KNMG
ICT-ontwikkelingen: meer ruimte voor initiatieven zorgaanbieders
Andere verdeling van verantwoordelijkheden in ICT in de zorg
Sinds kort zijn de verantwoordelijkheden op het gebied van ICT in de zorg anders verdeeld tussen het ministerie van VWS, de zorgaanbieders en NICTIZ. Tot voor kort was NICTIZ, het Nationaal Instituut voor ICT in de Zorg, verantwoordelijk voor de infrastructuur voor automatisering, de formulering van standaarden en de ontwikkeling en invoering van (onderdelen van) het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD). NICTIZ was altijd een organisatie van de "veldpartijen" (zorgaanbieders, patiënten, zorgverzekeraars). Het ministerie van VWS fourneerde het geld, nodig voor NICTIZ, om zijn werk te kunnen doen.
Stuurgroep ICT en Innovatie
Het ministerie van VWS heeft een "Stuurgroep ICT en Innovatie" ingesteld onder zijn voorzitterschap, waarin een aantal veldpartijen participeert. Ook de KNMG, Orde, LHV en NHG zijn lid van de Stuurgroep. Deze Stuurgroep neemt de beslissingen over het beleid inzake ICT in de zorg. Het ministerie van VWS heeft voortaan de regie over de invoering van (onderdelen van) het EPD en stuurt hiertoe een apart in het leven geroepen implementatie-organisatie aan. NICTIZ wordt niet langer bestuurd door de veldpartijen en is niet langer verantwoordelijk voor het hele traject van ontwikkeling tot invoering. NICTIZ heeft nu de functie om, onder regie van de Stuurgroep, maar ook op verzoek van de veldpartijen in de zorg, zaken te ontwikkelen zoals standaarden, de noodzakelijke infrastructuur en andere randvoorwaarden voor een goede elektronische communicatie tussen zorgverleners.
Daarnaast komt er een Platform waarin alle veldpartijen; zorgaanbieders, instellingen, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars periodiek samenkomen om de inhoudelijke wensen en behoeften op het gebied van ICT in de zorg te bespreken en de agenda mede te bepalen. Op dit moment is nog niet goed voorstelbaar, hoe tussen zoveel en zulke uiteenlopende organisaties op zo'n schaal afstemming en stroomlijning van de wensen en eisen kan plaatsvinden. Maar er komt hoe dan ook meer ruimte voor initiatieven vanuit het veld.
Minimale data-sets
Gezien de te verwachten moeilijkheid om met zoveel organisaties een gezamenlijke inhoudelijke agenda vast te stellen, is het aannemelijk dat verwante organisaties bij elkaar kruipen om gezamenlijke initiatieven te ontplooien. Het al eerder hier besproken initiatief van Orde, NHG en KNMG om gezamenlijk "minimale data-sets" (MDS) te ontwikkelen als onderdeel van het EPD, kan als voorbeeld van zo'n initiatief dienen. Een minimale dataset wordt gedefinieerd als de minimaal noodzakelijke hoeveelheid medische gegevens over een bepaalde aandoening of handeling, die uitgewisseld moet worden tussen behandelend artsen zodat zij zinvol kunnen werken. Zo kan een MDS ontwikkeld worden voor de uitwisseling van minimaal noodzakelijke medicatiegegevens tussen behandelend artsen (en uiteraard apothekers). NHG, Orde en KNMG kiezen ervoor om deze minimale datasets in eerste instantie te ontwikkelen voor het gegevensverkeer tussen artsen. Gezien het grote aantal medisch specialismen is dat al gecompliceerd genoeg. Later kunnen sets ontwikkeld worden waar ook andere beroepsgroepen aan deelnemen of bij aansluiten.
KNMG, Orde en NHG verwachten dit project op korte termijn te kunnen starten. Wij hopen dat veel enthousiaste huisartsen en specialisten in het land willen meedenken en meewerken aan dit initiatief, evenals regionale ICT netwerken. Binnenkort volgt meer nieuws over dit project!
Vragen? Mail naar Lode Wigersma, directeur beleid KNMG, L.Wigersma@fed.knmg.nl