15-9-2006
Op 12 september 2006 heeft de Tweede kamer met algemene stemmen het
voorstel voor de Wet inrichting landelijk gebied (Wilg) goedgekeurd.
Hiermee is de wettelijke basis gelegd voor het Investeringsbudget
Landelijk Gebied (ILG). De stemming was de formele afronding van het
kamerdebat over de Wilg op 31 augustus van dit jaar. Belangrijk rode
draad toen was de balans tussen voldoende sturing door het Rijk versus
voldoende ruimte voor de provincies bij de vormgeving en realisatie
van het gebiedsgerichte beleid. De hele Tweede Kamer kan zich nu
vinden in de in Wilg voorgestelde aanpak, die provincies een
belangrijke regierol geeft.
De invoering van het ILG is één van de grootste
decentralisatieoperaties van de laatste jaren en wordt door alle
betrokken partijen gezien als een zeer ingrijpende verandering. Het
gaat om een financiële vereenvoudiging, maar vooral om een verandering
van bestuurlijke verhoudingen en een versteviging van de rol van
provincies en gebiedspartners - waaronder gemeenten en waterschappen.
Investeren in natuur, landschap, milieu, landbouw en water
Het ILG is bedoeld om de aanpak in het landelijk gebied te
vereenvoudigen. Er ontstaat één meerjarig en ontschot rijksbudget voor
projecten in het landelijk gebied. De kern van de nieuwe manier van
werken is dat het Rijk een zevenjarige overeenkomst afsluit met elke
afzonderlijke provincie. Zo'n ILG-overeenkomst bevat een vast bedrag
voor het realiseren van duidelijk omschreven rijksdoelen, zonder
voorschriften over de manier waarop of het tempo waarin deze worden
gerealiseerd. Het Rijk maakt dus met elke provincie
prestatieafspraken. Provincies kunnen vanuit het budget investeringen
doen in de aanleg van de Ecologische Hoofdstructuur en
recreatiegebieden, de structuurverbetering in de landbouw, de
realisatie van de Nationale Landschappen, het verbeteren van de
milieukwaliteit, het verder vormgeven van waterbeheer en de uitvoering
van de reconstructie. De provincie betrekt vanzelfsprekend gemeenten,
waterschappen en maatschappelijke organisaties bij het vaststellen van
eigen ambities en het realiseren van de prestaties die met het Rijk
zijn overeengekomen. Het Rijk volgt tussentijds de voortgang. Aan het
einde van de zevenjarige periode leggen de provincies verantwoording
af over de geleverde prestatie.
Op dit moment worden de ILG-overeenkomsten tussen het rijk en de
provincies voorbereid. De ondertekening is in december van dit jaar
voorzien, zodat het ILG van per 1 januari 2007 van start kan gaan.
Provincies moeten nog het nodige in gereedheid brengen voor de
uitvoering: ze werken onder meer aan een subsidieverordening, een
loket voor subsidieaanvragers en investeerders, en aan duidelijke
afspraken met gebiedspartners over een programma.
Met het ILG is een bedrag van ongeveer 3,2 miljard euro aan rijksgeld
gemoeid voor de periode 2007-2013. Door dit rijksbudget te combineren
met middelen van provincies, gemeenten, waterschappen en Europese
Unie, kunnen de totale middelen voor het landelijk gebied oplopen tot
7,5 miljard euro voor dezelfde periode.
(bron: persbericht ILG)
Meer informatie
* Dossier Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG):
http://www.vrom.nl/ilg
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer