Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief Kenmerk: 2060701030 Doorkiesnummer Ons kenmerk SV/WV/06/84785 Datum 31 oktober 2006 Onderwerp Kamervragen van de leden Bussemaker en Noorman-
den Uyl

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van de leden Bussemaker en Noorman- den Uyl (PvdA) over het recht van na afschatting herkeurde WAO'ers op een WW-uitkering.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(mr. A.J. de Geus)

Ons kenmerk SV/WV/06/84785

2060701030


1
Is het waar dat mensen die na 1 oktober 2006 in het kader van de herbeoordelingsoperatie van de WAO afgeschat worden en een nieuw recht hebben op een WW-uitkering, onder de nieuwe WW vallen die per 1 oktober 2006 is ingegaan?

Antwoord op vraag 1.
Ja.


2
Is het waar dat deze mensen vanaf 1 oktober 2006 daardoor een korter recht hebben op een WW-uitkering dan mensen die voor 1 oktober 2006 herkeurd en afgeschat zijn?

Antwoord op vraag 2.
De nieuwe regels voor de WW-duur zijn van toepassing op personen van wie het recht op WW op of na 1 oktober 2006 ontstaat. Bepalend hiervoor is niet de datum van de herkeuring of van de beschikking waarmee de WAO-uitkering wordt verlaagd of ingetrokken, maar de eerste dag waarop de betrokkene niet langer een uitkering wegens volledige arbeidsongeschiktheid ontvangt. Met een zorgvuldige herbeoordeling is vanzelfsprekend enige tijd gemoeid. Voorts wordt de WAO-uitkering niet eerder verlaagd of ingetrokken dan nadat een termijn van 2 maanden is verstreken vanaf de verzending van de beschikking, de zogenoemde uitlooptermijn. De nieuwe regels voor de WW-duur zijn zodoende ook van toepassing op personen van wie de herbeoordeling al vóór 1 oktober 2006 in gang is gezet.


3
Kunt u aangeven hoeveel mensen nog na 1 oktober 2006 herkeurd zullen worden die volgens de oorspronkelijke doelstelling van de herbeoordelingsoperatie vóór 1 oktober 2006 gekeurd zouden worden?


4
Deelt u de mening dat dit een onbedoeld effect is, omdat de herkeuringen eigenlijk al afgerond hadden moeten zijn voor 1 oktober 2006?


5
Vindt u het redelijk en billijk dat de betrokkenen zo zwaar benadeeld worden doordat het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) zich niet aan de afgesproken termijnen heeft gehouden? Zo ja waarom? Zo neen, hoe gaat u dit probleem oplossen?


---

Ons kenmerk SV/WV/06/84785

Antwoord op de vragen 3, 4 en 5.
In het Besluit eenmalige herbeoordelingen arbeidsongeschiktheidswetten was de afronding van de herbeoordelingen voorzien per 31 maart 20071. Over de voortgang van de herbeoordelingsoperatie heb ik u sindsdien regelmatig geïnformeerd. Zie hiervoor onder andere mijn brief van 30 september 2005, waarmee ik u informeerde over het uitstel van de afronding van de herbeoordelingsoperatie tot 1 juli 20072 en de brief van 29 augustus 2006 naar aanleiding van het halfjaarverslag van het UWV3. Volgens de huidige inzichten zullen na
1 oktober 2006 nog circa 140.000 herbeoordelingen worden afgerond.

Onder de nieuwe WW-regels is de maximale uitkeringsduur in maanden gelijk aan het arbeidsverleden in jaren. Voor personen tot 53 jaar betekent dit in de meeste gevallen een iets kortere maximale WW-duur dan vóór 1 oktober 2006. Echter, bij een later dan geplande herbeoordeling duurt de WAO-uitkering langer dan voorzien. Daarmee schuift de ingangsdatum van de WW-uitkering op. De einddatum van de WW-uitkering zal hierdoor per saldo niet of nauwelijks afwijken van de einddatum die van toepassing zou zijn bij een intrekking of verlaging van de WAO-uitkering vóór 1 oktober 2006.


1 Besluit van 15 september 2004 (Staatsblad 2004, 463)
2 Kamerstukken II 2005/06, 26 448, nr. 224

3 Kamerstukken II 2005/06, 26 448, nr. 292

---