Antwoorden op vragen over ICT in de Zorg
Kamerstuk, 25-8-2006
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-CB-U-2701958
25 augustus 2006
Antwoorden op de schriftelijke vragen van de vaste commissie voor VWS
naar aanleiding van mijn brief van 16 juni 2006 (TK 2005-2006, 27529,
nr. 24).
Vragen CDA-fractie
Vraag 1
Hoeveel gecertificeerde "goede beheerde zorgsystemen" (GBZ) zijn er in
Nederland en hoeveel procent van de te onderscheiden categorieën
zorgverleners (ziekenhuizen, huisartsen, apothekers) beschikt over een
GBZ, de voorwaarde voor aansluiting op het Landelijk Schakelpunt?
Antwoord 1
Op dit moment zijn er nog geen gecertificeerde GBZ-systemen. Voldoen
aan de GBZ-eisen is aan de orde bij aansluiting op het LSP. Zoals ik u
gemeld heb ik mijn brief van 16 juni 2006 toetst NICTIZ voor de
aansluiting op naleving van de GBZ-eisen. Dit proces wordt
kwalificering genoemd. De deelnemers van de koploperregio's zullen als
eerste bij aansluiting op het LSP het kwalificeringstraject gaan
doorlopen. Op den duur wil ik toe naar een systeem van certificering
waarbij toetsing plaatsvindt door een onafhankelijke certificerende
instantie.
Vraag 2
Wanneer zijn de eisen van het GBZ definitief bekend gemaakt en wanneer
was het GBZ geïmplementeerd bij alle koploperregio's? Is het waar dat
u in augustus 2005 inde voortgangsrapportage schreef dat dat op 1
januari 2006 zou zijn?
Antwoord 2
De GBZ-eisen zijn op 7 juli 2003 voor de eerste keer
(AORTA-specificatie versie 1.0) bekend gemaakt. Het is juist dat de
voortgangsrapportage van augustus 2005 nog uitging van 1 januari 2006
voor het voldoen aan de GBZ-eisen en voor de aansluiting van de
koplopers op het LSP. Maar zoals ik u met mijn brief van 7 november
2005 heb gemeld, was de aanpassing van de informatiesystemen van de
aanbieders de belangrijkste oorzaak van de vertraging van de invoering
van het EMD/WDH. Daar de GBZ-eisen voor een belangrijk deel worden
ingevuld middels aanpassingen van deze systemen, heeft de in november
aangekondigde vertraging ook gevolgen voor de datum waarop aanbieders
zullen voldoen aan de GBZ-eisen.
Vraag 3
Welke Apothekers Informatie Systemen zijn getest in de `Proof of
Concept' en kunnen worden gebruikt in de koploperregio's?
Antwoord 3
Zoals gemeld in mijn brief van 16 juni 2006 doen twee leveranciers met
Apotheker Informatie Systemen mee aan de `Proof of Concept'. Dat zijn
de Verenigde Apotheken Limburg BV en een zogenoemde Application
Service Provider, Infotechnology.
Vraag 4
Is het waar dat de planning van augustus 2005 en van november 2005 nu
compleet zijn losgelaten, dat wil zeggen dat het flow-schema op pagina
16 inzijn geheel niet wordt gehaald?
Antwoord 4
Met de brief van 7 november 2005 heb ik de Kamer aangekondigd dat de
planning van augustus 2005, zoals die tot op dat moment gehanteerd
werd, niet gehaald zou worden. Als bijlage bij de brief stuurde ik u
een nieuw spoorboekje, waarin een nieuwe planning wordt weergegeven in
het flow-schema op pagina 16.
In mijn brieven van 11 april en 16 juni 2006 heb ik u gemeld dat de
planning van november 2005 voor wat betreft de eindplanning nog steeds
van kracht is. Dat wil zeggen dat de landelijke uitrol van het WDH
plaatsvindt in het eerste kwartaal 2007 en de uitrol van het EMD in
het tweede kwartaal 2007. Daarin is ook na 16 juni jl. geen
verandering gekomen.
Wat wel verandert in de planning van november 2005 is dat
verschillende tussenstappen op weg naar de landelijk uitrol zijn
aangepast. Zo maken de onderdelen 8, 9 en 10 van het spoorboekje in
november nu deel uit van de `Proof of Concept'. Het schema uit mijn
brief van 23 mei 2006 geeft de planning van de aangepaste
invoeringsstrategie aan.
Vraag 5
Welke harde deadlines met resultaten gelden op dit moment nog? Wanneer
beginnen en eindigen de landelijke uitrol van het elektronisch
medicatiedossier (EMD) en het waarneemdossier huisartsen (WDH)?
Antwoord 5
De invoering van het EMD/WDH is een uniek traject. Daarbij wordt
gewerkt met een planning en is geen sprake van harde deadlines, omdat
elke volgende stap afhankelijk is van het succes van de vorige
onderdelen. Een van die onderdelen is de `Proof of Concept', die
volgens planning verloopt. De uitkomsten van de Proof of Concept zijn
bepalend voor de planning van de vervolgactiviteiten. Vooralsnog ga ik
uit van de planning zoals gemeld in de beantwoording van vraag 4.
6.
Is het, in verband met de planning, mogelijk een datum vast te leggen
voor het gezamenlijke werkbezoek aan Twente?
6.
Als gevolg van de vervroegde verkiezingen zie ik geen mogelijkheden in
mijn agenda om een datum vast te leggen voor een gezamenlijk
werkbezoek aan Twente.
Vraag 7
Welke wettelijke basis heeft de invoering van het EMD en het WDH en
wanneer zal het wetsvoorstel op het elektronisch patiëntendossier
(EPD) de Kamer bereiken?
Antwoord 7
Er is reeds een wettelijk basis voor het uitwisselen van medische
gegevens in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst
(WGBO). Het wetsvoorstel EPD verplicht aanvullend daarop het
ontsluiten van die gegevens voor elektronische uitwisseling en het
bijwerken van die gegevens, zodat anderen, die daartoe bevoegd zijn de
gegevens kunnen raadplegen. De basis daarvoor wordt in deze wet
gelegd. Het wetsvoorstel EPD zal de Kamer naar verwachting december
2006 bereiken. De basis voor het uitwisselen van medische gegevens
blijft liggen in de WGBO.
Vragen PvdA-fractie
Vraag 8
Wat is de reden dat er pas in september met het communicatietraject
wordt gestart?
Antwoord 8
Ook op dit moment worden zorgaanbieders al volop geïnformeerd over de
ontwikkelingen rond het EMD/WDH. Maandelijks verschijnt er in een
oplage van 50.000 stuks een nieuwsbrief EMD/WDH. De nieuwsbrief wordt
meegezonden met het Pharmaceutisch Weekblad, Medisch Contact en
Signaal (het huisblad van NICTIZ) en is ook digitaal beschikbaar.
Daarnaast is er de website waarop alle relevante informatie is terug
te vinden (www.invoering-epd.nl).
In het najaar start een brede voorlichtingscampagne over de komst van
het EMD/WDH, gericht op alle zorgaanbieders die met het EMD/WDH te
maken gaan krijgen. Het moment van de campagne wordt in overleg met de
koepelorganisaties van aanbieders bepaald. Van belang is dat de
uitkomsten van de Proof of Concept bekend zijn.
Vraag 9
Deelt u de mening dat ook andere zorgaanbieders, die geen onderdeel
uitmaken van de koploperregio's, op de hoogte moeten zijn van de
gestelde eisen van de systemen om onnodige investeringen te voorkomen?
Zo ja, wanneer en op welke wijze worden de zorgaanbieders geïnformeerd
over de gestelde eisen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 9
Ik deel die mening. Vanaf juli 2005 worden de zorgaanbieders via
nieuwsbrieven, ondersteund door een website, geïnformeerd over het
elektronische patiëntendossier. Daarnaast worden ook de
ICT-leveranciers voortdurend op de hoogte gehouden van de
ontwikkelingen rond het EMD/WDH, waardoor ik niet verwacht dat
aanbieders onnodige investeringen zullen doen.
Vraag 10
Hoe gaat u de blijvende "verwarring" over de terminologie die op meer
plaatsen aan de orde is wegnemen?
Antwoord 10
In september 2006 komt de implementatieorganisatie met een `handboek
implementatie EMD/WDH'. Onderdeel van het handboek is een uitgebreide
begrippenlijst waarin alle termen die in het kader van het EMD/WDH
worden gebruikt, worden gedefinieerd. Het handboek komt beschikbaar
voor alle betrokken zorgaanbieders. De begrippenlijst zal ook
geplaatst worden op de website invoering EMD/WDH, die voor iedereen
toegankelijk is.
Vraag 11
Hoe gaat u het aantal leveranciers dat voldoet om mee te doen aan de
"Proof of Concept" op korte termijn uitbreiden?
Antwoord 11
Zes voor de koploperregio's belangrijke leveranciers hebben te kennen
gegeven de AORTA-infrastructuur te onderschrijven. Op korte termijn
vinden gesprekken plaats met deze leveranciers en de betrokken
zorgaanbieders om te komen tot bindende afspraken over de benodigde
aanpassingen aan de systemen. In plaats van de Proof of Concept hebben
deze leveranciers de mogelijkheid de systemen uit te testen in een
permanente testomgeving, die op basis van de Proof of Concept wordt
ingericht.
Vraag 12
Bent u vanwege de krappe planning nog steeds van mening dat januari
2007 haalbaar is voor de uitrol van het WDH? Kunt u iets zeggen over
de verdere planning met betrekking tot het EPD en specifiek de wet op
de EPD?
Antwoord 12
Zie ook het antwoord op vraag 4.
Voor de landelijke uitrol is het wel noodzakelijk dat het BSN
beschikbaar is voor de zorg. Dat kan alleen als de Wabb en de Wet
gebruik BSN in de zorg op 1 januari 2007 in werking kunnen treden.
---
----------
TK 2005-2006, 27529, nr. 24
TK 2005-2006, 27529, nr. 18
TK 2005-2006, 27529, nr.22
TK 2005-2006, 27529, nr. 23
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport