Technische Universiteit Eindhoven

26-09-2006: Veiligere motorhelm dankzij menselijk testhoofd

Een helm ontwerpen die de overlijdenskans van motorrijders minimaliseert. Dat was het doel van Eric van den Bosch. Hij ontwikkelde een methode voor het ontwerpen van veiligere motorhelmen. Met een geheel eigen ontwikkeld testhoofd, dat het menselijke hoofd zo goed mogelijk benadert, voerde hij vele testen en experimenten uit. Op basis daarvan maakte hij een helm waarbij de kans op letselschade bij motorrijders aanzienlijk kleiner is dan bij de huidige beschikbare motorhelmen. Van den Bosch verdedigt woensdag 27 september aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) zijn proefschrift.

Jaarlijks overlijden in Europa 5000 mensen aan een motorongeluk. Veilige helmen voor motorrijders spelen een belangrijke rol in het terugdringen van het aantal verkeersdoden. Als de helm van een motorrijder met een snelheid van meer dan 35 km/uur tegen het asfalt knalt, kan dat al dodelijke gevolgen hebben. Om de helmkwaliteit tot op bepaalde hoogte te garanderen zijn in de laatste decennia standaarden voor het testen van motorhelmen bepaald. Deze standaarden zijn echter nog voor verbetering vatbaar.

Schedelpan

Als eerste maken de valproeven gebruik van een testhoofd dat geheel uit aluminium bestaat. De overeenkomsten met het menselijke hoofd zijn daarmee beperkt, vooral omdat de precieze schade aan de hersenen daarmee niet is na te bootsen. Eric van den Bosch, zelf een fervent motorrijder, ontwierp als alternatief een testhoofd waarbij de bovenste helft bestaat uit een geleisubstantie in combinatie met een dunne schedelpan van kunststof. Met behulp van zijn nieuwe testhoofd voerde van den Bosch vervolgens vele botstesten uit, vaak in computer simulaties.

Levensbedreigend

Uit zijn onderzoek bleek dat de huidige standaard incompleet was. Niet alleen de directe klap op het hoofd is levensbedreigend, maar ook de snelle draaiing van het hoofd als gevolg van de klap . Daarnaast stelde hij vast dat de optimale valhelm niet kan bestaan. Het is namelijk niet mogelijk om een helm te ontwerpen die én zware letselschade voorkomt beschermt bij botsingen met lage snelheid, én maximale bescherming biedt bij botsingen met hoge snelheid. Als het binnenwerk van polystyreenschuim te zacht is, klapt het hoofd van de bestuurder bij hoge snelheden direct op de harde buitenkant van de helm. Als het binnenwerk te hard is, is de kans op letsel bij lage snelheden groter.

Van den Bosch wist echter, met gebruikmaking van zijn computersimulaties, een helm te ontwerpen met op verschillende plekken afwisselend hard dan wel zacht binnenwerk. Zijn motorhelm veroorzaakte in de valproeven bij een vastgestelde valsnelheid van 27 km/uur 40% minder letselschade. Bovendien treedt een kritieke hoeveelheid letselschade pas op bij een botsingssnelheid die 16% hoger ligt.