Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Justitie

Persbericht ministerraad
25 augustus 2006

KABINET: MEER BESCHERMING VOOR CONSUMENT

Consumenten krijgen betere bescherming tegen misleidende en agressieve handelspraktijken van ondernemingen. Dit blijkt uit een wetsvoorstel van minister Donner van Justitie en staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken waarmee de ministerraad heeft ingestemd. Oneerlijke handelspraktijken ondermijnen het vertrouwen van de consument en ontregelen de markt, met als gevolg dat consumenten geen goede keuzes kunnen maken bij de aanschaf van een product. Het kabinet wil die praktijken tegengaan door de bescherming van consumenten op een hoger niveau te brengen. Dit gebeurt ook in de andere Europese lidstaten, waardoor de verschillen in nationale wetgeving en daarmee de belemmeringen voor de interne markt worden weggenomen. De nieuwe wetgeving is een gevolg van een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van mei 2005 gericht op maatregelen tegen oneerlijke handelspraktijken van ondernemingen uit binnen- en buitenland.

Niet alleen consumentenorganisaties, maar ook de Consumentenautoriteit en de AFM (bij overtredingen in de financiële sector) krijgen de mogelijkheid makkelijker op te treden tegen dergelijke praktijken omdat in de voorgestelde regeling voor bepaalde handelspraktijken precies staat aangegeven wanneer deze als misleidend of agressief worden aangemerkt. Als bijvoorbeeld een producent een vertrouwens-, kwaliteits- of ander soortgelijk label aanbrengt zonder daarvoor de vereiste toestemming te hebben gekregen, is dat volgens het wetsvoorstel onder alle omstandigheden misleidend. Hetzelfde geldt voor de bewering dat een handelaar of een product door een openbare of particuliere instelling is aanbevolen, erkend of goedgekeurd terwijl dat niet het geval is. Ook wordt aangegeven in welke gevallen onder alle omstandigheden sprake is van agressieve praktijken. Dit gebeurt bijvoorbeeld als op bedrieglijke wijze de indruk wordt gewekt dat de consument al een prijs heeft gewonnen of zal winnen als er in feite geen sprake is van een prijs of een ander soortgelijk voordeel.

Indien er sprake is van een overtreding van het verbod op oneerlijke praktijken kan de consument een (civielrechtelijke) procedure aanhangig maken bij de rechter. Daarnaast kunnen de Consumentenautoriteit en de AFM (daar waar het gaat om overtredingen in de financiële sector) tegen overtredingen optreden. Deels via het bestuursrecht (door het opleggen van een last onder dwangsom of een bestuurlijke boete) en deels via het privaatrecht (door een bijzondere procedure bij het gerechtshof te Den Haag te starten). Uitgangspunt blijft dat zij pas optreden als de marktpartijen zelf niet in staat zijn overtredingen effectief aan te pakken. Handelaren hebben (vanzelfsprekend) de mogelijkheid zich te verweren tegen optreden van de Consumentenautoriteit en de AFM. Mocht een overtreding tevens een strafbaar feit opleveren dan legt de Consumentenautoriteit dit voor aan het Openbaar Ministerie.

De ministerraad heeft ermee ingestemd de Raad van State om een spoedadvies te vragen in verband met de implementatietermijnen van het voorstel. De tekst van het advies van de Raad en van het wetsvoorstel worden openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.

RVD, 25.08.2006