Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
'GROTE GRAZERS, AANVAARDBARE RISICO'S'
Feiten over risico's van grazers in natuurgebieden op een rij gezet
Grote grazers vormen inmiddels een vertrouwd beeld in Nederlandse natuurgebieden. Jaarlijks ontmoeten miljoenen mensen tienduizenden in het wild levende runderen en paarden. De bezoekers ervaren dit doorgaans als positief. De kuddes versterken het gevoel van ongerepte, pure natuurbeleving. Maar wat als zo'n dier je plotseling omverloopt? Of met een welgemikte trap duidelijk maakt dat je uit zijn buurt moet blijven? Wie is dan schuldig? Bezoeker of kudde-eigenaar? En belangrijker nog: had dit incident sowieso voorkomen kunnen worden?
ARK Natuurontwikkeling wilde wel eens precies weten hoe het zit en liet - met financiële steun van de Nationale Postcode Loterij - de feiten op een rij zetten. Wat bleek? Dat gegevens over incidenten en ongevallen niet gemakkelijk te achterhalen zijn. Dat het aantal incidenten nog zó gering is, dat jurisprudentie op dit gebied nog in de kinderschoenen staat. En dat het een goede zaak zou zijn als natuurorganisaties (gezamenlijk) werk maken van een zorgvuldige incidentenregistratie en een afgewogen risicobeleid formuleren.
Foto: ARK, Twan Teunissen
Advies
ARK maakt zich sinds haar oprichting in 1989 sterk voor openstelling van terreinen waar grote grazers voor spectaculaire natuur zorgen en voert zelf het beheer over honderden van deze grazers. Om een goed risicobeleid te voeren, vroeg ARK het bureau Van den Herik & Verkaart om advies. De centrale vraag luidde: hoe minimaliseren we risico's tussen publiek en grote grazers, zonder de vrije toegankelijkheid en natuurontwikkeling te kort te doen. Het advies is verwoord in het rapport 'Grote grazers, aanvaardbare risico's' (zie bijlage).
Incidenten met grazers: de feiten
Eerst is in kaart gebracht hoe vaak zich ongevallen tussen publiek en grazers voordoen, welke oorzaken dit heeft en wat de gevolgen ervan zijn. Deze gegevens bleken niet makkelijk te achterhalen. Er vindt geen systematisch onderzoek plaats, wellicht vanwege het geringe aantal ongevallen. Daarom is speciaal voor dit advies aanvullend onderzoek gedaan door Stichting Consument en Veiligheid naar het aantal ongevallen in natuurgebieden ten gevolge van runderen en paarden. Op basis van dit onderzoek en andere bronnen blijkt het volgende. In de periode 1980-2005 bezochten naar schatting 40 miljoen bezoekers natuurgebieden met vrij levende grazers. In die 25 jaar zijn enkele tientallen incidenten geregistreerd die leidden tot lichamelijk letsel bij beheerder of bezoeker. In de periode 2000-2005 gaat het om vijf ongevallen met (ernstig) lichamelijk letsel (voor de precieze gegevens over de incidenten en ongevallen verwijzen wij naar het rapport).
Statistieken van 'vergelijkbare' risico's
Om de risico's te beoordelen en na te gaan in hoeverre ze (on)aanvaardbaar zijn, is een vergelijking gemaakt met andere ongevalstatistieken. Alhoewel andere activiteiten en de hiermee gepaard gaande ongevallen zich niet zomaar laten vergelijken met het 'zich begeven in een begraasd natuurgebied', geven ze gezamenlijk toch zinvol vergelijkingsmateriaal. Pony- en paardrijden leidde in de periode 1999-2003 tot 9.800 opnames bij de eerste hulpafdeling van een ziekenhuis. Er vielen zes dodelijke slachtoffers. In Nederlandse natuurgebieden (ook niet-begraasde) doen zich jaarlijks 8.000 ongevallen voor die om eerste hulp vragen. In speelgelegenheden zijn dit er 6.800. En tot slot worden jaarlijks 8.100 mensen op de eerste hulpafdeling behandeld als gevolg van een hondenbeet. Per jaar overlijdt gemiddeld één persoon als gevolg van een dergelijke beet*.
* Bron voor al deze gegevens: het Letsel Informatie Systeem van Stichting Consument en Veiligheid
Juridisch: aansprakelijkheid en schuld
De keuze welk risico nog aanvaardbaar is, maakt elke kudde-eigenaar zelf. De ene organisatie wil risico's volledig uitbannen, de ander tolereert een zekere mate van risico. Preventieve maatregelen in een natuurgebied kunnen tenslotte ten koste gaan van uniciteit, avontuurlijkheid en schoonheid en daarmee van de belevingswaarde. En bovendien, hoe meer veiligheidsvoorschriften de verantwoordelijkheid van de bezoeker uit handen nemen, hoe meer deze de mogelijke oorzaak van incidenten buiten zichzelf gaat zoeken. Juridisch gezien blijkt dat eigenaren van dieren altijd aansprakelijk zijn voor gedragingen van dieren, ongeacht de vraag of de eigenaar daaraan enige schuld heeft. De vraag wie (juridisch) schuldig is aan schade of letsel laat zich minder makkelijk beantwoorden. Hierover bestaat weinig jurisprudentie. De belangrijkste vraag die een rechter zich echter stelt is of het slachtoffer bij het betreden van het natuurgebied goed is geïnformeerd over de risico's die hij loopt. Dit vraagt om glasheldere bebording bij de ingang van gebieden en om duidelijke voorlichting.
Hoe verder
Zoals gezegd bestaat er nauwelijks jurisprudentie op het vlak van incidenten met grazers. Dit betekent dat een door natuurorganisaties gezamenlijk ontwikkelde werkwijze, dit rechtsgebied kan helpen ontwikkelen. En ook wat betreft de registratie van incidenten en ongevallen zou nauwere samenwerking een pré zijn. In veel andere sectoren van de maatschappij bestaat al een gedegen risicobeleid, op basis van feitenmateriaal. Ook natuurorganisaties zouden zo'n gezamenlijk beleid moeten ontwikkelen en kunnen hierbij veel leren van de wijze waarop men hiermee in natuurgebieden buiten Nederland omgaat.