Vereniging van Effectenbezitters


Hoofdlijnenakkoord inzake Unilever prefs

Totale compensatie inclusief rente 1,54 euro

Hedenochtend heeft Unilever, bij de presentatie van de derde kwartaalcijfers, een voorziening getroffen van 300 miljoen euro in het kader van de kwestie rond de Unilever-prefs. Daarbij heeft Unilever aangegeven dat:
* deze voorziening verband houdt met mogelijke compensatie van betrokken beleggers
* de Commissie Dik de mogelijkheden van een schikking heeft onderzocht
* een voorstel van deze Commissie aan de Raad van Bestuur is voorgelegd
* de Raad van Bestuur hierover op korte termijn een beslissing zal nemen. In het licht van deze mededelingen achten de VEB en de groep prefhouders, waaronder Commonwealth Investments en Veer Palthe Voute, het juist om nadere informatie te verschaffen over deze gesprekken, de uitkomst daarvan en de consequenties voor betrokken beleggers.In de afgelopen vier weken hebben eerst oriënterende gesprekken plaatsgevonden en vervolgens onderhandelingen tussen een delegatie van de groep en de Commissie Dik.Begin deze week is daarbij een akkoord op hoofdlijnen gesloten. De belangrijkste elementen daarvan zijn:
* compensatie voor houders op 23 maart 2004 (na beurs)
* compensatie bedraagt exclusief rente 1,38 euro per preferent aandeel
* rentecomponent: 16 eurocent

* totale compensatie: 1,54 euro per aandeel
* bij totaal aantal van 211 miljoen aandelen: 325 miljoen euro
* vergoeding gemaakte, te maken kosten/inspanningen 6,5 miljoen euro
* Indien 90 procent van de regeling gebruik maakt correspondeert dat met inclusief kosten een bedrag van 299 miljoen euro
* geen vervolgactie: geen verzoek bij Ondernemingskamer VEB en de groep prefhouders benadrukken dat sprake is van een voorlopig en voorwaardelijk akkoord dat nog goedkeuring behoeft van de Raad van Bestuur van Unilever, en de achterban van de prefgroep. Bovendien is sprake van een hoofdlijnenakkoord dat moet worden uitgewerkt in een definitieve overeenkomst.

VEB en de groep prefhouders zijn tevreden over het bereikte hoofdlijnenakkoord. Hoewel het bedrag per aandeel van 1,54 euro lager is dan het verschil op het moment van de definitieve conversie (februari 2005) is sprake van een substantiële compensatie van de betrokken beleggers in Unilever prefs. In de afweging hebben de tijd, kosten en onzekerheid die gemoeid zijn met een jarenlange procedure een rol gespeeld. Indien het hoofdlijnenakkoord uitmondt in een definitieve schikking, zal de enquêteprocedure niet worden vervolgd. De (eventuele) schikking zal niet gelden voor aandeelhouders die na 24 maart 2004 hebben gekocht. Deze beleggers waren immers op het moment van aankoop op de hoogte van het conversievoornemen en de koersval die daarvan het gevolg was, had zich reeds voorgedaan.

De oplossing is naar het oordeel van VEB en de groep prefhouders ook in het belang van Unilever, dat deze zaak achter zich kan laten en beantwoordt aan de oproep van het Administratiekantoor om te komen tot een snelle en efficiënte oplossing. De VEB En de groep prefhouders spreken waardering uit voor de wijze waarop de heer Dik dit onderhandelingsproces heeft geleid.

Vereniging van Effectenbezitters

(c) 2006 Vereniging van Effectenbezitters