De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : DL. 2006/2289
datum : 05-10-2006
onderwerp : Misstanden op de veemarkt
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op vragen gesteld door de
leden Van Gent (Groen Links), Waalkens (PvdA) en Van der Ham (D66)
inzake de misstanden op de veemarkten.
1
Heeft u kennisgenomen van de aangifte van de Stichting Dierenrecht
Nederland / ROAR naar aanleiding van de mishandeling van dieren op de
veemarkten van Leeuwarden en Utrecht?
Ja.
2
Wat is uw oordeel over de door de stichting geconstateerde misstanden
op de veemarkten, waaronder het schoppen en slaan van zieke en
oververmoeide dieren, het toedienen van elektroschokken en het
verzuimen van het melken, voeren en water geven aan dieren gedurende
lange tijd?
De geconstateerde misstanden zijn onacceptabel.
3
Sinds wanneer zijn de misstanden op de veemarkten bij uw ministerie en
de AID bekend?
Is het correct dat u al zeker anderhalf jaar hiervan op de hoogte
bent, zoals de Stichting Dierenrecht meldt?
De misstanden zijn sinds vorig jaar bekend naar aanleiding van een
klacht. Dat is ook de reden dat de AID de controles daarop de
afgelopen anderhalf jaar heeft geïntensiveerd en de VWA een protocol
heeft afgesproken met het bestuur van de veemarkten.
4 en 5
Klopt het dat de AID slechts eenmaal heeft ingegrepen bij de veemarkt
in Utrecht en toen drie dieren heeft moeten afmaken en kunt u aangeven
hoe de controle door de AID op de veemarkten is georganiseerd? Hoe
vaak worden veemarkten bezocht door inspecteurs, en hoe vaak treden
zij op tegen mishandeling, uitdroging, verhongering en andere
misstanden?
De AID controleert de veemarkten, verzamelplaatsen en slachtplaatsen,
waaronder de aan- en afvoer. Dit geschiedt op wisselende tijden van de
dag. Daarbij wordt met name gecontroleerd op de bepalingen voor
dierenvervoer, inclusief vervoer van wrak vee, artikel 36/37 GWWD,
Reiniging en Ontsmetting en I&R. De AID is vooral gericht op
corrigeren en waarschuwen omdat deze maatregelen vaak op de lange duur
betere resultaten opleveren dan direct het aanzeggen van een
proces-verbaal. Dit gebeurt mede in overleg met de markt, die zelf ook
actief handelaren aanspreekt.
Bij ernstige overtredingen treedt de AID wel verbaliserend op.
Tijdens één van de controles op de veemarkt Utrecht is gebleken dat 3
runderen niet geschikt waren voor de handel en in samenspraak met de
eigenaar is besloten de dieren ter plaatse te euthanaseren omdat
verder vervoer niet verantwoord was voor het welzijn van de dieren. De
overige controles op het gebied van welzijn werden akkoord bevonden.
Op het gebied van gezondheid (I&R) en Reiniging en Ontsmetting (R&O)
heeft de AID vaker proces-verbaal opgemaakt.
Op de veemarkt Leeuwarden heeft de AID meerdere malen ingegrepen en
met enige regelmaat dieren laten afmaken, als zij niet op korte
termijn (meestal 1 uur) weer op de benen kwamen. Dit euthanaseren
gebeurt door de Veemarkt zelf. Dit zijn vaak gevallen waarbij tijdens
transport iets misgaat met het rund (meestal kruislam). In Leeuwarden
zijn daarvoor 2 processen-verbaal opgemaakt.
6
Gaat u zich inspannen om de in de aangifte geformuleerde overtredingen
van de Gezondheids- en Welzijnswet Dieren en het Besluit Dierenvervoer
tot op de bodem te laten uitzoeken?
Ik vind het van belang dat tot de bodem wordt uitgezocht wat er is
voorgevallen. Naar aanleiding van de bij het Openbaar Ministerie
binnengekomen aangifte heeft de AID strafrechtelijk onderzoek
ingesteld.
7
Bent u met ons van mening dat de geconstateerde mishandeling van
dieren schokkend is en dat een strengere in intensievere aanpak
noodzakelijk is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, bent u bereid hier binnen
de AID capaciteit voor vrij te maken?
Ik ben met u van mening dat de geconstateerde mishandelingen
onacceptabel zijn. Ik heb dan ook besloten om het toezicht verder te
intensiveren. Daarnaast zal ik met het bestuur van de veemarkten
afspraken maken over een strikte toepassing van het protocol.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit