Brief aan de Tweede Kamer over de bestrijding van voetbalvandalisme
11 oktober 2006
Hierbij informeer ik u, mede namens de minister van Justitie en de
staatssecretaris van Volksgezondheid Welzijn en Sport, over de
ontwikkelingen inzake de bestrijding van voetbalvandalisme. In
onderhavige brief wordt aandacht besteed aan de aanpak van
voetbalvandalisme, de politie-inzet 2005-2006, de nieuwe
competitie-opzet, het onderzoek naar lacunes in wetgeving, de
informatie-positie van burgemeesters, de borging van beleid, de
voortzetting van het auditteam voetbalvandalisme, de monitor sociaal
preventief beleid, opleiding van stewards, geweld bij amateurvoetbal
en een aantal kleine, overige onderwerpen.
---
In deze brief geef ik tevens antwoord op de vragen gesteld in de motie
Van der Staaij van 12 april jl. Ik heb gewacht met het u toesturen van
onderhavige brief, totdat ik het eindrapport van het auditteam
voetbalvandalisme had ontvangen. U treft het rapport als bijlage aan.
Aanpak voetbalvandalisme en politie-inzet 2005-2006
Op 13 september jl. ontving ik van het auditteam het eindrapport
2005-2006 en een onderzoek naar politie-inzet in seizoen 2005-2006. Ik
kan nog niet uitgebreid op beide rapporten reageren, aangezien deze
nog niet zijn besproken in de Interdisciplinaire stuurgroep
bestrijding voetbalvandalisme (hierna: Stuurgroep). Ik zal hier later
op terugkomen. Ik ben tevreden dat het auditteam in het algemeen
concludeert dat de aanpak van voetbalvandalisme is verbeterd en
geprofessionaliseerd. Ik ben ook tevreden met het resultaat van alle
maatregelen om de politie-inzet te verminderen. In het
onderzoeksrapport politie-inzet wordt de ontwikkeling van de
politie-inzet in het seizoen 2005-2006 inclusief de play-offs
vergeleken met de inzet in eerdere seizoenen. De nieuwe
competitie-opzet (hierna: NCO) heeft twintig extra wedstrijden
(play-off) in de eredivisie tot gevolg gehad en zou volgens eerdere
berekeningen van het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme
(hierna: CIV) en de KNVB tot 11.100 - 12.400 uren extra inzet van
politie leiden. De doelstelling om de inzet van politie ten behoeve
van betaald voetbal te verminderen is echter onverminderd van kracht
gebleven. Om dit te bereiken is een uitgebreid pakket aan maatregelen
genomen. Onder deze voorwaarde ben ik na overleg met de burgemeesters
akkoord gegaan met de invoering van de NCO. Ten opzichte van vorig
seizoen is de politie-inzet (inclusief play-offs) verminderd met
40.403 uren, dat is een daling van 18%. Dat is een forse breuk met de
tendens van afgelopen jaren. Ik wil mijn complimenten uitspreken aan
alle (lokale) ketenpartners die zich hebben ingespannen om dit
resultaat te bereiken. Hopelijk kan een verdere vermindering worden
bereikt.
Nieuwe competitie-opzet
Juni jl. heeft de Stuurgroep het eindrapport van de projectrapporteur
NCO besproken. De projectrapporteur concludeert dat het overgrote deel
van de afgesproken maatregelen is ingevoerd. Een vijftal
(deel-)maatregelen verdient nadere aandacht bij de afronding. Over de
precieze inhoud van de maatregelen heb ik u eerder geïnformeerd bij
brief van 3 juni 2005 (2004-2005, 25 232, nr. 45). De Stuurgroep zal
de uitvoering, afronding en/of intensivering van de maatregelen
blijven monitoren. De functie van projectrapporteur NCO is met ingang
van 1 juli 2006 opgeheven, conform de afspraken die daarover in 2005
zijn gemaakt.
Het auditteam heeft onderzoek gedaan naar het verloop van de play-offs
van afgelopen seizoen. Het onderzoeksrapport is verwerkt in het
eindrapport 2005-2006 van het auditteam, welke als bijlage is
toegevoegd. De Stuurgroep heeft de aanbevelingen m.b.t. de evaluatie
play-offs overgenomen en zal deze betrekken bij de play-offs in
seizoen 2006-2007. Januari jl. is besloten dat de overheid de NCO
blijft steunen in seizoen 2006-2007. Deze beslissing was gebaseerd op
de mate van invoering van de afgesproken maatregelen. December 2006
zal de Stuurgroep adviseren of de overheid de NCO in seizoen 2007-2008
en verder blijft steunen. Dit advies zal gebaseerd worden op twee
aspecten: de mate van invoering van de afgesproken maatregelen en de
invloed van de play-offs en het afgesproken pakket maatregelen op de
politie-inzet. Indien besloten wordt om de NCO blijvend te
ondersteunen, zal de NCO daarna gelden als reguliere competitie en
vindt er niet ieder seizoen separate besluitvorming plaats over het
steunen van de competitie-opzet.
Voetbalwet / lacunes in wetgeving
De Stuurgroep heeft medio 2005 besloten tot instelling van een
interdisciplinaire werkgroep onder leiding van het Ministerie van
Justitie die, naast een inventarisatie van de mogelijkheden voor een
betere afdwingbaarheid van stadionverboden, ook eventuele lacunes in
het huidige instrumentarium om voetbalvandalisme aan te pakken en de
aanpak van zware geweldsdelicten heeft bekeken. Over de inventarisatie
van de mogelijkheden voor een betere afdwingbaarheid van
stadionverboden bent u reeds eerder geïnformeerd bij brief van 10
maart 2006 (2005-2006, 25 232, nr. 49).
Op basis van het tweede advies van deze werkgroep is in de Stuurgroep
op 15 juni 2006 geconcludeerd dat er thans geen lacunes zijn gevonden
in het bestaande instrumentarium om voetbalvandalisme aan te pakken,
maar dat de mogelijkheden die dit instrumentarium biedt thans niet
volledig worden benut. Het advies van de werkgroep was unaniem
(inclusief KNVB) met uitzondering op het punt van zwarthandel. De
Stuurgroep heeft het advies overgenomen. De KNVB was niet aanwezig in
deze vergadering van de Stuurgroep en heeft vooraf geen reactie op dit
agendapunt gegeven. De KNVB heeft echter naderhand, middels een brief
aan de voorzitter van de Stuurgroep, zijn steun aan het advies
onttrokken. Hierover heeft nader overleg plaatsgevonden tussen de KNVB
en de voorzitter van de Stuurgroep. De gesprekken hierover zijn nog
niet afgerond. Dit laat onverlet dat de Stuurgroep de lokale
ketenpartners actief zal informeren over de mogelijkheden die het
instrumentarium biedt om voetbalvandalisme aan te pakken (alsmede de
afspraken daarover in het beleidskader), in het bijzonder over die
mogelijkheden die thans onvoldoende worden benut. Daarbij zal de
Stuurgroep de komende jaren de daadwerkelijke benutting van dit
instrumentarium monitoren. Voorts zal de Stuurgroep bewerkstelligen
dat (lokale) ketenpartners veel meer casuïstiek en praktische
oplossingen met elkaar delen, waarbij gezocht wordt naar één of
meerdere vormen om invulling te geven aan deze leemtes, zoals het
verzamelen van operationele tips en best practices op de website van
het CIV. Tenslotte is in de Stuurgroep besloten om een breed onderzoek
te laten doen naar verbeterpunten en nieuwe mogelijkheden betreffende
de kaartverkoop, waaronder het tegengaan van zwarthandel, en de
toegangscontrole om supportersscheiding maximaal te bewerkstelligen.
Informatie-positie burgemeesters
In opdracht van de Raad van Hoofdcommissarissen (RHC) heeft het CIV
een risico-analyse-matrix afgerond. Door gebruik van dit instrument
kan de politie-inzet op basis van actuele en zo objectief mogelijke
informatie worden bepaald. Daardoor kan beargumenteerd worden besloten
om de politie-inzet af (of op-) te schalen. Door gebruik van deze
matrix beschikken alle burgemeesters (en overige ketenpartners) bij
alle wedstrijden over dezelfde informatie-positie om de politie-inzet
en veiligheidsmaatregelen te beoordelen. De voorzitter van de RHC en
van het Korpsbeheerdersberaad hebben hun achterban bij brief verzocht
het instrument te gebruiken. Burgemeester Knip van Almelo is de
vertegenwoordiger van de voetbalburgemeesters in de Stuurgroep. In
samenwerking met de VNG verzorgt hij de informatie-uitwisseling naar
de `voetbalburgemeesters' over de actuele ontwikkelingen en afspraken
rondom de bestrijding van voetbalvandalisme. Hiermee is de
informatiepositie van burgemeesters in principe voldoende gewaarborgd.
Waarborgen van beleid
In de motie van het lid Van der Staaij van 12 april jl. wordt gevraagd
naar mijn inzet om de tijdige en effectieve uitvoering van door alle
betrokken organen en instanties overeengekomen afspraken te
waarborgen.
Afspraken worden gemaakt binnen de Stuurgroep en de uitvoering daarvan
wordt ook actief door de Stuurgroep gevolgd. Binnen de Stuurgroep
worden alle partners geacht elkaar aan te spreken op gesignaleerde
misstanden bij handhaving van het beleidskader en overige afspraken.
De Stuurgroep stelt per seizoen een actieplan op met daarin de
belangrijkste activiteiten van haar leden. De uitvoering van dit
actieplan wordt actief gevolgd. Door middel van het actieplan worden
de activiteiten van de leden van de Stuurgroep inzichtelijk en is het
mogelijk elkaar aan te spreken op de voortgang. Leden van de
Stuurgroep overleggen regelmatig met de eigen achterban. Daarbij komen
ook eventuele knelpunten ter sprake. Deze worden ingebracht in de
Stuurgroep.
Door instelling van het CIV en het auditteam voetbalvandalisme, door
de interne audits door de KNVB en de collegiale audits van de RHC
wordt veel informatie verkregen over handhaving van het beleidskader
en andere afspraken. Om de extra maatregelen die rondom de nieuwe
competitie-opzet zijn afgesproken te handhaven, heb ik een jaar lang
een projectrapporteur met twee ondersteuners aangesteld. Op korte
termijn start ik een onderzoek naar de mogelijkheden om de handhaving
van het beleidskader verder te verbeteren. Ik sluit niet uit dat het
af en toe zal voorkomen dat de handhaving van afspraken beter kan,
maar ik ben van mening dat zowel de organisatie van mijn regierol als
de inzet van de betrokken ketenpartners in het algemeen voldoet om
afspraken tijdig en accuraat te waarborgen. Dit sluit ook aan bij de
conclusie in het eindrapport van het auditteam over seizoen 2005-2006,
dat de aanpak van voetbalvandalisme is verbeterd en
geprofessionaliseerd
Auditteam voetbalvandalisme
Op advies van de Stuurgroep heb ik besloten de instelling van het
auditteam voort te zetten tot 1 juli 2008. Het auditteam zal geen
separate wedstrijdbezoeken meer verrichten. In plaats daarvan worden
collegiale audits georganiseerd door de RHC. Het auditteam zal zich
met name richten op thematisch onderzoek. De Stuurgroep stelt aan het
begin van ieder seizoen het onderzoeksprogramma van het auditteam
vast. Daarnaast blijft het auditteam beschikbaar voor onderzoek naar
incidenten.
Monitor sociaal preventief beleid
Door de DSP-Groep is de aangekondigde tweede kwantitatieve monitor met
betrekking tot het sociaal preventieve supportersbeleid over het
seizoen 2004 - 2005 opgeleverd. Alle Betaald Voetbal Organisaties
(hierna: BVO's) zijn benaderd, evenals een aantal gemeenten aan welke
aanvullende vragen zijn gesteld over de samenwerking op dit gebied
tussen gemeente en BVO. Niet alle benaderde partijen hebben
gereageerd; de respons was ca. 78%. Per BVO is in het rapport een
situatiebeschrijving opgenomen, gebaseerd op o.a. gegevens van het
CIV. In het algemeen kan over de uitkomsten het volgende gezegd
worden. De gemeentelijke rol wordt in de regel ingevuld door
afdelingen openbare orde en veiligheid en in mindere mate door het
jeugd- en welzijnsbeleid. Afdelingen sport en recreatie zijn bijna
nooit betrokken. Verder is de plaatselijke politie vaak actief
betrokken, terwijl uit de 29 reacties blijkt dat de lokale
supportersvereniging in tweederde van de lokale situaties partij is.
Verder wordt duidelijk dat de samenwerking op dit terrein bepaald
wordt door historische gegroeide lokale situaties. Een ander aspect
waarop in de monitor is gelet, is de doelgroep die bereikt wordt door
de sociaal preventieve activiteiten. Het groeiende fenomeen van
zogenaamde KIDS-clubs bij de BVO's leidt tot een groter bereik van de
doelgroep tot 12 jaar. Minder aandacht besteedt men aan de vaak
lastige groep van 13 - 18 jaar, de groep waaruit vaak de jonge aanwas
van vandalen afkomstig is. Voor de lastige supporters die begeleid
worden bij uitwedstrijden en voor hen die een stadionverbod hebben
gekregen, bestaat in de regel meer belangstelling. Deze laatste groep
wordt bijgestaan in hun pogingen de duur van het civielrechtelijk
stadionverbod te verminderen, dan wel ongedaan te maken door goed
gedrag te tonen of een alternatieve straf te ondergaan. In de monitor
wordt verder als algemeen aandachtspunt gewezen op de groeiende
onzekerheid in veel lokale situaties over de financiering van de
lokale activiteiten.
Stewards
In het door VWS gesteunde veiligheids- en publieksbeleid van de KNVB
in de afgelopen (2002 t/m 2005) en toekomstige jaren (2006 t/m 2009)
vormt de aandacht voor het functioneren van voldoende opgeleide
stewards een belangrijk aspect. De KNVB heeft in goed overleg met de
BVO's duidelijke criteria voor de opleiding tot steward betaald
voetbal ontwikkeld en ingevoerd. De opleidingseisen zijn vastgelegd in
het handboek "Werving, selectie en behoud van stewards". Alle BVO's
hebben een opleidingsplan bij de KNVB moeten indienen. Na beoordeling
zijn met ingang van het seizoen 2006/2007 alle BVO's gecertificeerd
tot het zelfstandig uitvoeren van de stewardopleiding. Dit maakt het
ook mogelijk om de opleiding enigermate toe te spitsen op de lokale
situatie. Deze kwaliteitstoets maakt onderdeel uit van de
licentie-eisen die aan de BVO's worden gesteld.
Geconstateerd kan worden dat de opleiding van de stewards de laatste
jaren zowel kwantitatief als kwalitatief verbeterd is. Het
opleidingsniveau is gestegen, terwijl tevens stewards voor meer taken
dan voorheen zijn geschoold. Dat de recente daling in de inzet van de
politie mede gerealiseerd kon worden doordat de stewards meer taken
hebben overgenomen en deze ook steeds beter invullen, lijkt geen boude
veronderstelling. Ook internationaal kan Nederland - volgens de KNVB -
de vergelijking doorstaan: na Engeland beschikt ons land - wellicht
samen met Duitsland - over het op één na beste niveau van stewards in
Europa. Kortom: er lijkt geen reden tot zorg over het niveau van de
stewards en hun opleiding.
Geweld bij het amateurvoetbal
Tijdens het AO van 12 april jl. is door de Kamer zorg uitgesproken
over negatieve ontwikkelingen bij het amateurvoetbal. Agressieve
toeschouwers, molestaties van scheidsrechters, e.d. werden daarbij als
voorbeelden genoemd. De KNVB onderkent de problematiek en heeft
diverse maatregelen genomen. Zo is gebleken dat in het seizoen
2005/2006 het aantal om geweldsredenen gestaakte wedstrijden is
gedaald met 18% ten opzichte van het vorige seizoen. In aantallen is
er sprake van een daling van 2451 gestaakte wedstrijden in het seizoen
2004/2005 naar 2008 in het seizoen 2005/2006. Min of meer gelijk bleef
over die periode het aantal molestaties van scheidsrechters. Dit
aantal schommelt, aldus de KNVB, al enige tijd rond de 210 per
seizoen.
De KNVB voert een actief, op preventie gericht beleid tegen
ongeregeldheden op en rond de (amateur-)velden, om deze aantallen nog
verder terug te dringen. Zo worden - als uitvloeisel van het
masterplan arbitrage - scheidsrechters aangemoedigd om wangedrag en
problemen bij de KNVB te melden. Tevens is de KNVB in het vorige
seizoen gestart met de campagne "wat doe jij om voetbal leuk te
houden?". Met die campagne wordt een ieder die zich op en rond het
voetbalveld bevindt op de eigen verantwoordelijkheid aangesproken. Met
ingang van het seizoen 2006/2007 heeft de KNVB een lik-op-stuk beleid
ingevoerd, waarmee het (districts-)bestuur de mogelijkheid heeft een
team of een vereniging direct uit de competitie te nemen wanneer daar
aanleiding toe is. Kortom: hoewel het geweld - zowel fysiek als
verbaal - nog geenszins van de velden is verdwenen, kan wel
geconstateerd worden dat de KNVB er veel aan doet - zowel preventief
als repressief - om het geweld tegen te gaan en uit te bannen. De
ontwikkelingen lijken zich ten goede te keren, maar veel inspanningen
op dit terrein zullen nog nodig zijn.
Overige onderwerpen
Na analyse van alle lokale convenanten heeft de Stuurgroep een nieuw
model-convenant vastgesteld en verspreid naar alle partijen met het
verzoek de convenanten voor het seizoen 2006-2007of voor seizoen
2007-2008 aan te passen.
De VNG zal op korte termijn een geactualiseerd model-APV afronden. Het
nieuwe model-convenant en de model-APV, alsmede andere actuele
onderwerpen zullen oktober dit jaar in een bijeenkomst met alle
voetbalambtenaren van gemeenten worden besproken. De Stuurgroep zal
voorjaar 2007 een congres organiseren voor de gezamenlijke achterban.
De rol van de Stuurgroep is sinds begin 2005 sterk veranderd vanwege
de ontwikkelingen rondom de nieuwe competitie-opzet. Naar verwachting
zal de discussie over de nieuwe competitie-opzet na 2006 afzwakken. Ik
zal vóór eind 2006 een evaluatie afronden over het functioneren van de
Stuurgroep en over de verwachtingen ten aanzien van de toekomstige
taken en werkwijze van de Stuurgroep. Op basis daarvan zal ik, in
samenwerking met de leden van de Stuurgroep, de taken en werkwijze van
de Stuurgroep bezien.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
J.W. Remkes
Rechts in de kantlijn treft u het bijbehorende eindrapport audit-team
en het rapport politie inzet.
***
Download het originele bericht in PDF-formaat.
Zie het origineel
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties