Gemeente Utrecht

Gemeente Utrecht: schriftelijke vragen van mevrouw G.A. Oskam

(vragen binnengekomen op 7 augustus 2006
en antwoorden door het college verzonden op 29 augustus 2006)

Op 5 augustus 2006 werd het pand aan de Vismarkt 4 (opnieuw) gekraakt. De krakers claimen dat na de ontruiming in april 2005 er weinig of niets aan het pand is gedaan door de eigenaar en het pand aan het verkrotten is.De grond voor de ontruiming destijds was de intentie van de eigenaar om het pand op korte termijn te renoveren en in weer in gebruik te nemen.De ontruiming destijds vergde veel politie-inzet en bracht ook veel commotie en overlast in de directe omgeving van het pand teweeg. D66 heeft de situatie in het pand ogenschouw genomen en heeft geen sporen van bouwactiviteiten in het pand kunnen ontdekken. In een periode van 16 maanden (na de ontruiming) zou er toch veel gedaan kunnen zijn om het pand weer in oude glorie te herstellen. Dit brengt de fractie van D66 tot de volgende vragen:


1. Is het bekend bij het college dat de eigenaar van het pand nog geen echte bouwactiviteiten heeft ontplooit in 16 maanden?

Er zijn wel degelijk werkzaamheden verricht in het pand. Deze werkzaamheden hebben voornamelijk betrekking op de controle van de staat van het pand. Zo is het pand leeggeruimd, is er asbest verwijderd en zijn er sloopwerkzaamheden uitgevoerd om de diverse dragende delen in het pand te kunnen inspecteren. Door problemen met de fundering aan de achterzijde was het noodzakelijk om grondonderzoek te laten verrichten waarbij de mogelijkheden onderzocht zijn om de zandlaag onder de fundering te injecteren.


2. Destijds was de grond voor de ontruiming het feit dat er op korte termijn gerenoveerd zou gaan worden. Dit is kennelijk niet gebeurd, Heeft het college gecontroleerd na de ontruiming of er daadwerkelijk met de renovatie is begonnen en op welke wijze heeft het college dit gedaan?

De grond voor ontruiming in april 2005 was dat er gevaar was voor instorting van het pand en daarmee ook gevaarlijk voor degenen die verbleven in het pand. De afspraak met de krakers was toen dat slechts twee personen zich in het pand mochten bevinden. Deze afspraak werd meerdere malen gebroken waardoor een ernstige onveilige situatie ontstond. Ook de verzegelingen van de niet-te-betreden verdiepingen werden verbroken.

Verder betreft het een historisch pand met een complex onderhoudsverleden en constructie. Nauwkeurig onderzoek om uit te vinden hoe er gebouwd moet gaan worden kost veel tijd. Wel is er meerdere malen gesproken met de toenmalige eigenaar over de voortgang van de verbouwing. Het laatste gesprek heeft op 12 juli 2006 plaatsgevonden tussen de toenmalige eigenaar en wethouder Bosch. Aangegeven is dat vóór 1 september 2006 grotere bouwactiviteiten dienen plaats te vinden conform de overgelegde planning. Zo niet, dan zal er uitvoering worden gegeven aan de aanschrijving, wat betekent dat er van gemeentewege onderhouds- en herstel werkzaamheden zullen plaatsvinden.


3. Heeft het college de intentie om er op in te zetten dat de renovatie van het historische pand Vismarkt 4 op korte termijn alsnog gaat plaats vinden?

Ja.


4. Als het college die intentie heeft, welke middelen denkt zij daarvoor in te zetten en op welke termijn mogen we daarvan resultaat verwachten?

Per 2 augustus 2006 kent het pand een nieuwe eigenaar. Deze eigenaar heeft toegezegd de zaak voortvarend op te pakken. De aannemer is maandag 14 augustus ook direct begonnen in het pand. Wanneer blijkt dat de verbouwing toch niet voortvarend wordt opgepakt, beschikken wij over het middel om het aanschrijvingstraject voort te zetten.


5. De ontruiming destijds heeft door de inzet van veel politie veel gemeenschapsgeld gekost. Het lijkt er alle schijn van te hebben dat deze inzet voor niets is geweest, aangezien het pand nog steeds niet is gerenoveerd en in deplorabele staat verkeerd. Bestaan er mogelijkheden om de kosten van deze nutteloze politie-inzet op de eigenaar van het pand te verhalen zodat er uiteindelijk geen verspilling van gemeenschapsgeld plaats heeft gevonden.

Wellicht dat er sprake is van verwarring met het pand op het Vredenburg. De ontruiming van de Vismarkt 4 vergde namelijk niet veel politie-inzet en gaf geen commotie of overlast in de directe omgeving van het pand. De kosten voor de wel aanwezige politie is niet te verhalen op de eigenaar van het pand. De ontruiming heeft toen namelijk plaatsgevonden op last van de gemeente vanwege het gevaar voor degenen die verbleven in het pand.