Provincie Friesland
PERSBERICHT
Nummer: 217 JAB
Datum: 12 september 2006
Netwerkanalyse Leeuwarden, Westergo- en A7-zone aangeboden aan minister Peijs
Friese bereikbaarheidsknelpunten plus oplossingen in beeld gebracht
De Stuurgroep Netwerkanalyse Leeuwarden, Westergozone en A7-zone is het eens geworden over de analyse van knelpunten in de bereikbaarheid van de Friese kernzones. Doel is om het Rijkswegennet en de provinciale en gemeentelijke wegen zodanig te verbeteren dat zij elkaar versterken en de Friese economische toplocaties beter bereikbaar worden. Daarnaast dient er flink geïnvesteerd te worden in het openbaar vervoer en het vaarwegennet. Op vrijdag 21 juli heeft de Stuurgroep de definitieve eindrapportage vastgesteld. Maandag is deze samen met 10 andere Netwerkanalyses aangeboden aan de Minister van Verkeer en Waterstaat.
In totaal zijn door het Rijk elf regio's aangewezen om een Netwerkanalyse uit te voeren. De Nota mobiliteit heeft hiervoor het startschot gegeven. In Fryslân is het netwerk van de samenwerkende Friese steden geanalyseerd. Het betreft de provinciehoofdstad en de steden Harlingen, Sneek, Heerenveen en Drachten in de economische zones Westergo en A7. De Netwerkanalyse LWA7 is in een regionaal proces tot stand gekomen. Er is antwoord gegeven op o.a. volgende basisvragen:
. hoe zien de ruimtelijke ontwikkelingen er tot 2020 uit?
. welke locaties/bestemmingen zijn belangrijk?
. welke bereikbaarheidseisen gelden voor die locaties?
. wat betekent dat voor de vervoersnetwerken?
. welke maatregelen hebben de hoogste prioriteit?
De analyse bevestigt het beeld dat de bereikbaarheid van Leeuwarden verder onder druk komt te staan. Het bereik aan inwoners en arbeidsplaatsen neemt af. De grootste toename van reistijd doet zich voor op de verbindingen met en via Leeuwarden. De normen voor een acceptabele reistijd worden overschreden tussen Leeuwarden en o.a. Drachten, Sneek, Heerenveen en Dokkum. Het oponthoud neemt flink toe. Op de regionale treinverbindingen met Sneek en Groningen is in de spits nu al sprake van een capaciteitsprobleem. In de toekomst neemt de reistijd van en naar de stations toe. Evenals de reistijden per trein van en naar de Zuidelijke Randstad en Midden-Nederland. Dit vormt een belemmering voor de rol en positie die Leeuwarden te vervullen heeft binnen het netwerk van Friese steden.
Uit de modelberekeningen blijkt verder voor het onderzochte Friese wegennet een toename van voertuigverliesuren met 40% over de periode 2004 - 2020.
Samenwerkingsagenda met oplossingen
Het eindresultaat van de Netwerkanalyse LWA7 is een regionale samenwerkingsagenda met concrete oplossingen om de bereikbaarheid van Leeuwarden, Westergo- en A7-Zone te verbeteren. Apart is een lijst met quick wins opgesteld (maatregelen die relatief eenvoudig op korte termijn kunnen worden uitgevoerd). Uit de samenwerkingsagenda en de quick wins zijn onder andere de onderstaande speerpunten afgeleid:
. verbeteringen in het openbaar vervoer in Leeuwarden
. 4 x per uur een trein tussen Leeuwarden en Groningen
. realisatie van de Zuiderzeelijn
. reconstructie van Drachtsterplein en -brug in Leeuwarden
. aanleg van de westelijke invalsweg van Leeuwarden
. op diepte brengen van de vaarweg Harlingen - Kornwerderzand (De Boontjes)
. definitieve oplossingen voor de knooppunten Joure, Heerenveen en Drachten
Daarnaast zijn maatregelen voor de korte termijn aangegeven, onder andere voor het treinverkeer en het fietsverkeer.
Ton Baas, gedeputeerde verkeer en vervoer van de provincie Fryslân en voorzitter van de Stuurgroep Netwerkanalyse, is gemotiveerd: "Op 5 oktober gaan wij met de Minister om tafel en zetten wij in op het maken van concrete afspraken over de inzet van het Rijk bij het realiseren van de speerpunten uit onze samenwerkingsagenda."
Samenwerking
In de Netwerkanalyse LWA7 is onder leiding van de provincie Fryslân samengewerkt tussen de volgende overheidspartijen: gemeenten Westergozone (Leeuwarden, Menaldumadeel, Franekeradeel, Harlingen), gemeenten A7-zone (Opsterland, Smallingerland, Sneek, Heerenveen, Skarsterlân) en Rijkswaterstaat. Daarnaast zijn het bedrijfsleven en OV-bedrijven geconsulteerd.
---- --