Nederlandse Vereniging van Journalisten
Algemeen arbeidsvoorwaardenbeleid 2007 NVJ
(Agendapunt 4 Verenigingsraad op 1 november 2006)
(16 oktober 2006)
Werk, loon en scholing
Een baan in de journalistiek is er niet langer voor het leven. Diep
ingrijpende reorganisaties maken duidelijk hoe zeer de journalistieke
sector onder druk staat. Investeren in het journalistieke vak is
noodzaak. Met werk, met een goede beloning en met scholing.
Juist nu valt te strijden voor werk. Nu het economisch tij weer beter
is, moet de blik gericht zijn op de toekomst. De NVJ ziet kansen voor
een vitale journalistieke sector. Want journalisten beschikken over
veerkracht. Zo veel dat ze een antwoord hebben op de honderden banen
kostende reorganisaties bij kranten en omroepen. In de solidariteit
van de hele beroepsgroep toont zich de kracht van de NVJ.
Hoofdpunten van het algemeen arbeidsvoorwaardenbeleid 2007 zijn
daarom: werk, scholing en hoger loon.
Werk
De NVJ wil zwaar inzetten op werk en scholing. De vitaliteit van de
journalistieke sector is belangrijk. De zekerheid van behoud van een
verworven baan in de journalistiek is nog slechts klein, maar de
zekerheid van werk in de journalistiek is wel groot. Bedrijven bieden
minder baanzekerheid, maar daarvoor in de plaats horen
persoonsgebonden zekerheden te komen: voor studie, voor verlof of voor
een nieuwe toekomst met ander werk.
Om in een lange carrière werk te kunnen houden in deze sector, zal er
zwaar ingezet moeten worden op studie en scholing voor én tijdens de
actieve loopbaan. Dat kan door belangrijke voorwaarden te scheppen.
Onderdelen zijn onder meer: opleidingen, carrièreverloop, mobiliteit,
en inzetbaarheid.
Doel is om journalisten gedurende een carrière tussen de leeftijden
van 20 en 65 jaar kans op werk te bieden. Anders dan voorheen zijn
voorwaarden voor (bij-)scholing noodzaak om langer durend in de
journalistiek aan het werk te kunnen blijven. Het past ook bij deze
sector, die bestaat uit goed opgeleide en om die reden ook veelal goed
betaalde arbeidskrachten.
Voorts moet in meerjarige afspraken het werkgelegenheidsperspectief
worden geschetst om ook waarborgen te hebben voor de jonge instroom.
Met innovatieve projecten als 'jong voor oud' is
reorganisatie/afvloeiing te combineren met nieuwe instroom.
Een loopbaan in de journalistiek moet voor jong en voor oud uitdagend
kunnen zijn. Dat kan. Door gedurende de gehele loopbaan op flexibele
wijze tijd en inkomen in te zetten voor arbeid en privé. Binnen een
leeftijdsbewust loopbaan- en personeelsbeleid moeten afspraken worden
gemaakt over arbeid en scholing en over verlofmogelijkheden.
De NVJ maakt de keuze om tijdens de hele loopbaan tussen 20 en 65 jaar
verlofmogelijkheden te hebben voor scholing, zorg, sabbat of
vervroegde pensionering. Zowel de jongere als de oudere generatie
vindt daarin mogelijkheden om arbeid en privé op een goede wijze met
elkaar te combineren.
Ook flexibilisering en/of verlenging van de arbeidsduur is daarbij een
optie.
Loonruimte van 3 procent
Voor het jaar 2007 is een structurele verbetering van de lonen op zijn
plaats. Er is de afgelopen jaren te weinig groei in het inkomen
geweest, vooral door de door rijksoverheid opgelegde loonmatiging. De
NVJ heeft zich in de afgelopen jaren bij het formuleren van de
looneisen steeds redelijk opgesteld, met daarbij ook in het
achterhoofd de zorgen over het ingrijpend verlies aan werkgelegenheid
in verschillende journalistieke sectoren. Behoud van een goede
salariëring is vanzelfsprekend, de hoge eisen die aan het vak worden
gesteld rechtvaardigen dat ten volste.
Nu de Nederlandse economie sneller groeit dan verwacht - voor zowel
2006 als 2007 wordt door het Centraal Planbureau uitgegaan van een
stijging van 3 procent - is het logisch dat ook de journalisten wat
meer financiële ruimte krijgen. Immers, in de voorbije drie jaren is
de koopkrachtdaling nimmer volledig door de loonstijging
gecompenseerd. Wel waren er forse lastenverhogingen, onder andere voor
belastingen en premies, ziektekosten en energie.
De in te vullen loonruimte voor 2007 is door de NVJ bepaald op 3
procent. Daarvan zullen de lonen 2,5 procent moeten stijgen. Dat is
voor compensatie van het verlies aan koopkracht in 2005, maar ook in
voorgaande jaren. Het andere deel is nadrukkelijk voor voorwaarden
voor onder andere werkzekerheid en gezond werken of voor
persoonsgebonden budgetten voor leeftijdsbewust loopbaanbeleid en
levensloopsregeling.
Levensloopregeling/vroegpensioen
Iedere journalist heeft sinds 2006 recht op deelname aan de
levensloopregeling. Met onder andere deze spaarpot voor tijd is het
voortaan mogelijk om voor het 65ste jaar te stoppen met werken. Ook
kan een journalist zo jaarlijks maximaal 12 procent van zijn bruto
jaarsalaris wegzetten voor verlof later. De vrije tijd kan ook worden
ingezet voor scholing, zorg- of ouderschapsverlof.
Investeren in extra mogelijkheden voor een flexibele invulling van de
loopbaan is meer dan ooit noodzaak. Voor een leeftijdsbewuste
invulling van de loopbaan, opdat het vak journalistiek van 20 tot 65
jaar uitdagend kan zijn. Om zo ook een gezonder en langer arbeidzaam
leven mogelijk te maken. Maar ook om juist een carrière in de
journalistiek eerder dan het 65ste jaar op een goede wijze af te
sluiten, waarbij arbeid en privé ook aan het eind goed zijn te
combineren in een vorm als vroegpensioen in deeltijd.
Om de deelname aan de levensloopregeling te stimuleren is een
substantiële werkgeversbijdrage noodzakelijk. Dit is om te waarborgen
dat een ieder volwaardig kan deelnemen aan de levensloopregeling, ook
de journalisten met een lager inkomen en zij die maar korte tijd
kunnen opbouwen.
Pensioenen
Een goed pensioen hoort een zekere basis te zijn in de
arbeidsvoorwaarden. Journalisten mogen er zeker van kunnen zijn dat ze
rond hun 65ste een goed inkomen uit vroegere arbeid hebben. De NVJ wil
niet tornen aan het perspectief van die met een betaalbare premie
opgebouwde zekerheden. Eventueel overheidsingrijpen in de fiscale
begunstiging van de AOW-uitkeringen past daarin niet. Een
inkomensachteruitgang van netto gemiddeld 10 procent is niet
acceptabel, zeker niet als deze groepen niet meer de gelegenheid
hebben om op die verslechtering te anticiperen.
Modernisering van pensioenvoorzieningen gaat de NVJ niet uit de weg,
mits daar niet een verslechtering aan is gekoppeld. De afschaffing van
vut en prepensioen noodzaakt in ieder geval om ook in de
pensioenvoorzieningen buffers te maken om eerder stoppen met werken
ook in de toekomst mogelijk te maken zonder dat dit ten koste gaat van
het perspectief van een goed pensioen na het 65ste jaar. Dat kan door
te waarborgen bijdragen van werkgevers en werknemers voor
vroegpensioen daar ook uitdrukkelijk voor te bestemmen.
Ziektekosten
De voor 2007 voorspelde extra lasten van het per 1 januari 2006 in
werking getreden nieuwe ziektekostenstelsel mogen niet op de
werknemers worden afgewenteld. De NVJ wil dat de werkgevers meer
kosten voor hun rekening nemen, naast wat zij wettelijk als bijdrage
in de basispolis ziektekostenverzekering verplicht zijn af te dragen.
De NVJ wil ook een werkgeversbijdrage in de aanvullingen op de
ziektekostenverzekering.
Freelancers
De teruggang in vaste arbeidscontracten gaat samen met een
verslechtering van de positie van freelancers. Kostenbesparingen
worden ten onrechte te snel afgewenteld op freelancers. De NVJ maakt
zich sterk voor verbeteringen die passend zijn bij de allure van deze
journalistieke sector. Onverminderd geldt verbetering van de beloning
van freelancers. De NVJ ijvert voor bewustwording van de noodzaak
daartoe, onder andere met de tarievencalculator voor freelancers.
Voorts bepleit de NVJ de levensloopregeling ook voor freelancers.
Aansluiting bij een pensioenfonds wordt onderzocht.
Tot slot
Goede arbeidsvoorwaarden zijn belangrijk voor werken in de
journalistieke sector. En een goede beloning is een waarborg om goed
gekwalificeerde krachten in de journalistieke sector aan het werk te
krijgen of te houden. Dat is een perspectief waar de NVJ aan wil
bouwen. Voor vitale kranten, tijdschriften, omroepen en alle andere
media.