Toespraak bij het jubileumdiner ter gelegenheid van 125 jaar Connexxion in
Almere
Toespraak | 04-09-2006 | Almere | Karla Peijs
Alleen de uitgesproken tekst geldt.
Dames en heren,
Natuurlijk wil ik eerst de jarige feliciteren. 125 jaar is niet niks.
Zelfs niet als je in die 125 jaar voortdurend vers bloed hebt
binnengehaald door allerlei fusiebewegingen. Tussen de eerste
stoomtram - waar onze overgrootouders in zaten - en de introductie van
de hypermoderne Maxx-bussen in Almere is de wereld compleet veranderd.
Als je dan na 125 jaar elke dag een miljoen mensen vervoert, ruim
13.000 werknemers in dienst hebt, en een jaaromzet van een kleine 900
miljoen euro draait; dan heb je in die tijd toch iets goed gedaan, om
het maar even voorzichtig te zeggen. Een `krasse knar' heet dat
tegenwoordig. Connexxion: heel hartelijk gefeliciteerd met deze
mijlpaal.
Het is typerend voor Connexxion dat u de verleiding hebt weerstaan om
rond dit jubileum alleen maar terug te blikken. Want hoe leuk het ook
is om op een dag als vandaag even stil te staan bij successen uit het
verleden, het gaat natuurlijk om de komende 125 jaar. En die beginnen
meteen met een enorme uitdaging, namelijk de op handen zijnde verkoop
van aandelen aan private partijen. Dat is spannend, maar het kan ook
weer leiden tot nieuwe stimulansen in de bedrijfsvoering en meer
innovatie en kwaliteit in de dienstverlening.
Vanmiddag ging het ook over innovatie, iets waar Connexxion op dit
moment al heel sterk in is en waarin het bedrijf ook lef toont. Het
zou bijvoorbeeld heel gemakkelijk zijn om de superbus van Wubbo Ockels
af te doen als luchtfietserij en verre toekomstmuziek. Maar Connexxion
participeert gewoon in dit project, en waarschijnlijk om dezelfde
reden als ik. Je moet als bedrijf - en ook als overheid - over je
eigen grenzen heen kunnen kijken. Of beter eigenlijk: dat moet je
durven. Een futuristische hogesnelheidsbus kan namelijk zomaar het ei
van Columbus zijn, zij het niet morgen, niet overmorgen, maar
misschien pas over 10 of 20 jaar. Maar juist dat is ondernemen. Alleen
zo wordt je 125 jaar jong. En bovendien: wat is nou 20 jaar op een
ondernemingsgeschiedenis van 125 jaar?
Ik kan niet genoeg benadrukken hoe belangrijk het is dat we continu
blijven investeren in vernieuwing en verbetering van het OV. Ik ben
blij dat een grote speler als Connexxion daar het volle gewicht achter
zet. Én omdat het OV onmisbaar is en blijft om Nederland mobiel te
houden, én omdat het OV in de beeldvorming wel een oppepper kan
gebruiken. Ik noemde net al de Maxx-bussen in Almere. Daarmee heeft
Connexxion laten zien dat het wel degelijk mogelijk is om méér
reizigers de bus in te trekken. Dat is een kwestie van snelheid en
kwaliteit bieden, maar ook van moderne marketing en image building.
Die twee dingen gaan bij Maxx hand in hand. Alle lof daarvoor.
Investeren in de het openbaar vervoer van morgen loont dus. Connexxion
weet dat en voegt de daad bij het woord. Van de belangrijkste
vernieuwing sinds tijden, de OV-chipkaart, is Connexxion één van de
belangrijkste initiatiefnemers. Op 31 december 2008 stempelen we de
laatste strippenkaart af en hoeven reizigers nooit meer een kaartje te
kopen in bus en trein. Dat is een kwaliteitsslag van jewelste.
Een ander voorbeeld zijn de dynamische reisinformatiesystemen die
Connexxion overal in het land neerzet. Het is echt nog niet zo lang
geleden dat dit soort systemen alleen op Schiphol beschikbaar was.
Maar die tijd ligt gelukkig achter ons, want OV-reizigers hebben net
zo goed recht op actuele reisinformatie als luchtreizigers. En
misschien nog wel een beetje meer, omdat elke keuze om met de bus te
reizen bijdraagt aan een schoner en mobieler Nederland. Dus een beetje
verwennen mag best.
Met dit soort vernieuwingen geeft Connexxion iedere dag opnieuw
invulling aan het eigen motto: `Alles voor de reiziger'. Een
prachtmotto, wat mij betreft. En laten we vandaag vooral niet vergeten
wie de belangrijkste ambassadeurs van dit motto zijn: de
buschauffeurs. Zij zijn het gezicht van het bedrijf. Mensen als Piet
Veldhuijs bijvoorbeeld, die pas geleden terecht in het zonnetje werd
gezet omdat hij al 35 jaar en ongeveer een miljoen kilometer lang
schadevrij rijdt. Dat soort mensen is goud waard, vooral ook omdat ze
door en in hun werk laten zien waar het uiteindelijk allemaal om
draait: veilig en betrouwbaar vervoer van deur naar deur.
En daarmee heb ik meteen een perfect bruggetje te pakken naar het
cadeau dat ik voor de jarige heb gekocht. Want veilig en betrouwbaar
vervoer van deur naar deur is iets waar alle partijen samen aan moeten
werken. Niemand reist van bushalte naar bushalte of van oprit naar
afrit. Dat is iets wat de laatste jaren steeds meer tussen onze oren
is komen zitten. Wegbeheerders van de overheid, OV-bedrijven, de
brancheorganisaties van ANWB tot Koninklijk Nederlands Vervoer; we
zitten allemaal in hetzelfde mobiliteitsschuitje. Samen moeten we
ervoor zorgen dat het systeem gesmeerd loopt en dat de verschillende
vormen van vervoer naadloos op elkaar aansluiten. Die samenwerking
verloopt gelukkig al heel goed, maar ik voorspel dat we in de toekomst
nog veel intensiever moeten gaan samenwerken.
Het toeval wil dat de kunstenaar Jan Leeuwenburg bezig is om een serie
beelden te maken die dat perfect uitdrukt. Het beeld waar hij nu mee
bezig is, heb ik gereserveerd voor Connexxion. Dat krijgt u
binnenkort, als de klei is uitgehard. Maar om u alvast een indruk te
geven, heb ik vanavond alvast een foto meegenomen van een eerder beeld
uit deze serie. De serie heet `De rode draad'.
Ik weet niet of u het allemaal goed kunt zien, maar het is een
voorstelling van twee mannen die samen ergens een rode draad doorheen
trekken. De voorste lijkt het zware werk te doen, maar de achterste
moet zich wel degelijk inspannen om ervoor te zorgen dat alles in
goede banen loopt. Ik laat vanavond maar in het midden wie er in onze
samenwerking aan het voortouw zit en wie stuurt. Dat wisselt ook nog
wel eens. Maar het gaat om de boodschap: we hebben elkaar nodig om een
rode draad van kwaliteit, betrouwbaarheid en groei door het OV te
trekken. Ik hoop dat we elkaar ook in de toekomst op dat punt blijven
vinden, maar eigenlijk twijfel ik daar niet aan. Graag proost ik,
samen met u, op de volgende 125 jaar van Connexxion. Proost!
En dan wil ik nu graag de heer Kortenhorst vragen om het beeld alvast
symbolisch in ontvangst te komen nemen.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat