonen en werken in een omgeving waar we ons prettig kunnen voelen. Bij VROM werken we daar op drie manieren aan:


1 = kwantiteit
Het bouwen van nieuwe huizen en woningen. VROM stimuleert gemeenten en corporaties om daar goede afspraken over te maken.


2 = kwaliteit
Het was prettig in huizen van gisteren te wonen, maar dat voldoet nu niet meer. De huizen van nu moeten passen bij de wensen en eisen van de mensen van vandaag.


3 = leefomgeving
We moeten ervoor zorgen dat er weer schwung komt in de oude buurten. Als we de wijken revitaliseren, komt de hele stad tot leven. VROM maakt ernst van stedelijke vernieuwing, onder andere met de 56-wijken-aanpak.

Maar we moeten ook zorgen voor meer doorstroming, voor beweging op de woningmarkt. Dat is de gedachte achter de liberalisering van het huurbeleid. Door corporaties te prikkelen meer en meer gevarieerd te bouwen, willen we toe naar een meer gedifferentieerde woningvoorraad. Zodat mensen een wooncarrière kunnen maken in de eigen buurt, wijk of stad.

Daarbij moeten we niet alleen werken aan de stenen, maar ons richten op de hele wijk. Op de ontwikkeling van wijken en buurten en op het verbinden van de kansarme met de kansrijke stad. En dat kunnen we niet alleen, dat moet samen met de corporaties, met gemeenten en met instellingen voor werk, onderwijs en zorg.

Het doorzetten van ISV (budget voor stedelijke vernieuwing red) is dus geen luxe, maar pure noodzaak. Want het werkt, zo leert recent onderzoek ons.

Althans, mits ook de sociale kant wordt meegenomen. De aanpak moet dus worden verbreed: naast wonen ook zorg, werk, onderwijs en veiligheid. Maar het moet niet alleen breder, het moet ook anders.
* Corporaties verdienen meer ruimte om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen.

* Bewoners moeten de ruimte krijgen om initiatieven te ontwikkelen waar de buurt wel bij vaart. Een levende buurt is een buurt waar de bewoners actief en betrokken zijn.

VROM werkt nu aan een vingeroefening met de 13 wijken-aanpak. Dat is hartstikke goed. Niet in de eerste plaats omdat er allerlei ministers en hoge ambtenaren aan verbonden, maar juist omdat we samen zoeken naar andere raamwerken. Alleen zo kunnen we verder komen dan de traditionele aanpak.

De mensen die we daarvoor nodig hebben, hebben wat mij betreft een paar belangrijke kenmerken. Als ik voor headhunter spelen mag, dan beschikken zij over de volgende eigenschappen:

* constructieve ontevredenheid

Wie senang is, morrelt niet snel aan de status quo. En mensen die overal tegen zijn, krijg je toch niet mee. Wat we nodig hebben zijn mensen die juist een beetje boos zijn. Zij zetten door! een slecht karakter
Zulke mensen gaan door waar anderen opgeven. Ik zou dus zeggen:wees een beetje slecht en wijk af! Zoek de meest vitale methodes om samen te werken.
giraffen met een lange nek
Dat we het laaghangend fruit hebben geoogst is mooi, maar nu moeten we ambitie tonen en verder reiken!

Daarbij moeten we niet alleen willen helpen. Laat de mensen in de wijken vooral komen met eigen initiatieven. Beloon die! Mensen willen het graag zelf doen. Zelfredzaamheid is veel waardevoller dan een hand-out van de staat. Dit vergt wel een gezonde dosis altruïsme. Samenwerken betekent ook dat je successen kunt weggeven of delen, dat je kunt loslaten.