GroenLinks bepleit aanpassing artikel 23
3 augustus 2006
Het reformatorische Hoornbeeck College in Amersfoort weigert een leerling omdat er bij hem thuis televisie en internet zijn. Bovendien draagt zijn zusje een lange broek. De rechter heeft deze handelswijze goedgekeurd vanwege de vrijheid van onderwijs (artikel 23). GroenLinks vindt dergelijke eisen niet meer van deze tijd en pleit voor aanpassing van artikel 23.
De geweigerde jongen heeft aangegeven dat hij de identiteit van de school respecteert. Dat moet volstaan om te worden toegelaten tot de school van je keuze. GroenLinks vraagt de minister om opheldering, mede vanwege de ontstane verwarring over de juiste interpretatie van de wet. Dergelijke uitwassen zijn voor GroenLinks reden om te pleiten voor aanpassing van artikel 23: elke leerling die de identiteit van een school respecteert, moet worden toegelaten.
Femke Halsema
Paul Jungbluth
Schriftelijke vragen van de leden Halsema en Jungbluth (beiden GroenLinks) aan de minister van OC&W, dd 3 augustus 2006
1. Is de Minister op de hoogte van de uitspraak van de rechter die deze week het reformatorische Amersfoortse Hoornbeeck College in het gelijk stelde bij haar weigering om een 16-jarige scholier toe te laten? (NRC, 2 augustus).
2. En is de Minister op de hoogte van het feit dat er zich naar aanleiding van die uitspraak een debat tussen hoogleraren ontspon over de vraag of in die rechtszaak wel aan de juiste wetsteksten werd gerefereerd? (Volkskrant, 3 aug.)
3. Is de Minister het eens met onze stelling dat voor toelating tot verschillende schooltypen geen andere criteria in de zin van artikel 23 mogen worden gehanteerd bij de toelating en dat daarover consistentie in de regelgeving hoort te bestaan?
4. Is de Minister het met ons eens dat toelating wenselijk is wanneer de leerling of ouders/opvoeders verklaren dat zij de door de school in het kader van artikel 23 omschreven identiteit respecteren?
5. Deelt de Minister onze mening dat het onwenselijk is dat artikel 23 er zelfs toe kan leiden dat een leerling kan worden geweigerd op grond van de gedragingen van gezinsleden, terwijl de leerling zelf verklaart de identiteit van de school te respecteren?
6. Is de Minister van oordeel dat een wetswijziging nodig zou zijn om er voor te zorgen dat eenieder die toezegt de identiteit van een school als bedoeld in artikel 23 te respecteren, tot die school zal worden toegelaten (andere onderwijskundige toelatingseisen daargelaten)? Zo nee, waarom? Zo ja, zou zij bereid zijn om initiatieven voor een dergelijke wetswijziging te steunen?
GroenLinks