Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief Van 17 augustus 2006 Doorkiesnummer Ons kenmerk AM/AMI/2006/70810 Datum 4 september 2006 Onderwerp Kamervraag/vragen van het lid Van Hijum

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Van Hijum (CDA) over de Prep Camps.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

Ons kenmerk AM/AMI/2006/70810

Vraag 1
Klopt het bericht dat u van plan bent af te zien van het opzetten van `prep camps' om ongemotiveerde schoolverlaters te disciplineren en werkritme bij te brengen?1

Antwoord
Dit bericht is onjuist.

Vraag 2
Bent u bereid het advies van Berenschot, dat ten grondslag zou liggen aan dit besluit, aan de Kamer ter beschikking te stellen?

Antwoord
Ja. Het rapport van Berenschot is 1 september naar de Tweede Kamer gestuurd.

Vraag 3
In hoeverre kan het probleem van het ontbreken van voldoende rechtsgrond voor het aanpakken van deze groep jongeren worden ondervangen door het invoeren van een wettelijke leerwerkplicht voor jongeren tot 23 jaar?

Antwoord
Ter aanscherping en uitbreiding van de Leerplichtwet en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie is bij de Raad van State een wetsvoorstel aanhangig gemaakt waarin de invoering van een kwalificatieplicht voor 16- en 17-jarigen in de Leerplichtwet en een leer/werkplicht voor 18- tot 23-jarigen in de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie worden geregeld. Het wetsvoorstel zal naar verwachting dit najaar bij de Tweede Kamer worden ingediend. De kwalificatieplicht houdt in dat jongeren tot hun 18e verjaardag onderwijs moeten volgen, tenzij eerder het startkwalificatieniveau wordt behaald. Gemeenten krijgen met de leer/werkplicht een instrument in handen waarmee een jongere die zonder startkwalificatie het onderwijs heeft verlaten en geen bereidheid toont om te gaan werken, met drang teruggeleid kan worden naar regulier onderwijs, werk, schuldsanering, zorg of een intensief scholingstraject. Daarnaast wil het kabinet een wettelijke regeling voorbereiden om jongeren gedwongen deel te laten nemen aan een intensief scholingstraject. Hiermee legt het kabinet zich niet neer bij de conclusie van bureau Berenschot, dat een algemene juridische maatregel die jongeren kan verplichten tot deelname, niet mogelijk zou zijn.


1 De Telegraaf, 11 augustus 2006

---

Ons kenmerk AM/AMI/2006/70810

Vraag 4
Hoe geeft u uitvoering aan de motie-Van Hijum/Van der Sande2, die het kabinet oproept gemeenten te stimuleren om speciale voorzieningen te creëren om schoolverlaters met gedragsproblemen discipline en regelmaat bij te brengen, als onderdeel van een gericht programma, gericht op een terugkeer naar school of werk?

Antwoord
Een aantal gemeenten heeft zelf al (plannen voor) scholings- en heropvoedingsprojecten ontwikkeld die zich richten op schoolverlaters met gedragsproblemen die niet door de bestaande voorzieningen bereikt worden. Kenmerkend voor deze projecten is dat instanties als jeugdzorg, onderwijs en justitie er nauw in samenwerken. In de meeste gevallen wordt gemikt op een aanbod gedurende 12 uur per dag, in een enkel geval is van 24-uurs opvang sprake. De jongeren brengen lange dagen binnen de voorzieningen door, zodat ze wennen aan een werkritme. Het kabinet wil nog dit jaar starten met het ondersteunen van dergelijke voorzieningen. Doelgroep zijn zo'n 12 tot 14 duizend jongeren die niet naar school gaan, geen baan of startkwalificatie hebben, geen uitkering ontvangen en ook niet op zoek zijn naar werk of scholing. Het kabinet stelt in totaal tien miljoen euro beschikbaar om stevig te investeren in deze praktijkinitiatieven. Aan de hand van de ervaringen (de projecten worden onderworpen aan wetenschappelijk onderzoek) kan een structurele maatwerkaanpak worden ontwikkeld en kan worden toegewerkt naar een structureel stelsel van voorzieningen.

2 TK 2005­2006, 29 544, nr. 52

---