FNV Bouw


Leo Hartveld kandidaat Federatiebestuur FNV

Leo Hartveld, penningmeester van FNV Bouw en in het bondsbestuur verantwoordelijk voor sociale zekerheid, is door FNV Bouw kandidaat gesteld voor het Federatiebestuur van de FNV. Door het vertrek van Ton Heerts naar de Haagse politiek is daar een plek vrijgekomen. Hartveld is kandidaat voor de functie van penningmeester van de FNV, met inbegrip van de portefeuille sociale zekerheid. Op 6 november neemt de Federatieraad van de FNV een besluit over de vervulling van de vacature; de Federatieraad bepaalt dan ook wie van de bestuurders vice-voorzitter van de FNV wordt.

Leo Hartveld (50) is van huis uit politicoloog. In 1985 kwam hij als beleidsmedewerker in dienst van FNV Bouw. Enkele jaren was hij hoofd van de afdeling sociaal-economisch beleid. Sinds 2003 heeft hij zitting in het bondsbestuur van FNV Bouw. Leo Hartveld woont met vrouw en twee kinderen in Gouda.

Met passie praat Hartveld over zijn portefeuille sociale zekerheid. De cijfers zijn hem bekend. Even zo de gedachten achter positieve en negatieve 'prikkels'. Maar het gaat hem steeds om mensen: "Herkeurden komen niet aan de bak. Ze worden veroordeeld tot armoede." Ergernis wekt bij hem dat de kabinetten Balkenende de stagnatie van de economie hebben versterkt en werkgelegenheid hebben afgebroken. "Het kabinet streepte de gesubsidieerde arbeid weg. Maar die mensen kwamen niet in ander werk terecht. Terwijl ze nuttige taken verrichtten, als onderwijsassistent, als conciërge, als stadswacht. Ook schafte het kabinet de loonkostensubsidie op laagbetaald werk af. Dat kostte veel banen aan de onderkant." Hij somt cijfers op: "Tussen 1998 en 2002, vóór Balkenende, kwamen er 550.000 werkenden bij in een baan van 12 uur per week of meer. Tussen 2003 en 2007 zullen dat er slechts 220.000 zijn. Balkenende rekent het volgende jaar, na zijn regeringsperiode dus, erbij om nog tot een beetje fatsoenlijk plaatje te komen. Dit kabinet heeft het slechtst gescoord op werkgelegenheid van alle regeringen sinds Van Agt-Wiegel, dat te kampen had met de sterkste recessie sinds de Tweede Wereldoorlog."

Hartveld vindt dan ook dat de wijzer van de conjunctuur te veel uitsloeg onder Balkenende: "De ww is op zichzelf een stabilisator van de economie. Door de uitkering blijft het inkomen van een werkzoekende min of meer op peil. Daardoor zakken ook in tijden van sterke groei van de werkloosheid de binnenlandse bestedingen niet volledig weg. Maar minister Zalm had er voor zijn begroting baat bij om de fondsen zo groot mogelijk te houden: zo kreeg hij geen klachten uit Brussel. Daardoor werd in een tijd dat de economie een oppepper had kunnen gebruiken, te veel ww-premie geheven. Nu zo'n stimulans voor de economie eigenlijk niet meer hoeft of zelfs schadelijk kan werken, mogen de premies opeens wél omlaag."

De kandidaat voor het FNV-bestuur: "Balkenende heeft veel onzekerheid geschapen in de samenleving. Hervormingsagenda? In de bouw heet dat sloop." Zo keert hij zich fel tegen een effect van de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten). "Wie niet aan aangepast werk kan komen, wordt in de armoede gedrukt. Dat onderdeel moet worden omgevormd." Het gaat immers om een minimale uitkering aan mensen die tussen 35 en 80 procent arbeidsgeschikt zijn: "Dat zou stimuleren om méér te werken. De werkelijkheid is dat niet iedereen werk krijgt. Voor het gedeelte werkloosheid is er nog even ww. Daarna rest bijstand. Of zelfs dat niet, met een werkende partner of een eigen huis." Volgens hem klopt het zittende kabinet zich ten onrechte op de borst dat "de arbeidsongeschiktheid onder controle is. Maar al onder Kok stelde de commissie Donner voor om de gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid af te schaffen. Ook de Sociaal-Economische Raad wilde vernieuwing van de WAO. En de huidige uitvoering is een gedrocht, nu zowel UWV als particuliere verzekeraars WGA-pakketten mogen aanbieden."

Met een warm pleidooi voor 'gesubsidieerde arbeid' verzet hij zich tegen het voorstel van het kabinet Balkenende tot werken met behoud van uitkering: "Binnen de kortste keren hebben we de werkverschaffing terug." Hij vindt wel dat uitkeringsgelden mogen worden ingezet om mensen kansen te geven. "Maar dan zoals de Raad voor Werk en Inkomen voorstelt, met 'participatiebanen'. Dat is werken voor een inkomen, met inzet van uitkeringsgelden. En in de RWI zitten naast werkgevers en werknemers óók de gemeenten."

Voor de uitvoering van uitkeringen, zowel bij werkloosheid als arbeidsongeschiktheid, kiest Hartveld voor regie door werkgevers en werknemers in een sector. "Zij moeten vervolgens als opdrachtgever een contract sluiten met een verzekeraar." Bemiddeling en begeleiding naar ander werk komt dan eerder van de grond: "Voorkómen voorop staan. Er valt heel snel te zien of iemand zelf een baan vindt. Zo niet, dan meteen hulp aanbieden, eventueel met scholing. Dat houdt het aantal uitkeringen klein en dus kan de premie omlaag."

Het verdwijnen van het onderscheid tussen 'ziekenfonds' en 'particulier' is het enige dat Hartveld prijst in het zorgstelsel: "Het basispakket is te klein: tandarts en fysiotherapeut moeten terug. De no claim is asociaal. Daarvoor betalen we 90 euro te veel premie. En mensen die weinig gebruik maken van de gezondheidszorg, krijgen 255 euro terug. Dat is omgekeerde solidariteit: van zieken met gezonden!" En dan vormt de zorgtoeslag wel een terechte tegemoetkoming van het kabinet "omdat de vakbeweging eiste dat de inkomenseffecten van het nieuwe zorgstelsel werden opgevangen. Maar door de hoge nominale premie maken daar nu 5 miljoen mensen gebruik van. Veel te veel! Het veroorzaakt een enorme bureaucratie met hoge kosten." Zijn remedie: verlaag de nominale premie en maak een groter gedeelte afhankelijk van het inkomen. "Dat voorkomt ook dat een onevenredige last bij werknemers terechtkomt."

Over de IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten) oordeelt Hartveld genuanceerd. "De toegang is te streng. Te veel mensen krijgen te horen dat ze weliswaar volledig arbeidsongeschikt zijn, maar niet duurzaam. Dat scheelt ze in hun uitkering." Want, en daar is hij ronduit trots op, de IVA-uitkering is naar 75 procent verhoogd: "Dat is aan FNV Bouw te danken!" Sinds de WAO-uitkering van 80 naar 70 procent ging, hield FNV Bouw 'verhoging' op de agenda. Hartveld: "In de Tweede Kamer is terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2006 toegezegd. Wat ontbreekt: ook de lopende WAO-uitkeringen moeten naar 75 procent."

Toch kijkt Leo Hartveld genuanceerd terug op de laatste jaren: "Niet alles is negatief." Hij neemt de bijstand als voorbeeld: "De FNV was kritisch over de bezuiniging die in de Wet Werk en Bijstand zit ingebakken. Slecht is ook dat gemeenten categorieën bijstandgerechtigden geen extraatje mogen geven. Maar het is goed dat gemeenten nu hun uiterste best doen om mensen aan werk te helpen."