Ingezonden persbericht


28-08-2006 | 15:56

Beantwoording vragen lid Van Velzen over het gebruik van clusterbommen door het Israëlisch leger

28-08-2006 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Velzen over het gebruik van clusterbommen door het Israëlisch leger. Deze vragen werden ingezonden op 28 juli 2006 met kenmerk 2050617090.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Velzen (SP) over het gebruik van clusterbommen door het Israëlisch leger

Vraag 1

Is het u bekend dat het Israëlische leger clusterbommen heeft gebruikt in dichtbevolkte gebieden in Libanon? Is het waar dat bijvoorbeeld bij een aanval op het dorp Blida op 19 juli jl. 12 burgers waaronder zeven kinderen zijn verwond en een dode is gevallen bij een Israëlische aanval met clusterbommen? Is het u bekend dat getuigen melden dat er honderden stuks cluster submunitie in het dorp zijn neergekomen? 1)

Antwoord

Deze berichten zijn mij uit verschillende bronnen bekend. Op 18 augustus 2006 heeft UN Mine Action Service (UNMAS) melding gemaakt van de inzet van clusterbommen in Libanon. UNMAS stelt dat het gebruik van clusterbommen in Libanon slachtoffers heeft gekost en schade heeft aangericht. 1) Uit een rapport van de National Demining Office in Libanon (NDO) en het UN Mine Action Team, dat ook op 18 augustus 2006 verscheen, blijkt eveneens dat clusterwapens zijn ingezet in Libanon. 2) UNMAS, NDO, noch het UN Mine Action Team hebben echter nadere informatie gegeven over de omstandigheden omtrent de inzet van clusterbommen in Libanon. Ook op andere manieren heeft Nederland geen nadere informatie kunnen achterhalen.

Israël ontkent noch bevestigt echter dat het clusterbommen heeft ingezet in Libanon, maar wijst er in officiële bronnen op dat het de militaire operaties uitvoert in overeenstemming met het recht van gewapende conflicten. Dit bepaalt dat militaire operaties alleen tegen militaire doelen gericht mogen worden en dat alleen die wapens worden ingezet waarvan het gebruik tegen militaire doelen niet verboden is. Bovendien geeft Israël hierbij aan dat, wanneer het risico dat burgers slachtoffer worden van een aanval op een militair doel groter is dan het verwachte militaire voordeel, de betreffende aanval niet uitgevoerd wordt of zal worden.

In reactie op de berichten dat Israël clusterbommen (en fosforwapens) ingezet zou hebben, geeft Israël aan dat clusterbommen (en fosforwapens) niet verboden zijn onder het Conventionele Wapens Verdrag, waarbij het partij is. Desgevraagd geeft Israël aan geen gebruik te maken van verboden wapens en dat het alles doet om ervoor te zorgen dat militaire operaties op een zodanige manier worden uitgevoerd dat zo min mogelijk leed wordt toegebracht aan burgers en hun eigendommen.

Ik heb hier tevens op aangedrongen in het telefoongesprek dat op 15 juli jl. had met de Israëlische minister van Buitenlandse Zaken. In dit gesprek heb ik Israël nadrukkelijk gevraagd om burgers te ontzien bij de militaire acties in Libanon.

Vraag 2

Is het u bekend dat onderzoekers van Human Rights Watch foto's 1) hebben gemaakt van de munitie die de Israëlische troepen gebruiken die in het grensgebied met Libanon gestationeerd zijn en dat uit die foto's blijkt dat er clusterbommen worden gebruikt?

Antwoord

Deze foto's zijn mij bekend.

Vraag 3

Herinnert u zich uw antwoorden op mijn vragen 2) over de verkoop van Nederlandse clusterbommen waarin u stelt 'Voorts wordt de inzet van clusterwapens door het humanitair oorlogsrecht niet verboden, al dient de inzet van deze wapens uiteraard te voldoen aan de beginselen van het humanitair oorlogsrecht. Dit betreft onder meer het verbod de burgerbevolking en civiele objecten onnodig in gevaar te brengen, het verbod onnodig leed te veroorzaken en het proportionaliteitsbeginsel bij de toepassing van geweld'?

Antwoord

Ja.

Vraag 4

Deelt u de mening dat de wijze waarop de Israëlische strijdkrachten clusterbommen inzetten duidelijk een overtreding van het humanitair oorlogsrecht vormt? Zo neen, waarom niet? Zo ja, bent u bereid er bij Israël op aan te dringen het humanitair oorlogsrecht te respecteren? Bent u voorts bereid binnen de Verenigde Naties er voor te pleiten om Israël te sommeren per direct deze schendingen van internationaal recht te staken?

Antwoord

Het antwoord op de vraag of het gebruik van clusterwapens een overtreding van het humanitair oorlogsrecht inhoudt, is afhankelijk van diverse factoren. De Nederlandse visie daaromtrent wordt door u in uw vragen geciteerd. Aangezien de specifieke omstandigheden waarin Israël de clusterbommen in Libanon heeft ingezet mij thans onbekend zijn, kan de gevraagde beoordeling van de inzet niet worden gemaakt.

Vraag 5

Is het u bekend dat het Israëlische leger voertuigen van het Libanese Rode Kruis (dus met zichtbare rode kruizen) heeft beschoten en dat daarbij verschillende gewonden zijn gevallen? 3) Deelt u de mening dat het beschieten van Rode Kruisvoertuigen een overtreding van het humanitair oorlogsrecht vormt? Zo ja, bent u bereid binnen de Verenigde Naties er voor te pleiten om Israël te sommeren per direct deze schendingen van internationaal recht te staken? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

De regering is bekend met berichten dat voertuigen van het Libanese Rode Kruis onder vuur zijn komen te liggen.

Voertuigen van het (Libanese) Rode Kruis, als zodanig geïdentificeerd, dienen onder het humanitair oorlogsrecht geen voorwerp van aanval te zijn. De Nederlandse regering dringt zowel bilateraal als in EU-verband bij Israël aan op respect voor het humanitaire oorlogsrecht. In mijn brief aan de Vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 18 juli jl., met kenmerk DAM-415/06, is het standpunt van de regering duidelijk gemaakt dat Israël in de gegeven omstandigheden het recht heeft om militair op te treden, mits dit optreden in overeenstemming is met internationaal recht, met inbegrip van relevante verdragen, proportioneel is en onschuldige burgers zoveel als mogelijk worden ontzien. Zoals in antwoord op uw vraag 1 reeds aangegeven, heb ik mijn Israëlische collega Livni opgeroepen burgers te ontzien.

Voorts heeft de RAZEB van 1 augustus jl. alle partijen opgeroepen het internationale humanitaire oorlogsrecht te respecteren.

Vraag 6

Is het waar dat de Israëlische strijdkrachten fosfor(bommen) hebben ingezet in Libanon bij raketaanvallen op Tyre in Zuid-Libanon (op 23 juli) en is het waar dat hierbij burgers slachtoffer zijn geworden? 4) Indien blijkt dat dit inderdaad het geval is, deelt u dan de mening dat dit een overtreding van het humanitair oorlogsrecht vormt en bent u bereid binnen de Verenigde Naties er voor te pleiten om Israël te sommeren per direct deze schendingen van internationaal recht te staken? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Het is Nederland op dit moment onbekend of Israëlische strijdkrachten fosfor(bommen) hebben ingezet in Libanon. Libanese autoriteiten hebben thans aangekondigd de berichten dat Israël fosforbommen gebruikt zouden hebben, te onderzoeken. 3) In reactie op de berichten dat Israël fosforwapens ingezet zou hebben, geeft Israël aan dat fosforwapens niet verboden zijn onder het Conventionele Wapens Verdrag, waarbij het partij is. Voorts ontkent Israël het gebruik van verboden wapens.

Het derde Protocol van het Conventionele Wapens Verdrag van de VN inzake brandwapens, het Protocol on Prohibitions or Restrictions on the Use of Incendiary Weapons, beperkt het gebruik van fosforwapens. Het betreft inderdaad geen verbod op dit soort wapen. Overigens vallen fosforbommen niet onder de bep alingen van het Chemische Wapens Verdrag. Voor de goede orde zij vermeld dat Israël het derde Protocol van het Conventionele Wapens Verdrag niet heeft geratificeerd. Evenmin is Israël partij bij het Eerste Protocol uit 1977 bij de Geneefse Verdragen uit 1949. Wat betreft de internationaalrechtelijke situatie ten aanzien van het vermeende gebruik van fosforbommen, geldt derhalve dat deze juridische instrumenten niet op Israël van toepassing zijn, behoudens die bepalingen die kunnen worden aangemerkt als internationaal gewoonterecht. Daaronder vallen onder meer het proportionaliteitsbeginsel, de regel dat de burgerbevolking geen doel van de aanval mag zijn en dat aanvallen die geen onderscheidend vermogen hebben verboden zijn.

Aangezien Nederland thans niet kan verifiëren of Israël fosfor(bommen) heeft ingezet, is Nederland niet in staat om de gevraagde toetsing aan het internationaal humanitair oorlogsrecht uit te voeren.

Vraag 7

Bent u bereid de Israëlische ambassadeur in Nederland te ontbieden om uitleg te geven over de recente schendingen van het humanitair oorlogsrecht door de Israëlische strijdkrachten? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Omdat geen bevestiging is verkregen van het gebruik van fosfor(bommen) door Israël in Libanon, en omdat de inzet van deze wapens -zo die heeft plaatsgevonden- evenmin gekwalificeerd kan worden als schending van het humanitair oorlogsrecht, bestaat er op dit punt geen aanleiding om de Israëlische ambassadeur in Nederland te ontbieden. Ten aanzien van de inzet van clusterbommen geldt dat Nederland thans onvoldoende informatie heeft over de specifieke omstandigheden voorafgaand aan en ten tijde van de inzet van de clusterbommen door Israël. Aangezien de inzet van dit soort wapens op zichzelf niet verboden is, en de rechtmatigheid van de inzet ervan afhankelijk is van diverse factoren die mij thans niet bekend zijn, bestaat er ook op dit punt geen aanleiding om de Israëlische ambassadeur in Nederland te ontbieden.

Vraag 8

Bent u bereid de Kamer, gezien de urgentie van de situatie, binnen een week op de hoogte te stellen van de resultaten van uw handelen?

Antwoord

Tot mijn spijt kon de door u gevraagde termijn voor beantwoording niet worden gehaald.

Vragen


1) Artikel en foto's op website van Human Rights Watch


2) Aanhangsel handelingen nr. 109, vergaderjaar 2005-2006


3) Persbericht van het Rode Kruis, 2 juli 2006


4) Onder andere 'Rockets firing on Tyre, Lebanon, send innocent children to the hospital'- CNN

Antwoorden


1) Brief van UNMAS d.d. 18 augustus 2006


2) Rapport van DNO/UN Mine Action team d.d. 18 augustus 2006


3) Aljazeera.com: Israel uses cluster bombs in Lebanon