Actuele ontwikkelingen bluetongue
Actuele ontwikkelingen bluetongue 22 augustus 12.30 uur
Géén vervoersverbod in beschermings- en toezichtsgebied
In de media is ruis ontstaan over het vervoersverbod.
Voor de helderheid:
- er is geen vervoersverbod binnen het
beschermings- en toezichtsgebied
- er is een exportverbod voor runderen, schapen en
geiten, en hun sperma, eicellen en embryoâs vanuit de gebieden naar
buiten toe
- herkauwers en sperma, eicellen en embryo's van
herkauwers mogen in het beschermings- en toezichtsgebied niet naar
buiten het gebied worden vervoerd. Wel dus naar bijvoorbeeld een
slachthuis in het gebied en vervolgens als vlees naar buiten het
gebied
- Vervoer van beschermingsgebied naar
toezichtsgebied of omgekeerd is verboden
- binnen de 20-km zone rond Kerkrade geldt een
vervoersverbod.
Uitbraken
Na de uitbraken van de bluetongue (blauwtongziekte) in Zuid-Limburg is
de virusziekte ook gevonden op rundvee- en schapenbedrijven in België
(de provincie Luik) en in Duitsland rondom Aken (district Düren).
Bluetongue is nog nooit in onze streken aangetroffen.
Ook is er nu een verdenking van bluetongue op een schapenhouderij in
de buurt van Sneek. Er zijn op dit bedrijf monsters genomen. De eerste
uitslagen zijn negatief, m.a.w. er is geen virus gevonden. Morgen
volgt de definitieve uitslag op basis van nader onderzoek in
Engeland. LNV heeft LTO laten weten dat er rondom Sneek nog geen
gebieden van 20, 100 en 150 km worden ingesteld. In het
onwaarschijnlijke geval dat de uitslag positief is, dan nog hoeft het
niet zo te zijn dat het virus verspreid is in het gebied. Dit hangt af
van de activiteit van het knutje (zie verderop in dit bericht)
Wel lijkt hiermee de kans verkeken dat het nationale exportverbod van
runderen, schapen en geiten snel wordt opgeheven.
Er is een rund met antistoffen gevonden op de verzamelplaats bij
Woerden-Vleuten, maar LNV gaat er van uit dat dit dier al serologisch
positief was voordat het vanuit Limburg op transport ging, waardoor
deze vondst geen probleem vormt. Het dier staat veilig in de
quarantainestal.
Inmiddels is er vrijstelling verleend voor het tijdelijk (120 dagen
vanaf 23 augustus) gebruik van twee insecticiden op schapen en geiten.
Het gaat om Sputop en Butox 7,5 Pour On op basis van deltamethrin.
Vrijstelling is verleend door LNV op verzoek van LTO omdat er geen
geregistreerde middelen zijn met insectendodende en insectenafwerende
werking voor gebruik op dieren bij schapen en geiten. Zowel Sputop als
Butox 7,5 Pour On zijn milieugevaarlijk en zeer giftig voor in het
water levende organismen. Ze mogen dan ook niet toegepast worden in de
nabijheid van oppervlaktewater, maar alleen in stallen of midden op
het land. Let wel, bij het gebruik ervan (aanbrengen op de buik van
het dier door beharing of wol opzij te schuiven) geschikte
handschoenen gebruiken en niet toepassen in de aanwezigheid van
kinderen.
Voorschriften EU en LNV
Maandagmiddag 21 augustus heeft in Brussel het Permanent Comité voor
diergezondheid vergaderd. Dit is een overleg van medewerkers van de
ministeries van landbouw en de voedselauthoriteiten van de 25
EU-lidstaten met vertegenwoordigers van de Europese Commissie. Zij
brengen gezamenlijk advies uit aan de Europese Commissie. Het
resultaat is dat de Europese Commissie een nieuwe beschikking gemaakt
heeft met regels voor de bestrijding van bluetongue. Hierin staan o.m.
regels voor het transport van herkauwers voor de slacht van buiten
naar binnen de 150-km zone en van binnen naar buiten de 150 km zone.
Hier worden eisen aan verbonden zoals één op één transport in door
(in Nederland waarschijnlijk) RVV-medewerkers verzegelde vrachtwagens.
Deze regels worden door LNV vandaag (dinsdag 22 augustus) omgezet in
een nieuwe regeling die dan op de website www.minlnv.nl komt te staan.
Er is géén algeheel vervoersverbod voor de beschermings- en
toezichtsgebieden, behalve in de 20-km zone in Zuid-Limburg.
De export van sperma, eicellen en embryo's gewonnen vóór 1 mei 2006
mag weer plaatsvinden vanuit heel Nederland.
Volgende week maandag is er weer overleg van het Permanent Comité.
Dan moeten de door bluetongue getroffen landen verslag uitbrengen van
hun tracerings- en monitoringsonderzoek.
Voor informatie over de situatie en maatregelen in Duitsland kijkt u
op www.nrw.de. Voor de situatie in België kijkt u op www.favv.be.
Inzet LTO: crisisteam ingesteld
De directeuren van de drie regionale organisaties hebben ingestemd met
het instellen van een crisisteam in verband met de
bluetongue-uitbraak. Het crisisteam bestaat uit direct betrokken
beleidsmedewerkers uit de drie organisaties. Het crisisteam zal
invulling geven aan interne communicatie, regie op landelijke
werkzaamheden, informatielijnen openhouden en inzet van media bewaken.
Daarbij zal afstemming plaatsvinden met de voorzitter van de
intersectorale portefeuille diergezondheid en de voorzitters van de
direct betrokken vakgroepen. Vanuit het crisisteam lopen ook
contacten naar de provinciale besturen.
De volgende personen zitten in het crisisteam:
* Frits Mandersloot (Manager dierlijke sectoren)
* Mona van Spijk (beleidsmedewerker intersectorale diergezondheid)
* Klaas Johan Osinga (beleidsmedewerker diergezondheid EU)
* Margot Venner (communicatie)
* Henk Hermans (beleidsmedewerker LLTB)
* Mark Paauw (beleidsmedewerker ZLTO / Melkgeitenhouderij)
* Janet Bakker (beleidsmedewerker LTO Noord / Schapenhouderij)
* Taeke Wahle (beleidsmedewerker LTO Noord / Vleesveehouderij en
Kalverenhouderij)
Bestuurlijk zijn de volgende personen betrokken:
* Toon van Hoof (voorzitter portefeuille Intersectorale
Diergezondheid)
* Cees Romijn (Rundveehouderij) (plaatsvervanger voor Siemjan
Schenk)
* Sjraar van Beek (Schapenhouderij)
* Harry van de Berg (Kalverhouderij)
* Ko Brooijmans (Rundvlees)
* Jan van Lokven (Melkgeitenhouderij)
Communicatie naar landelijke media wordt geregisseerd door Jack
Luiten.
Verder kan natuurlijk contact gezocht worden via de verschillende
infolijnen van uw regionale organisatie.
Vanuit het crisisteam is op dinsdag 22 augustus een eerste ambtelijk
overleg met LNV. We zullen daarin aandacht vragen voor de standpunten
van LTO. Daarnaast willen we in ieder geval afspraken maken hoe we
vragen bij LNV kunnen neerleggen over individuele situaties die tot
knelpunten leiden.
Standpunten LTO
* LTO Nederland wil dat het nationale exportverbod van runderen,
schapen en geiten na snelle screening zo mogelijk wordt beperkt
tot een deel van Nederland. Dit gebied kan vervolgens na screening
van de bedrijven geleidelijk worden verkleind.
* LTO wil dat het rechtstreeks vervoeren van slachtvee, met strikte
reiniging en ontsmetting van de vrachtwagens in heel Nederland
mogelijk moet zijn, en vanuit het vrijgegeven gebied naar
slachterijen in het buitenland. Omdat voorlopig nog onduidelijk is
hoe lang de maatregelen van kracht blijven, moeten de bedrijven
binnen de 20 km zone ook de mogelijkheid â onder voorwaarden -
krijgen dieren naar een slachterij te brengen. Als dat nodig
blijkt, voert LTO samen met collega-organisaties in Duitsland en
België overleg met de EU over praktische mogelijkheden voor
ontheffing, vóór de komende vergadering van het permanent
comité van komende maandag.
* Vervoer en export van sperma, embryoâs en eicellen van koeien,
schapen en geiten dat geruime tijd geleden al gewonnen was, en dus
niet met bluetonguevirus besmet kan zijn, moet weer mogelijk
worden. Dit wordt nu weer mogelijk (bij producten gewonnen vóór
1 mei 2006);
* LTO wil dat Nederlandse veehouders voor de muggenbestrijding
kunnen beschikken over de werkzame middelen zoals Butox Pour-On
die in België wel beschikbaar zijn. Koppels dieren die goed
behandeld zijn met deze middelen, zijn een tijdlang beschermd
tegen het mugje dat het bluetonguevirus kan verspreiden en zouden
dan niet opgestald hoeven worden. Per 23 augustus is de tijdelijke
toelating rond.
* LTO wil dat LNV de veehouders goed voorlicht over de
maatregelen. Veehouders met vragen moeten daar snel antwoord op
krijgen.
Basisinfo Bluetongue
Bluetongue is een in grote delen van de wereld voorkomende virusziekte
van herkauwers, die vooral door culicoides-mugjes wordt overgebracht.
De aandoening komt vooral voor tussen 40 graden noorderbreedte en 30
graden zuiderbreedte. Klinische symptomen worden vooral gezien bij
schapen. Hoewel alle (wilde) herkauwers gevoelig zijn, doen zich niet
vaak klinische verschijnselen voor bij rund en geit. Koeien kunnen wel
maanden drager zijn van het virus in het bloed en dienen als reservoir
van het virus voor de vector.
Symptomen
Na een incubatietijd van ongeveer een week (5-10 dagen) krijgen
schapen vaak hoge koorts (tot 42 graden), die meerdere dagen kan
aanhouden. Zieke dieren zijn suf en lopen stijf en kreupel door de
gezwollen kroonranden en spierbeschadigingen. Een enkele keer kan
ontschoening optreden; na herstel blijven defecten in het klauwhoorn
zichtbaar. Ernstig zieke dieren staan vaak met een gebogen rug, met de
kop naar beneden. De oren of zelfs de hele kop kan oedemateus
(gezwollen) zijn. Mond- en neusslijmvlies zijn vaak gezwollen en
ontstoken. De tong kan gezwollen zijn, vooral langs de zijkanten
necrose vertonen en door verminderde doorbloeding en daardoor
optredend zuurstoftekort, blauw van kleur zijn. De dieren speekselen
en hebben neusuitvloeiiing, waarin bloed bijgemengd kan zijn. Ze
kunnen moeilijk eten en vermageren snel. Mogelijke
vruchtbaarheidsproblemen zijn niet in bronst komen, abortus,
doodgeboorte, aangeboren afwijkingen bij de vrucht en tijdelijke
onvruchtbaarheid bij de ram. Sterfte treedt bijna nooit op binnen acht
dagen na het begin van de verschijnselen.
Hoewel alle herkauwers gevoelig zijn doen zich niet vaak klinische
verschijnselen voor bij rund en geit.
Na herstel blijven schapen en geiten nog een aantal dagen virusdrager.
Bij runderen kan dit enkele maanden duren.
Correctie rond blauwtong berichtgeving
CIDC-Lelystad wil wijzen op een aantal storende en foutieve aspecten
rond berichtgeving over de bluetongue epidemie in Zuid Nederland.
Bluetongue wordt overgebracht door knutten (Culicoides soorten van de
insectenorde Diptera: Ceratopogonidae), dit zijn geen muggen. In
Nederland moeten we de soorten Culicoides obsoletus en Culicoides
pulicaris als verdachte insecten beschouwen, omdat deze soorten op de
Balkan en in Noord Italie ook bluetongue kunnen overbrengen. Ze zijn
bovendien gevoelig voor de infectie. Culicoides obsoletus en C.
pulicaris komen van nature in Nederland voor, en zijn pas recent hier
waargenomen. In de herfst sterven de volwassen knutten, en worden
dieren ook niet langer gestoken. Verdere transmissie lijkt dan ook
uitgesloten in de winter. De knutten overleven als larven in vochtige
bodems, en het is niet duidelijk of het virus via de larven in leven
kan blijven. Volwassen knutten verschijnen weer eind maart. Knutten
steken vroeg in de avond en bij zonsopgang. Niet 's nachts. Ophokken
van dieren om infectie te voorkomen werkt dus alleen als het contact
tussen de dieren en de knutten verbroken is op het moment dat de
knutten actief zijn! De vraag of de huidige epidemie met
klimaatsverandering te maken heeft, kan nu niet beantwoord worden. Wel
is duidelijk dat in Zuid Europa de ziekte sinds 1998 jaarlijks wordt
waargenomen.
Voor meer informatie, zie de regionale sites www.ltonoord.nl,
www.zlto.nl en www.lltb.nl. Mocht u vragen hebben, dan kunt u terecht
bij de informatielijnen:
LTO Noord informatiecentrum: Deventer 0570 â 66 28
88
Drachten 0512 â 30 51 00
Haarlem 023 â 51 62 360
ZLTO informatielijn: 0900 â 23 59 586
LLTB: 0475 â 38 17 77
Dinsdag 22 augustus 2006