Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht

PB06-083
10 augustus 2006

Economie groeit stevig door

De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal van 2006 met 2,4 procent gegroeid. Deze groei van het bruto binnenlands product (BBP) werd bereikt met een werkdag minder dan vorig jaar. Ook de werkgelegenheid blijft stijgen. Er waren 80 duizend banen meer dan een jaar eerder. Dit blijkt uit cijfers van het CBS.
De groei van de uitvoer zwakte in het tweede kwartaal van 2006 iets af. Toch blijft de uitvoer de belangrijkste pijler onder de economische groei. Daarnaast trok de consumptie van huishoudens flink aan, vooral die van duurzame consumptiegoederen. Ook dat leverde een belangrijke impuls aan de groei. Bovendien werd er meer geïnvesteerd.

Kwartaal-op-kwartaalgroei hoog Het volume van het BBP was in het tweede kwartaal van 2006, na correctie voor werkdag- en seizoeneffecten, 1,0 procent hoger dan in het eerste kwartaal van dit jaar. Dit is de hoogste groei in meer dan twee jaar.

Groei uitvoer iets afgezwakt Het volume van de uitvoer van goederen en diensten was in het tweede kwartaal 6,6 procent hoger dan een jaar eerder. Daarmee steeg de export iets minder dan in het eerste kwartaal van 2006. Toch groeide hij nog altijd meer dan in het jaar 2005. De groei komt voor een groot deel voor rekening van de wederuitvoer. De wederuitvoer bestaat uit elders, bijvoorbeeld in China, Taiwan of de VS, geproduceerde goederen die vanuit Nederland verder worden gedistribueerd na een geringe bewerking te hebben ondergaan. Daarnaast nam ook de export van Nederlands product duidelijk toe. De invoer groeide vrijwel even sterk als de uitvoer. De invoergroei komt niet alleen door de wederuitvoer maar voor een belangrijk deel ook door de ln....
aantrekkende binnenlandse bestedingen en productie. sbc.... kwartaal ruim 8 procent meer besteed dan een jaar eerder. De consumenten Meer duurzame consumptiegoederen verkocht Aan duurzame consumptiegoederen hebben huishoudens in het tweede kochten vooral meer kleding, meubelen en consumentenelektronica. In totaal w hebben huishoudens in het tweede kwartaal van dit jaar 2,8 procent meer besteed dan een jaar eerder. Hierbij is gecorrigeerd voor prijsveranderingen w en voor veranderingen in het zorgstelsel. Deze groei is de hoogste sinds w 2000. Het volume van de overheidsconsumptie was 1,2 procent hoger.

CBS Persbericht PB06-083 pagina 1 van 6

Vooral meer investeringen in machines en computers In het tweede kwartaal van 2006 is 2,6 procent meer geïnvesteerd dan in hetzelfde kwartaal van 2005. Vooral in machines, de belangrijkste investeringscategorie voor het bedrijfsleven, en in computers werd flink meer geïnvesteerd. Ook de investeringen in woningen en vrachtauto's waren hoger.

Commerciële dienstverleners zorgen voor de productiegroei Dit kwartaal is de productiegroei vrijwel geheel te danken aan een breed gedragen groei onder de commerciële dienstverleners. Toppers zijn de uitzendbranche, de groothandel en het bankwezen. De detailhandel profiteerde van de sterk toegenomen kooplust van de consumenten. De goederenproducenten droegen dit kwartaal niet of nauwelijks bij aan de productiegroei. De groei in de bouwnijverheid en in de industrie was zeer bescheiden. Dit komt voor een deel door het effect van één werkdag minder. De productie van de energiesector was lager omdat er minder aardgas werd gewonnen. De zorgsector liet ook in de niet-commerciële dienstverlening de productie nog een beetje groeien.

Werkgelegenheid blijft stijgen
In het tweede kwartaal van 2006 waren er 80 duizend banen van werknemers meer (1,1 procent) dan een jaar geleden. Deze groei is gelijk aan die in het eerste kwartaal van 2006. In arbeidsjaren (voltijdbanen) valt de groei met 0,9 procent iets lager uit. Oorzaak van dit verschil is het grotere aandeel deeltijdbanen in de bedrijfstakken met groei. Na correctie voor seizoeninvloeden is het aantal banen in het tweede kwartaal 0,3 procent hoger dan in het eerste kwartaal van 2006. Ook hieruit blijkt dat de banengroei aanhoudt.

Technische toelichting
Algemeen
De economische groei wordt gemeten aan de volumegroei van het bruto binnenlands product (BBP). Dit is het totaal van de in het productieproces gevormde inkomens (de `toegevoegde waarde').
Achtergrondinformatie over de ramingen
Er worden twee ramingen samengesteld en gepubliceerd van de economische groei in een kwartaal. De eerste raming of flash-raming wordt uiterlijk 45 dagen na afloop van een kwartaal gepubliceerd. De cijfers van de eerste raming kunnen wijzigen op grond van nieuwe statistische broninformatie die nadien beschikbaar komt. In de tweede raming die uiterlijk 90 dagen na afloop van een kwartaal wordt gepubliceerd, is deze nieuwe en meer uitgebreide statistische informatie verwerkt. Bovendien komen op dat moment meer detailgegevens beschikbaar. Bij de afsluiting van het vierde kwartaal komt tevens de eerste raming van het jaar gereed en worden de eerste drie kwartalen opnieuw vastgesteld.
Ook nadien kunnen de cijfers nog worden aangepast. De kwartaalgegevens worden namelijk eenmaal per jaar in juli geijkt aan de jaarcijfers van de Nationale rekeningen die volgens een vaste cyclus van drie opeenvolgende CBS Persbericht PB06-083 pagina 2 van 6

ramingen (voorlopige raming, nader voorlopige raming en definitieve raming) worden herzien.
Werkgelegenheid
In het persbericht over de eerste raming van de economische groei in een kwartaal wordt conform Europese afspraken tevens een eerste raming van de werkgelegenheid in dat kwartaal gepubliceerd. Deze raming heeft uitsluitend betrekking op werknemers. Zelfstandigen blijven buiten beschouwing. De raming luidt zowel in banen als in arbeidsjaren (=voltijdbanen). De tweede raming van de werkgelegenheid met daarbij een verdeling van de werkgelegenheid naar bedrijfstakken wordt gepubliceerd in een afzonderlijk persbericht één werkdag na verschijning van het persbericht over de tweede raming van de economische groei op kwartaalbasis.
Seizoengecorrigeerde gegevens
Normale praktijk is dat mutaties worden berekend ten opzichte van het vergelijkbare kwartaal van het voorafgaande jaar. Om een zo goed mogelijk beeld te geven van de conjuncturele stand van zaken wordt de groei van het BBP en van het aantal banen ook ten opzichte van het voorgaande kwartaal berekend. Hierbij wordt gecorrigeerd voor seizoen- en werkdageffecten. Bij het uitkomen van nieuwe kwartaalcijfers wordt deze seizoencorrectie steeds opnieuw doorgerekend. Dit leidt doorgaans tot geringe bijstellingen van eerder geraamde cijfers, incidenteel tot meer substantiële bijstellingen. Jaarcijfers
Het persbericht over de tweede raming van de economische groei voor het eerste kwartaal bevat additionele gegevens over het productie- en bestedingendeel van de jaarpublicatie Nationale rekeningen. In dat persbericht zullen daarom twee extra tabellen worden opgenomen met enkele nieuwe jaarcijfers.
Zorgstelsel
Dit jaar is een nieuw zorgstelsel ingevoerd. In de Nationale rekeningen brengt dit een verschuiving met zich mee van consumptie door huishoudens naar consumptie door de overheid. De consumptie door huishoudens is hierdoor in 2006 veel lager, de consumptie door de overheid veel hoger dan een jaar eerder. Ook heeft bij de productie een overheveling plaatsgevonden van overheid naar verzekeringsinstellingen. In dit persbericht zijn de cijfers opgenomen waarin deze verschuivingen zijn verwerkt. Daarnaast zijn tussen haakjes de cijfers opgenomen waarin voor deze verschuiving is gecorrigeerd. Bij de beschrijving van ontwikkelingen is de tekst van het persbericht gebaseerd op de gecorrigeerde cijfers.

CBS Persbericht PB06-083 pagina 3 van 6

Bruto binnenlands product: volume

% mld euro 8 120 7 119 6 118 117 5
116 4
115 3 114 2 113 1 112 0 111
-1 110 I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II 2002 2003 2004 2005 2006 %-mutatie t.o.v. dezelfde periode een jaar eerder (links) seizoengecorrigeerd, mld euro in prijzen 2001 (rechts)

Bron: CBS

Tabel 1: Bruto Binnenlands Product (marktprijzen) Waarde Verandering t.o.v.
zelfde periode vorig jaar voorgaande periode 1)# mld euro volumemutaties in %
2003 476,9 0,3 . 2004 489,9 2,0 . 2005 505,6 1,5 . 2003-II 121,3 -0,2 -0,7 III 115,0 0,0 0,1 IV 123,1 0,7 0,6 2004-I 119,9 1,3 1,3 II 124,4 1,8 0,1 III 118,1 2,3 0,4 IV 127,4 2,4 0,1 2005-I 122,5 0,4 0,2 II 128,8 1,9 0,7 III 122,2 2,0 0,7 IV 132,2 1,9 0,6 2006-I 129,2 2,9 0,3 II 133,5 2,4 1,0 1) Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden en werkdageffecten. #) Deze cijfers zijn bijgesteld, achtergrondinformatie staat in de technische toelichting. Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-083 pagina 4 van 6

Tabel 2: Goederen- en dienstentotalen
2005 2005 2006 II III IV I 2) II 2) volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder Consumptieve bestedingen 0,6 0,2 1,2 1,5 1,9 2,3 w.v. door huishoudens 0,7 0,6 1,3 1,6 -0,6 (2,6) -0,5 (2,8) door overheid 0,3 -0,5 1,0 1,2 7,2 (0,3) 7,4 (1,2) Investeringen in vaste activa 3,6 5,1 7,5 2,7 4,4 2,6 Veranderingen voorraden1) -0,1 -1,5 -0,5 1,2 0,7 -1,8 Nationale bestedingen 0,9 1,1 1,6 1,8 2,7 2,0 Uitvoer goederen en diensten 5,5 7,4 5,6 2,2 8,3 6,6 Invoer goederen en diensten 5,1 6,8 5,3 2,2 8,7 6,5 Bruto binnenlands product 1,5 1,9 2,0 1,9 2,9 2,4 1) In procenten van het BBP in constante prijzen. 2) De getallen tussen haakjes zijn gecorrigeerd voor veranderingen in het zorgstelsel. Bron: CBS

Tabel 3: Toegevoegde waarde van producenten (bruto, basisprijzen) 2005 2005 2006 II III IV I 1) II 1) volumemutaties in % t.o.v. een jaar eerder Producenten van:
Goederen -0,4 1,6 -0,4 -0,6 3,9 0,0 Landbouw en visserij 1,1 -3,2 1,1 3,5 -1,7 0,5 Industrie en energie: -1,2 0,6 -1,4 -1,7 4,3 -0,3 w.o. Industrie 0,2 1,1 0,7 0,6 2,2 0,5 Bouwnijverheid 1,8 6,7 2,8 1,5 4,9 0,8 Commerciële diensten 3,0 2,6 3,3 3,3 3,1 (2,9) 4,9 (4,7) Handel, horeca en transport 2,5 1,0 3,8 3,8 4,9 5,5 Financiële en zakelijke
Diensten 3,4 4,0 2,8 2,9 1,7 (1,3) 4,4 (4,0) Niet-commerciële diensten 0,8 0,9 1,3 1,5 0,3 (0,7) 0,0 (0,3) 1) De getallen tussen haakjes zijn gecorrigeerd voor veranderingen in het zorgstelsel.

Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-083 pagina 5 van 6

Tabel 4: Banen van werknemers
Aantal banen Vera de rin .v. n g t.o zelfde periode vorig jaar v oorgaande periode 1)

x 1 000 mutaties in %
2003 7 560 -0,6 . 2004 7 461 -1,3 . 2005 7 441 -0,3 . 2003-II 7 607 -0,4 -0,4 III 7 620 -0,8 -0,4 IV 7 511 -1,1 -0,4 2004-I 7 387 -1,5 -0,4 II 7 500 -1,4 -0,3 III 7 522 -1,3 -0,3 IV 7 435 -1,0 -0,1 2005-I 7 319 -0,9 -0,3 II 7 466 -0,5 0,2 III 7 523 0,0 0,2 IV 7 456 0,3 0,2 2006-I 7 397 1,1 0,5 II 7 546 1,1 0,3 1) Gecorrigeerd voor seizoeninvloeden.
Bron: CBS

Tabel 5: Arbeidsjaren van werknemers
Aantal arbeidsjaren V a nderin g t.o . er .v zelfde periode vorig jaar x 1 000 mutaties in % 2003 5 776 -1,3 2004 5 666 -1,9 2005 5 627 -0,7 2003-II 5 811 -1,0 III 5 797 -1,5 IV 5 732 -1,7 2004-I 5 637 -2,2 II 5 688 -2,1 III 5 682 -2,0 IV 5 657 -1,3 2005-I 5 571 -1,2 II 5 629 -1,0 III 5 652 -0,5 IV 5 655 0,0 2006-I 5 618 0,9 II 5 681 0,9 Bron: CBS

CBS Persbericht PB06-083 pagina 6 van 6


---- --