Philippine tribunal

Beeldmateriaal: Tribunaal tegen president Filipijnen van start

Nu beeldmateriaal beschikbaar via: anpstreaming.datiq.net/perssupport/tribunaal.wmv DEN HAAG (2 november 2006) - Tribunaal mensenrechten tegen regering Arroyo geopend Den Haag. Twee leden van het Filippijnse parlement en een Nederlandse senator betonen hun instemming met het Tribunaal
Op verzoek van verscheidene Filippijnse mensenrechten- en volksorganisaties is op 30 oktober 2006 te Den Haag de Tweede Zitting voor de Filippijnen van het Permanente Volkstribunaal geopend. De eerste zitting over de Filippijnen ter berechting van de misdaden van de dictatuur van Marcos jegens het volk der Filippijnen, vond plaats te Antwerpen in 1980.
Voor de opening van het Tribunaal waren aanwezig dr Gianni Tognoni, secretaris-generaal van het Permanente Volkstribunaal, de Filippijnse senator M. A. Madrigal, het Filippijnse congreslid Teodoro Casino, de Nederlandse senator Tiny Kox (SP), Mr Jan Fermon van het Belgische Progress Lawyers Network, dr Edelina de la Paz, voorzitter van KARAPATAN (een Filippijnse mensenrechtenorganisatie) en Wim Vugts, een in de Filippijnen woonachtige Nederlander.
Een Internationaal Coördinerend Secretariaat onder leiding van dr Angelica Gonzales van het Filippijnse Vredescentrum organiseerde de opening van het Tribunaal in Den Haag, terwijl een Filippijns Secretariaat op dezelfde dag een gelijksoortige opening verrichtte in de Filippijnen.
Dr Gianni Tognoni, Algemeen Secretaris van het Permanente Volkstribunaal en voorzitter van de openingsvergadering, noemde in zijn openingstoespraak de drie redenen waarom de raad van het Permanente Volkstribunaal gevolg had gegeven aan het verzoek van de Filippijnse organisaties:
De Filippijnen vormen een concreet voorbeeld van de aflossing van een oude dictatuur door een regering die een extensieve oorlog voert tegen de eigen bevolking; De Filippijnen vormen een concreet voorbeeld van de stilte waarin mensenrechten op ernstige wijze geschonden kunnen worden zonder dat de internationale gemeenschap daar acht opslaat of ongerust wordt;
De Filippijnen vormen een concreet voorbeeld van globalisering omdat Filippino's, gedwongen door de sociaal-economische onderontwikkeling, moeten emigreren naar de westerse democratieën en andere landen waar zij blootgesteld worden aan uitbuiting. De Belgische advocaat, Mr Jan Fermon, las een samenvatting voor van de aanklachten tegen de regering Arroyo en haar buitenlandse medeplichtigen, geformuleerd door Mr Romeo T. Capulong van het Public Interest Center.
De Filippijnse senator M.A. Madrigal vergeleek het beleid van de Filippijnse president Gloria Macapagal Arroyo met de totalitaire politiek van de Italiaanse dictator Benito Mussolini, vanwege haar aanvallen op democratische instellingen zoals het Filippijnse Congres en de pers. Senator Madrigal wees op het aanspannen van processen tegen de uitgever en twee columnisten van de oppositiekrant Daily Tribune en het indienen van smadelijke aanklachten door haar echtgenoot tegen dertig media-mensen, kritisch ten aanzien van Arroyo.
Madrigal vertelde, samen met voormalig Vice-president Teofisto Guingona, drie bisschoppen en een voormalig kabinetsminister, te zijn aangevallen met waterkanonnen toen zij voorgingen in een gebedsdienst tegen de vertrapping van de democratie in het land. 'Net als Mussolini is Mevr. Arroyo bezig met haar 'fascistische mars op Rome'. Geen enkele instelling spaart zij en geen enkel recht laat zij overeind om voor haar partij, haar bondgenoten en voor haarzelf de totale controle te verwerven', zei ze. Volgens haar staan de Filippijnen feitelijk onder militair gezag, omdat president Arroyo de absolute macht aan zich getrokken heeft en haar politieke opponenten met geweld bestrijdt. Ze sprak de hoop uit, dat het Tribunaal de internationale aandacht zal weten te vestigen op de alarmerende situatie in de Filippijnen en zal bijdragen aan de verdediging van de democratie in het land.
Parlementslid Casiño memoreerde de arrestatie en de nog steeds voortdurende detentie van parlementslid Crispin Beltran en de aanklachten wegens rebellie jegens vijf andere congresleden waaronder hijzelf als voorbeelden van de politieke onderdrukking in het land.
Hij maakte ook gewag van de resolutie, verleden week te Genève aangenomen door de 115e Assemblee van de Interparlementaire Unie, bestaande uit meer dan 140 nationale parlementen van over heel de wereld, waarin de Filippijnse regering opgeroepen wordt parlementslid Beltran vrij te laten en waarin ook de vervolging van de zes parlementariërs een aanval genoemd wordt, niet alleen op hun persoon en hun partijen, maar op het parlement als zodanig.