Ingezonden persbericht
Persbericht - 29 augustus 2006
Nederlandse missie in Uruzgan gaat opiumteelt bestrijden
AMSTERDAM, 29 augustus 2006 - VVD-minister Henk Kamp van Defensie wil dat de Nederlandse militairen in de Afghaanse provincie Uruzgan meer actie ondernemen tegen de drugs. Op die manier moet worden voorkomen dat de Taliban en andere opstandelingen drugsgelden gebruiken om huurlingen te ronselen. Kamp zegt dit in een interview met weekblad Elsevier dat morgen verschijnt.
Kamp: 'De richting is duidelijk. De vernietiging van oogsten -'eradicatie'- moet in de eerste plaats op de grote telers met omvangrijke stukken grond worden gericht. In de tweede plaats komt er nadruk op 'interdictie', het onderscheppen van drugstransporten met roadblocks, het ontmantelen van werkplaatsen en het oprollen van drugsorganisaties.'
Kamp zegt dat hij hierover in overleg is met de regering in Kabul en met de Britse en Amerikaanse regering.
Tegenover het parlement heeft Kamp tot dusver volgehouden dat de drugsbestrijding een zaak was van de Afghaanse autoriteiten, waarbij de Nederlanders hooguit bijstand verlenen. Afghanistan levert 90 procent van de wereldproductie van heroïne.
Het aantal Talibanstrijders in Uruzgan blijkt veel groter dan de 350 waarover Kamp aanvankelijk sprak in de Tweede Kamer. Op de vraag of de Taliban sterk betrokken zijn bij de drugshandel en huurlingen werven met de inkomsten, zegt Kamp: 'Dat zal zeker een element zijn. Afghanistan is het op drie na armste land ter wereld.'
Volgens Kamp begint de taak van de Nederlanders bij het zorgen voor veiligheid, maar daarbij hoort ook het ondersteunen van de anti-drugseenheden van de Afghaanse regering. 'Wat dat laatste betreft is veel mogelijk,' zegt Kamp. Hij overweegt zelfs luchtsteun: 'De F16's en Apaches richten zich nu helemaal op de veiligheid van de grondtroepen; ook bij fotoverkenningen bijvoorbeeld. Maar in het ondersteunen van de Afghaanse autoriteiten is natuurlijk ook het leveren van informatie een mogelijkheid.'