30 678 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in
verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving
NOTA VAN WIJZIGING
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
Onder het plaatsen van het cijfer '1' voor de bestaande tekst wordt aan artikel 18b een lid
toegevoegd, luidende:
2. Als beboetbaar feit wordt tevens aangemerkt het door de werkgever niet of onvoldoende kunnen
overleggen van enige schriftelijke bescheiden waaruit de aard van de arbeidsrelatie, het door hem
betaalde loon of de door hem betaalde vakantiebijslag of het aantal gewerkte uren blijkt van een in
zijn onderneming, bedrijf of inrichting aangetroffen persoon.
Toelichting
In deze nota van wijziging wordt voorgesteld in artikel 18b een tweede lid toe te voegen, waarbij het
door de werkgever niet of onvoldoende kunnen overleggen van de noodzakelijke bescheiden
waaruit de aard van de arbeidsrelatie blijkt van een persoon die in zijn bedrijf wordt aangetroffen,
beboetbaar te stellen. Dat geldt ook voor het door hem betaalde loon of de betaalde vakantiebijslag
en het aantal door de desbetreffende persoon gewerkte uren. De consequentie van deze bepaling is
dat ervan wordt uitgegaan dat er sprake is van een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste
lid, wanneer iemand wordt aangetroffen die arbeid verricht ten behoeve van de onderneming als er
geen bescheiden zijn waaruit het tegendeel blijkt. Op deze wijze wordt het voor de toezichthouder
mogelijk om effectief te handhaven.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid