Openbaar Ministerie

Reactie OM op verzoek nader onderzoek graf weduwe Wittenberg

26 oktober 2006

Op verzoek van het College van procureurs-generaal is in januari van dit jaar een oriënterend vooronderzoek gestart naar de Deventer moordzaak. Dit onderzoek vindt plaats in opdracht van de hoofdofficier van justitie te Zwolle-Lelystad. Aanleiding voor het onderzoek is informatie die bij het College aangedragen is door met name Maurice de Hond.

Doel van het onderzoek is om na te gaan of er sprake is van relevante feiten en/of omstandigheden in het opsporingsonderzoek die, als ze aan het Openbaar ministerie en de rechter bekend waren geweest, mogelijk tot een ander oordeel van de rechter hadden geleid.

Bij de bekendmaking van de uitkomsten van het oriënterend vooronderzoek in de Deventer Moordzaak op 13 juni jl. is door het Openbaar Ministerie aangekondigd dat op enkele punten nader forensisch-technisch onderzoek zou worden verricht. De aanvullende onderzoeken dienden ter verdere onderbouwing en toetsing van de resultaten uit het oriënterend vooronderzoek. Het betrof een aanvullend handschriftvergelijkend onderzoek naar twee anonieme briefjes en aanvullend DNA-onderzoek. De resultaten hiervan zijn op 6 oktober jl. bekend gemaakt.

Vervolgens is â wederom door met name Maurice de Hond â informatie aangedragen over een mes dat zich in het graf van de weduwe Wittenberg zou bevinden. Zowel Maurice de Hond als de advocaat van degene die voor de moord veroordeeld is hebben het OM verzocht nader onderzoek te verrichten naar de aanwezigheid van een mes of etui in het graf. Dit verzoek is gebaseerd op de verklaring van een persoon die op 16 oktober jl. aan de politie heeft verklaard dat hem recent is gemeld dat er mogelijk een etui met een mes in het graf verborgen zou zijn. Daarnaast is in opdracht van Maurice de Hond door een bedrijf met behulp van meetapparatuur onderzoek gedaan aan het graf.

Naar aanleiding van bovengenoemde verklaring en het meetonderzoek is in opdracht van de hoofdofficier van het parket Zwolle-Lelystad nader onderzoek ingesteld. Dit heeft geen informatie opgeleverd die de beweringen van 16 oktober van bedoelde persoon ondersteunen. De bevindingen uit het meetonderzoek bieden daarvoor evenmin ondersteuning. Deze onderzoeksresultaten in onderling verband afgewogen en tevens bezien in het licht van eerdere resultaten van het oriënterend vooronderzoek, zijn voor het OM op dit moment geen aanleiding om nader onderzoek aan het graf te laten verrichten.

De onderzoeksresultaten zijn inmiddels ter beschikking gesteld van de raadsman van de veroordeelde. Aangezien de raadsman van de veroordeelde onlangs een verzoek tot herziening van de zaak heeft ingediend bij de Hoge Raad is de zaak thans onder de rechter en past het OM terughoudendheid voor wat betreft een nadere inhoudelijke reactie.