Korte toespraak van de minister-president, Jan Peter Balkenende, bij de
herdenking van de aanslagen van 11 september 2001, Amerikaanse ambassade,
Den Haag, 11 september 2006
Mr. ambassador, dames en heren,
Op 11 september 2001 verloor Paul, een jonge New Yorker, zijn zuster.
Zijn verhaal is te lezen tussen 13.000 andere verhalen in het '9/11 Digital
Archive'.
Hij schrijft:
"My sister's name was Lisa.
Lisa worked on the 64th floor of tower number one.
She was a person that every one loved.
When you met Lisa, it seemed as if you knew her for ever.
On that tragic day, she was among 15 other co workers. Two of them
survived.
No religion or God would ever allow this to happen in their name."
In deze eenvoudige woorden ligt een immens verdriet besloten.
Wij zijn in gedachten bij al diegenen die vandaag rouwen om hun dierbaren.
Hun pijn maakt ons stil. Door hun bittere ervaringen beseffen we opnieuw
wat werkelijk van waarde is: leven, liefde, vrijheid.
We strekken onze arm uit, over de Atlantische Oceaan, naar de Amerikaanse
gezinnen in rouw. Naar de mensen in Washington en andere plaatsen. En in
New York, die prachtige, internationale stad die ooit door Nederlanders
werd gesticht.
De afgelopen jaren zijn over de hele wereld mensen het slachtoffer geworden
van terreur. In de Verenigde Staten, in Europa, Azië en Afrika. Mensen uit
allerlei landen, met de meest
verschillende culturen en levensovertuigingen. Terreur treft ons allemaal.
Terroristen prediken haat en geweld. Hun huis is gebouwd op angst.
Wij prediken vrijheid en verdraagzaamheid. Ons huis is gebouwd op respect
voor anderen en op dialoog.
Ons fundament is sterker. De drang naar vrijheid kan worden bedreigd, maar
nooit worden vernietigd.
Dit is een strijd die we samen voeren en die alle mensen van goede wil
verenigt. Laten we vastberaden blijven in onze inspanningen voor vrede en
veiligheid.
Twee weken geleden was ik in Afghanistan, bij onze troepen daar.
Vastberaden staan zij op de bres voor veiligheid en wederopbouw in een land
vol littekens. Een land waar mensen snakken naar een beter leven. Zo
brengen we - samen met u en vele andere landen - een boodschap van hoop en
vertrouwen in de toekomst.
"I must teach my children not to hate as others do."
Ook dat schrijft Paul in het verhaal over zijn zusters dood op 9/11.
Die woorden maken op mij een diepe indruk. Al onze waarden liggen er in
samengebald.
Haat is niet het antwoord. Openheid wel. We moeten samen optrekken met alle
mensen die geloven in het leven, de vrijheid en het recht. Met mensen van
alle culturen en godsdiensten, waar ook ter wereld. In voortdurende dialoog
en verbondenheid met elkaar.
We herdenken de slachtoffers die vijf jaar geleden vielen met groot
respect.
9/11 was een dag van dood en vernietiging.
Maar ook een dag van grenzeloze moed.
Van vurig geloof in de kracht van vrijheid.
En van liefde die nooit verflauwt.
Ministerie van Algemene Zaken