Time : 18:00:00
Date : 17 September 2006
Sender Name: Kabinet Dirk Van Mechelen
ONDER EMBARGO TOT 19u: VLAAMSE MONUMENTENPRIJS GAAT NAAR HET STOOMCENTRUM MALDEGEM
PERSMEDEDELING VAN DIRK VAN MECHELEN
VLAAMS MINISTER VAN
FINANCIËN EN BEGROTING EN RUIMTELIJKE ORDENING
Minister Dirk Van Mechelen rijkt Vlaamse Monumentenprijs 2007 uit aan
Het Stoomcentrum van Maldegem
ONDER EMBARGO TOT 19u00
Naar aanleiding van het jaarlijkse slotfeest van de
Open-Monumentendag, dat plaatsvond in het kasteel van Duras bij
Sint-Truiden, maakte Vlaams minister Dirk Van Mechelen, bevoegd voor
het onroerend erfgoed, de winnaar bekend van de jaarlijkse Vlaamse
Monumentenprijs.
De winnaar werd geselecteerd uit 5 laureaten, 1 per Vlaamse
provincie. Alle provinciale laureaten ontvangen een prijs van 2.500
Euro, de winnaar krijgt daar bovenop nog eens 12.500 Euro.
De laureaten waren:
- de barokke Sint-Augustinuskerk te Antwerpen, gerestaureerd en
herbestemd tot hedendaags muziekcentrum;
- de Keizelboomgaard in Diepenbeek, met ruim 2.000 hoog- en
laagstamfruibomen, aangeplant als levend archief van fruitkundig
erfgoed;
- het Stoomcentrum in Maldegem, dat de lokale stationssite
restaureerde en veelzijdig herbestemde, en historische stoomtreinen
laat rijden op de buiten gebruik gestelde spoorlijn Eeklo-Brugge;
- de 18de eeuwse Norbertijnerpastorie van Wemmel, gerestaureerd en
herbestemd tot administratief gebouw;
- brouwerij "De Leeuw" in Aartrijke-Zedelgem, een gebouwencomplex uit
1871, gerestaureerd en herbestemd tot gemeentelijk archief.
De Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, het Vlaams
Instituut voor het Onroerend Erfgoed, en de gewestelijke
administratie bevoegd voor onroerend erfgoed, stelden drie potentiële
winnaars voor: de Sint-Augustinuskerk, de Keizelboomgaard en het
Stoomcentrum. Deze kregen dan ook een eervolle vermelding.
Minister Van Mechelen heeft uiteindelijk beslist om de hoofdprijs uit
te reiken aan het Stoomcentrum van Maldegem, omdat dit project het
meest tegemoetkomt aan volgende beleidsaspecten:
- het belang van een integrale erfgoedbenadering, met aandacht voor
verschillende erfgoedvormen;
- draagvlak, betrokkenheid en samenwerking als essentiële basis voor
geslaagde erfgoedzorg;
- het belang van vrijwilligerswerk als motor voor een geëngageerde
erfgoedzorg;
- herbestemming en moderne ontsluiting als sleutel tot een goede
integratie van erfgoed in ons dagelijks leven.
"De Monumentenprijs is een jaarlijks dilemma: vijf winnaars, maar
slechts één hoofdprijs!", besluit minister Dirk Van Mechelen.
Het Stoomcentrum in Maldegem is een bijzonder professionele
vrijwilligersvereniging, die sinds 1989 een deel van de buiten
gebruik gestelde NMBS-spoorlijn Eeklo-Brugge exploiteert met
historische treinen. De vzw staat in voor het onderhoud en de
restauratie van de stationsgebouwen, de spoorinfrastructuur en het
treinmaterieel. Onder haar impuls werd, in samenwerking met een
buurtcomité, de restauratie en ontsluiting van de Maldegemse
stationssite tot een goed einde gebracht. De voormalige
stationsgebouwen kregen een veelheid aan nieuwe functies, van
museumcafé tot privéwoning.
IN BIJLAGE (hieronder)
1) meer info over de laureaten
2) de speech van minister Van Mechelen die hij uitspreekt op het
slotfeest en waar hij enkele nieuwe beleidsaccenten legt
Voor meer info:
Kabinet Vlaams minister Dirk Van Mechelen
Persdienst: Philippe Heyvaert en Sabine Van Dooren
Tel.: 02/552.67.35 GSM: 0495/23.16.90 Fax: 02/552.67.01
e-mail: persdienst.vanmechelen@vlaanderen.be
---
BIJLAGE 1: BIJKOMENDE INFORMATIE OVER DE LAUREATEN
LAUREAAT VOOR DE PROVINCIE ANTWERPEN:
*De gerestaureerde en tot hedendaags muziekcentrum herbestemde
Sint-Augustinuskerk in Antwerpen-stad. De barokke kloosterkerk,
tussen 1615 en 1618 opgetrokken naar ontwerp van Wenzel Cobergher,
hofarchitect van Albrecht en Isabella, werd in de jaren '1970
gedesaffecteerd. De kerk, aansluitende kapel en kosterwoning werden
gerestaureerd en uitgebreid met een nieuwbouwvleugel. Het
muziekcentrum omvat een hedendaagse concertzaal, foyer,
artiestenloges, opnamestudio en kantoorruimte. De kerk, die op zich
te bezichtigen blijft, is aangepast aan de vereisten voor een
optimale concertbeleving en voorzien van alle moderne comfort.
Daarbij is de monumentale waarde van het gebouw, dat sinds 1939
beschermd is, perfect gerespecteerd.
LAUREAAT VOOR DE PROVINCIE LIMBURG:
*De Keizelboomgaard in Diepenbeek. De Keizelboomgaard omvat 556
hoogstam- en 1500 laagstamfruitbomen, sinds 1986 aangeplant door de
Nationale Boomgaardenstichting. De bomen leveren genetisch materiaal
voor de heraanleg en het herstel van met verdwijning bedreigde
fruitrassen.
LAUREAAT VOOR DE PROVINCIE OOST-VLAANDEREN:
*De activiteiten van de vzw Stoomcentrum in Maldegem. De vzw heeft
sinds 1989 een deel van de NMBS-spoorlijn Eeklo-Brugge in concessie.
De spoorlijn, in 1862 gerealiseerd als privéspoorlijn, werd
definitief afgeschaft in 1988. De vzw Stoomcentrum beheert de lijn
vanuit de stationssite van Maldegem, en laat historische stoomtreinen
rijden op de sporen. Vrijwilligers staan in voor het beheer, het
onderhoud en de restauratie van stationsgebouwen, spoorweg- en
treinmaterieel. In 2003-2004 restaureerde en herbestemde de vzw de
Maldegemse stationssite, één van de meest representatieve in
Vlaanderen, met een station uit 1862, een telegraafkantoor uit 1931,
een schuilbunker uit de Tweede Wereldoorlog, een goederenloods en de
woning van de onderstationschef.
LAUREAAT VOOR DE PROVINCIE VLAAMS-BRABANT:
*De gerestaureerde en tot muziekschool herbestemde pastorie van
Wemmel. De voormalige Norbertijnerpastorie van Wemmel werd
opgetrokken ca. 1700, en verbouwd in het laatste kwart van de 18de
eeuw. Het interieur behield 18de- en 19de-eeuwse karakteristieken.
Het gebouw werd in 1997 beschermd als monument. De gemeente, die het
sinds 1960 in bezit heeft, en werd de laatste jaren vakkundig
gerestaureerd, met respect voor het waardevolle interieur. Buiten
worden de vroegere druivenserre gereconstrueerd en een boomgaard
aangelegd.
DE LAUREAAT VOOR DE PROVINCIE WEST-VLAANDEREN:
*De gerestaureerde en tot stadsarchief herbestemd brouwerij De Leeuw
te Zedelgem. De voormalige brouwerij/mouterij te Zedelgem werd
opgericht in 1871. Na de Eerste Wereldoorlog bleef de brouwerij in
gebruik als bottelarij en drankdepot. Het complex werd jarenlang
verwaarloosd, in 1997 beschermd als monument en in 1998 aangekocht
door de gemeente Zedelgem, met de nu gerealiseerde restuaratie en
herbestemming als doel. De nieuwe functie werd ingebracht met respect
voor de historische constructie en functie van het gebouw.
---
BIJLAGE 2: toespraak minister Dirk Van Mechelen n.a.v. het slotfeest
ENKEL HET GESPROKEN WOORD TELT
Slotfeest van de Open Monumentendag 2006
Zondag 17 september - Kasteel Duras - Sint-Truiden
Mijnheer de gedeputeerde,
Mijnheer de burgemeester,
Mijnheer de voorzitter van OMD,
Dames en heren,
De prachtige omgeving en dit schitterende kasteel maken van deze
plaats zonder meer een waardige locatie om de 18de editie van de
Open-Monumentendag af te sluiten. Op een dergelijk ogenblik past het
om even terug te kijken en de editie 2006 te evalueren.
Tegelijkertijd is dit ook het moment om even vooruit te blikken naar
het komende werkjaar.
Het mag duidelijk zijn dat de Open-Monumentendag in 2006 zijn
reputatie als grootste cultuurevenement in Vlaanderen opnieuw heeft
waar gemaakt. Het blijft een onwaarschijnlijke prestatie voor slechts
1 dag, en de cijfers liegen er niet om: 450.000 bezoekers, 600
bijzondere openstellingen of leerrijke en boeiende activiteiten, 200
deelnemende steden en gemeenten.
Dat succes is ook alleen maar mogelijk dankzij de inzet van velen:
- de mensen van het coördinatiecentrum Open Monumentendag, die een
gans jaar bezig zijn met de praktische voorbereidingen;
- de bestuurders en medewerkers van provincies, steden en gemeenten,
die zorgen voor inhoudelijke, financiële of logistieke ondersteuning;
- en last but not least ook de vele vrijwilligers die vaak dagenlang,
voor en achter de schermen, in de weer zijn om "hun" Open
Monumentendag in optimale omstandigheden te laten verlopen.
Met "Import/Export" werd dit jaar een minder voor de hand liggend
thema gekozen. Dankzij het enthousiasme van vele lokale comités werd
dat thema op een erg gevarieerde manier ingevuld. Ik heb dat ook dit
jaar zelf in de praktijk kunnen vaststellen tijdens een rondrit die
me op 8 plaatsen bracht:
- van schitterende vliegtuigloodsen in Grimbergen, over een
mosselhengst in Baasrode en een vlindercollectie in een art nouveau
pand in Hamme, tot een heus "Hôtel de Maître" in de Antwerpse
binnenstad;
- van het Sint-Felixpakhuis en de Red Star Line in Antwerpen over de
quarantainestallen in Essen tot de archeologie in Kapellen en
omgeving.
"Import/Export" was duidelijk een thema dat op een groot
maatschappelijk draagvlak kan bogen. Ondanks het feit dat mensen op
minder plaatsen terecht konden, kwamen er verhoudingsgewijs zelfs
meer bezoekers.
Toch moeten we ook lessen durven trekken uit de voorbije editie. Een
aantal steden en gemeenten heeft afgehaakt, en het exclusieve
openstellen van monumenten - uiteindelijk het wezen van de
Open-Monumentendag - is vaak vervangen door andere activiteiten.
Blijkbaar gebeurde dat onder meer omdat het thema niet op een gepaste
manier kon worden ingevuld.
Het coördinatiecentrum Open-Monumentendag staat met andere woorden
voor een nieuwe uitdaging.
Naast coördinatie en sturing hebben de lokale comités duidelijk nood
aan actieve begeleiding bij het invullen van het jaarthema en het
openstellen van bepaalde monumenten.
Het was dit jaar bijvoorbeeld opvallend dat evidente
import-exportmonumenten, zoals de synagoge van Kalmthout of de
Japanse villa van Edegem, niet te bezoeken waren.
Het coördinatiecentrum zou hierop in de toekomst kunnen anticiperen,
bijvoorbeeld door vanuit de stuur- en werkgroep een lijst samen te
stellen van monumenten, waarvoor in functie van het gekozen thema
alles wordt gedaan om ze voor het publiek open te stellen.
Dames en heren,
Ook in 2007 wacht ons een boeiende Open Monumentendag. Het thema
"wonen" boeit elke Vlaming, en staat dan ook garant voor een
creatieve invulling. Ik ben ervan overtuigd dat het ook een thema is
dat voor een verruimde invalshoek kan zorgen. Twee jaar geleden
zorgde het toenmalige thema "van nature een monument" voor een aantal
samenwerkingsverbanden met natuur- en landschapsverenigingen. Deze
samenwerking werd op veel plaatsen ondertussen structureel.
Met een thema als "wonen" is de link naar moderne en hedendaagse
architectuur en optimale ruimtelijke ontwikkeling snel gelegd. Het is
dan ook de ideale gelegenheid om ook dit "erfgoed van de toekomst"
onder de aandacht te brengen. Wellicht kunnen samenwerkingsverbanden
met organisaties als het Vlaams Architectuur Instituut hier
inspirerend werken.
Met betrekking tot de toekomst, en de integrale en geïntegreerde
benadering van erfgoed, hoop ik ook dat de Open-Monumentendag en de
Erfgoeddag meer en meer naar elkaar toe zullen groeien. Onroerend,
roerend en immaterieel erfgoed zijn en blijven immers familie, en dat
blijkt uit de invulling van de thema's waarmee beide erfgoedfeesten
uitpakken.
Ter illustratie: de volgende Erfgoeddag heeft het over waarde en
waarden van het erfgoed. Al in de voorbereidende brochure komt
onroerend erfgoed onvermijdelijk aan bod, van historische gebouwen
met hun roerende patrimonium, tot en met de archeologische
ondergrond. Het samengaan van die aspecten is dus zeker iets waar we
ons in de toekomst zullen moeten over beraden.
Open-Monumentendag wordt ook minder en minder een ééndagsfeest.
Open-Monumentendag-junior, de Open Monumentendag voor de scholen, is
traditioneel een tweede feestdag, en dit jaar heeft het feest voor
het eerst tot dinsdag geduurd. Op die manier konden vele honderden
leerlingen, uit alle onderwijsnetten- en niveaus, kennis maken met
hun erfgoed.
Dit jaar zorgt ook de Monumentenstrijd voor een extra week vol
aandacht voor het erfgoed.
Dit crossmediale project dat de VRT samen met de ganse erfgoedsector
organiseert, is er in korte tijd in geslaagd om in praktijk duidelijk
te maken wat "maatschappelijk draagvlak" betekent. Ganse gemeenten,
steden en streken hebben zich achter hun erfgoed geschaard, in de
hoop dat hun project de selectie van de laatste 15 haalt. Wie dat nog
niet gedaan zou hebben, kan in extremis nog zijn favoriet verder
helpen door te stemmen. Vanavond worden de lijnen gesloten en worden
alle stemmen geteld.
De vele tienduizenden mensen die een stem hebben uitgebracht en de
creatieve manier waarop de verschillende initiatiefnemers hun project
onder de aandacht hebben geplaatst, tonen de dynamiek van de
erfgoedsector aan. Tegelijkertijd heeft Vlaanderen ook kunnen kennis
maken met de veelzijdigheid van het erfgoed want naast de meer
klassieke monumenten zoals kerken, woonhuizen of brouwerijen komen
ook landschappen, archeologische sites of zelfs het varend erfgoed in
aanmerking.
Op dinsdag 19 september a.s. om 12.15 uur worden de 15 laureaten
bekendgemaakt en kan het aftellen naar de rechtstreekse uitzendingen
vanaf januari 2007 beginnen. Aan het enthousiasme te zien, zal ook
het vervolg van Monumentenstrijd een succes worden. Hierdoor komt het
voornemen om het een gans jaar door Open Monumentendag te laten zijn
én om 6 miljoen Monumentenwachters te krijgen in Vlaanderen weer een
hele stap dichter.
Dames en heren,
Monumentenstrijd zorgt er natuurlijk voor dat erfgoed bijzonder veel
aandacht krijgt in de media. Wat mij betreft is dat uiteraard
terecht, maar ik wil er ook voor zorgen dat Monumentenstrijd als het
ware een duurzaam karakter krijgt. Dat kan in de eerste plaats door
ervoor te zorgen dat alle erfgoedprojecten in Vlaanderen voldoende
mogelijkheden krijgen op het vlak van onderhoud en restauratie.
Veel initiatiefnemers worden nog steeds afgeschrikt om een project te
realiseren wanneer zij vernemen dat het soms jaren kan duren
vooraleer hun premie kan worden toegekend. Dit is een oud zeer in de
erfgoedzorg. Toen ik als Vlaams minister bevoegd werd voor het
onroerend erfgoed was het dan ook één van mijn beleidsprioriteiten om
hier komaf mee te maken.
In primeur kan ik u hier aankondigen dat ik tijdens de
begrotingsbesprekingen erin geslaagd ben om voor 2007 een extra
budget van ruim 20 miljoen euro (21,4 mio) aan restauratie- en
onderhoudskredieten te voorzien. Dit bedrag, een toename van bijna
50% bovenop het huidige beschikbare budget (44,7 mio euro), moet
volstaan om de laatste stap in het wegwerken van de achterstand in
het toekennen van restauratiepremies te realiseren.
De eerste stap in dit proces was het herstellen van het evenwicht
tussen beleids- en betaalkredieten. Doordat de beleidskredieten in
het verleden aanzienlijk hoger waren dan de betaalkredieten, konden
wel veel restauratiepremies worden toegekend, maar konden ze niet aan
eenzelfde ritme worden uitbetaald. Hierdoor ontstond een wachtlijst.
Vanaf het eerste begrotingsjaar van deze legislatuur heb ik de
betaalkredieten stelselmatig opgetrokken.
In tweede instantie heb ik mijn aandacht gericht op de wachtlijsten
voor restauratiepremies. De restauratiepremies aan particulieren,
vzw's en openbare besturen kunnen doorgaans binnen het jaar na de
administratief-inhoudelijke goedkeuring van hun restauratiedossier
worden toegekend, met alle positieve gevolgen van dien voor planning,
kosten en uitvoeringstermijnen.
Voor dossiers "eredienst" - voornamelijk voor de restauratie van
kerken - loopt de wachttijd echter op. Het betreft niet zelden zware
restauratiedossiers, met navenant hoge restauratiepremies. Ook dit
probleem kan nu concreet worden aangepakt dankzij de injectie van bij
de 20 miljoen euro extra begrotingskredieten.
In een volgend stadium willen we vermijden dat er nieuwe wachtlijsten
zouden ontstaan door vooral aandacht te hebben voor een doorgedreven
en vooraf gepland onderhoud. Dit is efficiënter en goedkoper dan
opeenvolgende dure restauratiefases.
Dit kan in de praktijk gestalte krijgen door bijvoorbeeld beheers- en
meerjarenplanning op te stellen. De premieregeling voor beschermde
landschappen en varend erfgoed zijn nu al op deze principes
gebaseerd.
Dames en heren,
Tot slot is het mij een waar genoegen om traditiegetrouw tijdens dit
slotfeest de winnaar van de Vlaamse Monumentenprijs 2006 bekend te
maken. Draagvlak en voorbeeldfunctie zijn enkele van de
basisprincipes waaraan een project moet voldoen om genomineerd te
worden voor de Vlaamse Monumentenprijs.
Op 28 augustus maakte ik in Ename de vijf provinciale laureaten
bekend. Ik som ze nog even kort voor u op:
de barokke Sint-Augustinuskerk te Antwerpen, gerestaureerd
en herbestemd tot hedendaags muziekcentrum;
de Keizelboomgaard in Diepenbeek, met ruim 2.000 hoog- en
laagstamfruibomen, aangeplant als levend archief van fruitkundig
erfgoed;
het Stoomcentrum in Maldegem, dat de lokale stationssite
restaureerde en veelzijdig herbestemde, en historische stoomtreinen
laat rijden op de buiten gebruik gestelde spoorlijn Eeklo-Brugge;
de 18de eeuwse Norbertijnerpastorie van Wemmel,
gerestaureerd en herbestemd tot administratief gebouw;
brouwerij "De Leeuw" in Aartrijke-Zedelgem, een
gebouwencomplex uit 1871, gerestaureerd en herbestemd tot
gemeentelijk archief.
Alle laureaten zullen zo meteen alvast een prijs ontvangen van 2.500
Euro. De winnaar krijgt daar bovenop nog eens 12.500 Euro.
Zoals ik al in Ename aangaf, zijn eigenlijk alle laureaten winnaars.
Ze tonen elk op hun eigen manier hoe veelzijdig de
onroerend-erfgoedwereld en de onroerend-erfgoedzorg zijn, op welke
diverse manieren erfgoed functioneel kan blijven in onze moderne
maatschappij, en hoe overheden en particulieren in de meest
uiteenlopende samenwerkingsverbanden de kracht zijn achter
succesvolle projecten.
Het was dus niet eenvoudig om een winnaar te kiezen. Zelfs de
Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, het Vlaams
Instituut voor het Onroerend Erfgoed, en mijn administratie zijn het
onderling niet eens geworden. Zo werden mij drie verschillende
winnaars voorgesteld: alfabetisch, de Keizelboomgaard, de
Sint-Augustinuskerk en het Stoomcentrum. Graag geef ik deze drie dan
ook een eervolle vermelding.
Er kan echter maar één winnaar zijn, en uiteindelijk heb ik me bij de
eindbeslissing laten leiden door enkele van mijn beleidsaccenten:
het belang van een integrale erfgoedbenadering, met aandacht
voor verschillende erfgoedvormen;
draagvlak, betrokkenheid en samenwerking als essentiële
basis voor geslaagde erfgoedzorg;
het belang van vrijwilligerswerk als motor voor een
geëngageerde erfgoedzorg;
herbestemming en moderne ontsluiting als sleutel tot een
goede integratie van erfgoed in ons dagelijks leven.
Eén laureaat speelt perfect op al deze accenten in: het Stoomcentrum
van Maldegem.
Zo meteen wordt naast mij een filmpje geprojecteerd (met dank aan de
VRT), zodat u ook visueel kan kennis maken met dit veelzijdige
herbestemmings- en ontsluitingsproject, dat zowel onroerend, roerend
als mobiel erfgoed betreft, en dat gedragen wordt door vrijwilligers,
omwonenden, specialisten en talrijke bezoekers.
Na het filmpje kunnen de vijf winnaars hun prijs in ontvangst komen
nemen, maar ik zou hen nu al willen feliciteren met de geleverde
prestaties. Dankzij hun schitterende voorbeeld wordt bewezen dat
geslaagde, geëngageerde, geïntegreerde en integrale erfgoedzorg geen
illusie meer is. De vijf geselecteerde projecten bewijzen op kleine
schaal wat op grote schaal wordt gedemonstreerd door
Open-Monumentendag, Monumentenstrijd en Erfgoeddag: erfgoedzorg
leeft, en enkel dankzij de inzet van velen.
Ik zou dan ook iedereen willen bedanken die van ver of nabij bij deze
erfgoedfeesten betrokken is, voor de inzet en het enthousiasme, en
voor de gegarandeerde kwaliteit van het eindresultaat. Een bijzonder
woord van dank gaat vandaag naar onze Limburgse gastvrouwen en
-heren: de provincie, de stad Sint-Truiden, de erfgoedeigenaars en de
talrijke organisatoren en medewerkers van dit slotfeest. Dankzij hen
hebben we vandaag opnieuw kunnen kennismaken met enkele Vlaamse
erfgoedpareltjes.
Ik zou zeggen: afspraak op het volgende erfgoedfeest!
Ik dank u.