Extreem glas beter beschreven
Datum: 6 oktober 2006
Hoewel glas maken iets is waar we al vijfduizend jaar ervaring mee
hebben, is nog lang niet alles bekend over de fysica van glas.
'Opmerkelijk', vindt Kees Lazonder, 'zeker als je bedenkt dat we wel
aardig wat weten over kristallen'. Een belangrijk verschil is de
opbouw. In een kristal zitten de moleculen netjes geordend in een
rooster. De structuur van glas is veel minder strak.
In zijn onderzoek concentreert Lazonder zich op twee modellen die
worden toegepast om de fysica van glazen (en vloeistoffen) te
beschrijven in twee extreme omstandigheden. Die modellen werden getest
op effectiviteit en toepasbaarheid buiten het nauwe temperatuurgebied
waarin ze doorgaans worden gebruikt. Het ene uiterste is de extreem
lage temperatuur dicht bij het absolute nulpunt. Het andere een hoge
temperatuur waarop het glas vloeistof is geworden. Het zou mooi zijn
als één model voldeed in beide omstandigheden. Dat lukt niet zomaar,
constateert Lazonder. "Om aan te blijven sluiten bij de realiteit moet
het karakter van het hogetemperatuurmodel bij lagere temperaturen
aanzienlijk veranderd worden. Maar ik laat zien hoe die veranderingen
bijna allemaal gerelateerd kunnen worden aan de veranderingen in de
dynamica van de vloeistof die in een glas verandert. Dus met een paar
aanpassingen, die min of meer voortvloeien uit bestaande
glasvormingstheorie, kun je de experimenten toch prima beschrijven."
Kees Lazonder (Leek, 1969) studeerde scheikunde in Groningen. Het
onderzoek werd uitgevoerd bij de vakgroep Optische wetenschappen van
de RUG en gefinancierd door de stichting FOM. /JS
Datum en tijd
6 oktober 2006, 16.15 uur
Promovendus
C. Lazonder
Proefschrift
Solvation dynamics in liquids and glasses
Promotor
prof.dr. D.A. Wiersma
Faculteit
wiskunde en natuurwetenschappen
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Informatie
C. Lazonder, tel. (020)419 77 96, e-mail: c.lazonder@xs4all.nl (privé)
Rijksuniversiteit Groningen