Beantwoording vragen van Rouvoet, Huizinga-Heringa en Van der Staaij over een ophanden zijnde executie van drie christenen op Sulawesi
24-08-2006 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door de leden Rouvoet, Huizinga-Heringa en Van der Staaij over een ophanden zijnde executie van drie christenen op Sulawesi. Deze vragen werden ingezonden op 14 augustus 2006 met kenmerk 2050617630.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B. Bot
Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Rouvoet, Huizinga-Heringa en Van der Staaij, over een ophanden zijnde executie van drie christenen op Sulawesi.
Vraag 1
Kent u het bericht over de op handen zijnde executie van drie christenen op Sulawesi (Indonesië), wegens het in 2000 aanwakkeren van religieuze rellen tussen christenen en moslims? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat het hier volgens hun advocaat zou gaan om ongeletterde boeren, die nooit enige politieke betrokkenheid hebben getoond?
Antwoord
Ja.
Vraag 3
Bent u op de hoogte van het feit dat het proces tegen de drie mannen eerder is aangeduid als een 'showproces' en dat zelfs de Nationale Moslimraad in Indonesië heropening van de zaak op zijn plaats vond, omdat het proces onrechtvaardig is verlopen?
Antwoord
Ja.
Vraag 4
Is het u bekend dat organisaties als Amnesty International en Jubilee Campaign eerder actie hebben gevoerd voor de drie ter dood veroordeelde mannen?
Antwoord
Ja.
Vraag 5
Bent u bereid om met alle u ter beschikking staande middelen te proberen te verhinderen dat de executie aanstaande zaterdag 12 augustus zal plaatsvinden?
Antwoord
Op 11 augustus 2006 werd bekend dat de executie van de drie ter dood veroordeelden is uitgesteld tot na de viering van de onafhankelijkheidsdag op 17 augustus en tot op heden niet is uitgevoerd.
Zowel bilateraal als via de Europese Unie wordt de zaak nauwgezet gevolgd. De EU heeft de afgelopen jaren meerdere démarches uitgevoerd om de Indonesische autoriteiten te bewegen de doodstraf af te schaffen en/of het moratorium op uitvoering van de doodstraf wederom in te stellen. Meest recentelijk werd op 4 juli 2006 een EU-troika démarche uitgevoerd bij vice-president Yusuf Kalla en minister Hamid Awaluddin van Justitie. De EU-positie over de aangekondige executies van de drie veroordeelden uit Poso is vorige week reeds op hoogambtelijk niveau onder de aandacht gebracht van de directeur-generaal voor Mensenrechten van het Indonesische ministerie van Buitenlandse Zaken. Het Finse EU-voorzitterschap heeft, mede op aandringen van Nederland, de EU-positie op 16 augustus aan de orde gesteld bij president Susilo Bambang Yudhoyono.
Vraag 6
Kunt u deze vragen in verband met de spoedeisendheid per omgaande beantwoorden?
Antwoord
Ja.
1) Nederlands Dagblad, 10 augustus 2006
Ministerie van Buitenlandse Zaken