European Union



Wijs worden uit de media van vandaag: Commissie start inspraakronde over media-alfabetisme

Naarmate de nieuwe informatie- en communicatietechnologie het voor iedereen steeds gemakkelijker maakt te publiceren, uit te zenden of te communiceren, wordt "media-alfabetisme" (het vermogen om de inhoud van media op zijn waarde te kunnen beoordelen en bewuste keuzes te kunnen maken) steeds belangrijker voor een actief burgerschap en de democratie. Om dit media-alfabetisme in het digitale tijdperk te cultiveren en te verbeteren heeft de Europese Commissie vandaag een begin gemaakt met een inventarisering van optimale praktijk in de hele EU. In 2007 zal er een mededeling verschijnen met de conclusies en voorstellen die uit deze inventarisering voortvloeien. De vragenlijst moet inzicht opleveren in de opinie van het publiek over media-alfabetisme in verband met digitale technologie en daarnaast informatie over initiatieven voor commerciële communicatie, film en de online-wereld. De antwoorden moeten uiterlijk op 15 december binnen zijn.

"Media-alfabetisme is vandaag de dag net zo cruciaal voor een actief en volwaardig burgerschap als alfabetisme aan het begin van de negentiende eeuw", stelt Viviane Reding, commissaris voor informatiemaatschappij en media. "Het is ook essentieel om de nieuwe wereld van breedband-inhoud, altijd en overal bereikbaar, te kunnen betreden. Ik verwacht dan ook dat deze inspraakronde optimale praktijk op Europees niveau voor het voetlicht brengt en ideeën voor toekomstige initiatieven signaleert."

Media-alfabetisme heeft betrekking op alle media zoals televisie en film, radio en muziek op geluidsdragers, gedrukte media, videospelletjes het internet en andere nieuwe digitale communicatietechnologie. De nieuwe technologie maakt het voor iedereen gemakkelijker te publiceren wat hij of zij wil en daarom is het met de ongekende hoeveelheid informatie en inhoud die op breedbandnetwerken beschikbaar is, essentieel geworden dat we over de vaardigheden beschikken om de betekenis te halen uit het bombardement van boodschappen waarmee de media ons dagelijks bestoken. Deze vaardigheden, d.w.z. het vermogen om in te zien, te analyseren en te beoordelen wat de kracht van beelden, geluiden en berichten is en zich hier bij het maken van keuzes bewust van te zijn, vormen samen media-alfabetisme. Dit betekent dat media-alfabetisme de burger helpt te beseffen hoe de media inzichten en meningen filteren, vorm geven aan de volkscultuur en persoonlijke keuzes beïnvloeden. Dit geeft de burger het kritische denkvermogen en de vaardigheden voor creatieve probleemoplossing die hem tot een oordeelkundig consument en producent van inhoud maakt.

Media-alfabetisme ondersteunt ook de vrijheid van meningsuiting en het recht op informatie en helpt zo bij het opbouwen en instandhouden van de democratie. Er is ook een verband tussen media-alfabetisme en betere regelgeving, omdat een maatschappij met media-alfabetisme het vermogen heeft om zelf beoordelen en te kiezen en zodoende minder gedetailleerde beschermende voorschriften nodig heeft.

Dergelijke vaardigheden moeten echter worden gekoesterd en deze vragenlijst is bedoeld om de beste manier hiervoor te zoeken. De vragenlijst bestaat uit vier delen: het eerste deel bevat algemene vragen over media-alfabetisme en in de andere drie delen wordt informatie verzameld over initiatieven en projecten voor commerciële communicatie, audiovisuele werken en de online-wereld.

Deze inspraakronde vormt een aanvulling op de lopende werkzaamheden van deskundigen onder voorzitterschap van de Europese Commissie en loopt tot 15 december. De conclusies zullen als leidraad voor de discussies fungeren, met name binnen de werkgroep van deskundigen voor media-alfabetisme. Ze zullen de basis vormen voor een mededeling van de Commissie die in de tweede helft van 2007 zal verschijnen. Iedereen kan aan de inspraakronde deelnemen, bijvoorbeeld mediaorganisaties en de branche, gewone en buitenschoolse onderwijsinstellingen, aanbieders en producenten van inhoud, culturele en onderzoeksinstellingen, regelgevers, consumentenorganisaties en andere verenigingen die burgers vertegenwoordigen.

Het initiatief van de Commissie voor media-alfabetisme is een integrerend onderdeel van haar algemene beleid om het vertrouwen in en de benutting van online-inhoud te bevorderen (zie IP/06/1071, IP/06/1124, IP/06/672, IP/05/1261 en IP/05/98).

Voor meer informatie over de inspraakronde en het document daarover kunt u terecht op
http://ec.europa.eu/comm/avpolicy/media_literacy/index_en.htm