Kamervragen van Bommel en Kant over het "liberaliseren van de
gezondheidszorg"
Kamerstuk, 18-10-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
IZ-K-U-2716706
17 oktober 2006
Antwoorden op de vragen vande Kamerleden Van Bommel en Kant (SP) over
het "liberaliseren van de gezondheidszorg", mede namens de Minister
van Buitenlandse Zaken
2050619320
Vragen van de leden Van Bommel en Kant (beiden SP) aan de ministers
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Buitenlandse Zaken over
het liberaliseren van de Europese zorgsector. (Ingezonden 15 september
2006)
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat verschillende lidstaten, verenigd
in de `Aaken groep', zich zorgen maken over de liberaliseringsplannen
van de Europese zorgsector van eurocommissaris Kyprianou?
Antwoord 1
De Europese Commissie heeft op 29 september 2006 een publiek
consultatieproces gestart, op basis waarvan zij vast wil stellen of
nadere initiatieven voor grensoverschrijdende aspecten van
gezondheidszorgbeleid op Europees niveau, gewenst en/of noodzakelijk
zijn. Het is prematuur om hierbij te spreken over
liberaliseringplannen van de Europese zorgsector. In het
consultatiedocument vraagt de Commissie om haar te voeden met wensen
en ideeën. Aan de hand daarvan zal de Commissie besluiten of zij met
nadere voorstellen zal komen. De regering beraadt zich momenteel op de
Nederlandse reactie op de consultatie van de Commissie en zal hierop
voor eind januari 2007 reageren. Het is daarom op dit moment niet
opportuun om in te gaan op het mogelijke standpunt van de Aken-groep.
Vraag 2
Deelt u de opvatting van deze lidstaten dat een Europese
gezondheidsdienstenwet nodig is om de gezondheidssector te beschermen
tegen concurrentie? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 2
Tot nieuwe Europese regelgeving dient slechts te worden besloten als
de noodzaak daartoe is vast komen te staan. Het consultatieproces dat
de Commissie momenteel is gestart, is bedoeld om te bezien of die
noodzaak bestaat. Het is op dit moment nog te vroeg om hierover
conclusies te trekken.
Vraag 3
Wat is uw reactie op het idee van eurocommissaris Kyprianou "als je
een heupoperatie nodig hebt, moeten wij je helpen uit te zoeken in
welk land je moet zijn, en bij welke instelling"?
Antwoord 3
De Commissie neemt met deze uitspraak een voorschot op de uitkomsten
van de consultatie. Naar mijn mening kan pas op basis van de
uitkomsten van de consultatie iets worden gezegd over de noodzaak en
of wenselijkheid van nadere maatregelen op EU-niveau t.a.v.
grensoverschrijdende aspecten van gezondheidszorgbeleid.
Vraag 4
Hebt u kennis genomen van het eerste oriënterende document van
eurocommissaris Kyprianou? Zo ja, wat is uw reactie hierop?
Antwoord 4
Ja. De eerste indruk is dat Commissie de juiste vragen stelt om te
komen tot breder inzicht over noodzaak en/of wenselijkheid van nadere
initiatieven t.a.v. de grensoverschrijdende aspecten van het
gezondheidszorgbeleid.
Vraag 5
Deelt u de mening van Stefaan Thijs van het Belgische ministerie van
Gezondheidszorg dat het verkeerd zou zijn om in de toekomstige wet
teveel te focussen op patiëntenmobiliteit, en om de bestaande
problemen rond het blind toepassen van marktregels in de
gezondheidssector te ontwijken? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 5
Aangezien er op dit moment slechts sprake is van een consultatieproces
en niet van voorstellen van de Commissie, is het niet opportuun om op
dit moment inhoudelijk te reageren op het standpunt van een andere
lidstaat. Zoals hierboven al opgemerkt staat nog niet vast dat
Europese regelgeving op het gebied van grensoverschrijdende
gezondheidszorg noodzakelijk is.
1) `Member states line up against liberalisation of EU health sector',
http://euobserver.com/9/22394, 13 september 2006
2) Trouw, 6 september 2006.
3) zie noot 1
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport