De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : TRCJZ/2006/2875
datum : 13-09-2006
onderwerp : Louche dierenhandel
bijlagen : 1
Geachte Voorzitter,
Naar aanleiding van de door de leden Duyvendak en Van Gent (beiden
GroenLinks) gestelde vragen, ingezonden op 13 juli 2006, over louche
dierenhandel, kan ik u, mede namens de minister van Justitie, het
volgende melden.
1
Kent u het bericht 'Louche dierenhandel heeft vrij spel'? 1
Ja.
2, 9 en 10
Wat zijn de schattingen omtrent de handel die in Nederland plaatsvindt
in beschermde dieren, waarbij illegaliteit danwel ernstige schending
van dierenwelzijn in het spel is?
Deelt u het standpunt, genoemd in het artikel, dat de aantoonbaar
illegale handel vrij sporadisch is, maar dat de echte problemen liggen
in de vermenging van de legale met de illegale handel (bijvoorbeeld
dat dieren voorzien zijn van papieren van buitenlandse autoriteiten
waaruit blijkt dat ze zijn gefokt, terwijl ze in werkelijkheid in het
wild zijn gevangen of dat dieren in opvangverblijven worden
'witgewassen')? Zo neen, waarom niet?
Kunt u aangeven wat de omvang is van de vermenging van legale met
illegale handel?
Zowel zuiver illegale handel als een vermenging van legale en illegale
handel komt voor. Op beide vormen van illegale handel vindt controle
plaats. De Dienst Regelingen (DR) van mijn departement is belast met
de afgifte van importvergunningen en controleert in dat verband op het
ten onrechte afgeven van exportdocumenten door buitenlandse
autoriteiten. Bij twijfel aan de status wordt advies gevraagd aan de
deskundigen van de CITES-commissie om na te gaan of het in te voeren
dier daadwerkelijk uit het desbetreffende land afkomstig is. Verder is
op Europees niveau het initiatief genomen om een database aan te
leggen waarin wordt vastgelegd welke dieren waar worden gefokt. Ook
dit draagt bij aan een effectieve toetsing van de juistheid van de
exportdocumenten. Ik verwijs voorts naar de antwoorden op vragen van
het lid Van Velzen (SP), ingezonden op 13 juli 2006.
Het is moeilijk om over de omvang van de illegale handel, al dan niet
vermengd met legale handel, uitspraken te doen, juist omdat deze
handel zich in de illegaliteit, in kleine gespecialiseerde en vaak
gesloten deelmarkten, afspeelt en een sterk internationaal karakter
heeft.
4
Hoeveel uitheemse dieren zijn in Nederland sinds 1990 jaarlijks in
beslag genomen? Hoeveel is dit in verhouding tot de inbeslagnames in
de ons omringende landen? Hoeveel rechtszaken volgden hieruit?
Als bijlage bij deze brief voeg ik een overzicht van het totale aantal
in beslag genomen dieren, gespecificeerd naar soorten specimens door
de Algemene Inspectiedienst (AID), douane en politie op het gebied van
onder andere CITES-regelgeving in de periode 1997-2006. Dit overzicht
is een actualisering van het overzicht dat ik uw Kamer verstrekte bij
brief van 14 juni 2005 2. Van het aantal inbeslaggenomen vogels is
circa 5-10% uitheems, bij de andere inbeslaggenomen dieren gaat het
doorgaans uitsluitend om uitheemse dieren. Er wordt niet bijgehouden
hoeveel rechtszaken uit de inbeslagnames zijn gevolgd.
5
Worden er in Nederland sinds begin jaren negentig veel minder dieren
in beslag genomen? Zo ja, waaruit verklaart u dat?
Uit het overzicht blijkt dat het aantal inbeslaggenomen dieren door de
jaren heen sterk fluctueert. Deze fluctuaties laten zich onder meer
verklaren doordat in enig jaar soms grote aantallen dieren in één zaak
in beslag genomen worden. Anderzijds kunnen ook een verbeterde
naleving of het verleggen van handelsstromen hiervan de oorzaak zijn.
6
Hoe groot is de prioriteit voor het tegengaan van de illegale handel
in exotische dieren bij de Algemene Inspectiedienst (AID)? Hoe
vertaalt zich dat in menskracht en middelen? Besteedt de AID jaarlijks
maar circa 300 uur aan Cites-handhaving? Zo neen, waarom niet?
Het tegengaan van illegale handel in exotische dieren heeft hoge
prioriteit bij de AID. De AID heeft hiervoor in 2006 ruim 12.000 uur
beschikbaar. Dit is een substantieel deel van de controlecapaciteit
die wordt ingezet op de controle van de Flora- en faunawet. Voorts
wordt ook door douane en politie handhavingscapaciteit ingezet om
dergelijke illegale handel tegen te gaan.
7 en 8
Hoe groot is de opslagcapaciteit voor inbeslaggenomen dieren? Speelt
de beperkte omvang hiervan een rol bij het aantal inbeslagnames, zoals
in het artikel wordt gesuggereerd door een AID'er?
Stelt het Openbaar Ministerie een grens aan het aantal
dierenrechtszaken? Zo neen, waaruit blijkt dat?
De opvangcapaciteit speelt geen rol bij inbeslagname. Er is namelijk
voor alle categorieën inbeslaggenomen dieren voldoende
opvangcapaciteit, ongeacht de aantallen. De opvangcapaciteit is
afgestemd op de jarenlange ervaring met inbeslagnames. Er zijn met
alle opvangcentra goede afspraken gemaakt over de opvang van
inbeslaggenomen dieren, alsmede met dierentuinen die in geval van
benodigde extra opvangcapaciteit eveneens dieren kunnen opvangen.
Door het Openbaar Ministerie (OM) wordt geen grens gesteld aan het
aantal zaken dat betrekking heeft op gevallen van illegale handel in
beschermde diersoorten, noch aan het aantal dieren dat daarbij in
beslag wordt genomen. Beschermde dier- en plantensoorten worden,
indien er geen invoervergunning aanwezig is, altijd in beslag genomen.
Indien door de AID, politie of douane een proces-verbaal wordt
opgemaakt van illegale handel in beschermde diersoorten, dan wordt
deze in behandeling genomen door het Functioneel Parket. Vanwege het
aantal inbeslaggenomen dieren kan het voorkomen dat de dieren van één
inbeslagname over verschillende opvangadressen worden verdeeld. Dit is
logistiek niet altijd eenvoudig, maar leidt nooit tot het weigeren van
dieren.
11
Wat is uw reactie op het relaas van de heer Van Gennep van Stichting
AAP, dat in een loods die uitpuilde van de slecht verzorgde, deels
zeldzame vogels, ondanks deze erbarmelijke situatie de AID slechts
vier (zoog)dieren in beslag nam? Waarom zijn de overige dieren aan hun
lot overgelaten? 3
Uit informatie van het OM is mij het volgende gebleken. In 2005 heeft
een doorzoeking plaatsgevonden bij een handelaar die van illegale
handel werd verdacht. Anders dan de heer Van Gennep in het genoemde
krantenartikel stelt, bevonden zich in de loods niet tienduizenden
vogels, maar enkele honderden. Bij de doorzoeking waren twee
dierenartsen aanwezig die de welzijnsituatie van de aanwezige dieren
hebben beoordeeld. Ofschoon de situatie in de betreffende loods
inderdaad te wensen overliet, werd deze door de dierenartsen niet
zodanig ernstig bevonden dat tot inbeslagname van alle aanwezige
dieren moest worden overgegaan.
Na overleg met de dierenartsen heeft de betrokken officier van
justitie besloten om drie zoogdieren in beslag te nemen op grond van
een verdenking van dierenkwelling (artikel 36, eerste lid,
Gezondheids- en welzijnswet voor dieren). Daarnaast zijn vijftien
vogels in beslag genomen die vermoedelijk illegaal waren verworven
(artikel 13, eerste lid, Flora- en faunawet).
3 en 12
Kunt u reageren op de stelling dat Nederland een 'distributieland' is
voor illegale handel in beschermde diersoorten?
Deelt u de conclusie dat Nederland het aan zijn stand verplicht is om,
een jaar voordat Nederland de Cites-conferentie voorzit, af te komen
van de betiteling 'Nederland distributieland' voor illegale handel in
beschermde diersoorten? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat voor stappen
gaat u hiervoor ondernemen?
Hierboven heb ik aangegeven op welke wijze de handhaving van illegale
handel in bedreigde dieren en planten plaatsvindt. Daarnaast wordt
gewerkt aan de programmatische handhaving van de CITES-regelgeving.
Betrokkenen op het gebied van wetgeving, voorlichting,
vergunningverlening, bestuurlijke handhaving en strafrechtelijke
handhaving werken gezamenlijk aan een probleem- en risicoanalyse van
CITES-criminaliteit, op basis waarvan een interventiestrategie wordt
vastgesteld. Per doelgroep wordt onderzocht welke interventies het
meest geëigend zijn om de doelgroep te bewegen tot naleving van de
wettelijke eisen. De handhavingsinzet acht ik voldoende. Het feit dat
Nederland gastland is voor de CoP14, die plaatsvindt in 2007, is geen
reden om de inzet op dit dossier te verhogen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
1 Nederlands Dagblad, 10 juli 2006.
2 Kamerstukken II 2004/2005, 29 800 XIV, nr. 101.
3 Nederlands Dagblad, 10 juni 2006, 'Grens tussen legale en illegale
handel in dieren verdwijnt'
Bijlagen
Aantallen inbeslaggenomen dieren en planten
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit