Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
15 september 2006
KABINET WIL WERKNEMERS IN ZIEKTEWET STIMULEREN TE RE-INTEGREREN
De regels die gelden voor de re-integratie van werknemers met een
Ziektewetuitkering, worden aangepast. Hiermee wil het kabinet hen meer
stimuleren om te re-integreren. Mensen met een uitkering op grond van de
Ziektewet hebben veelal geen werkgever meer. De ministerraad heeft op
voorstel van minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
ingestemd met het wetsvoorstel Activering zieke vangnetters. In het
wetsvoorstel staat duidelijker aangegeven wat van de zieke werknemer en het
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) verwacht kan worden op
het gebied van re-integratie.
Het UWV is naast het betalen van het ziekengeld gedurende de eerste twee
jaar ook verantwoordelijk voor verzuimbegeleiding en re-integratie van
mensen die geen werkgever (meer) hebben. Dit zijn bijvoorbeeld
uitzendkrachten, werklozen en werknemers met een tijdelijk contract. Ze
vormen een belangrijk deel van de instroom in de Wet werk en inkomen naar
arbeidsvermogen (WIA) omdat ze geen werkgever hebben waarnaar ze terug
kunnen keren en die hen stimuleert te re-integreren.
In de huidige situatie kunnen deze mensen een volledig beroep doen op de
Ziektewet als ze slechts een specifiek deel van hun werk niet meer kunnen
doen. Er wordt dan niet gekeken of ze andere onderdelen van het werk nog
wel kunnen doen. In de nieuwe situatie is voor de beoordeling of de
werknemer een Ziektewetuitkering krijgt van belang of hij de gewone
werkzaamheden nog kan doen die kenmerkend zijn voor zijn functie. Ook moet
het UWV aan het einde van de twee jaar ziekte een re-integratieverslag
opstellen. Verder worden de termijnen voor ziekmelding aangescherpt. De
wijzigingen gelden alleen voor nieuwe gevallen.
De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan
de Raad van State zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van
het advies van de Raad van State worden pas openbaar bij indiening bij de
Tweede Kamer. Het wetsvoorstel moet op 1 juni 2007 ingaan.
RVD, 15.09.2006
Ministerie van Algemene Zaken