Openbaar Ministerie

Hoger beroep in zaak Ado - Ajax

Den Haag, 20 juli 2006

Donderdag 6 juli jl. heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in 15 zaken die te maken hadden met de bestorming van het ADO honk in Den Haag op 10 februari jl.

Het openbaar ministerie gaat in hoger beroep in de volgende zaken:

Bij een 21-jarige man uit Hilversum, een 28-jarige man uit Hoorn en een 19-jarige man uit De Meern is hoger beroep in gesteld tegen het niet bewezen zijn van deelname aan een criminele organisatie (art. 140 Wetboek van Strafrecht). Het OM is van mening dat deze mensen wel deelname aan een criminele organisatie kan worden verweten. De reden is dat er volgens het OM in het dossier voldoende bewijs zit dat zij ook bij eerdere georganiseerde acties betrokken zijn geweest. Het OM wil daarom deze zaak nogmaals door het Hof laten beoordelen.

Bij de 19-jarige man uit de Meern is daarnaast beroep in gesteld tegen de straf die de rechtbank heeft opgelegd voor zijn aandeel in de brandstichting.

Hij is degene die een Molotov-cocktail het honk in gooide, waar op dat moment mensen aanwezig waren. Gelet op de ernst van dit feit had het OM tegen deze man 7 jaar onvoorwaardelijk geëist en vindt het de opgelegde straf (vier jaar waarvan één jaar voorwaardelijk) te laag.

Tot slot wordt hoger beroep ingesteld in de twee zaken, van respectievelijk een 20-jarige man uit Bovenkarspel en een 20-jarige man uit Heemstede. Reden hier is dat de rechtbank in hun zaak geoordeeld heeft op basis van een eerder ingetrokken dagvaarding waarop de tenlastelegging onjuist was geformuleerd. Als gevolg daarvan kon openlijk geweld tegen personen bij deze verdachten niet bewezen worden. In hoger beroep kan het Hof op basis van de juiste tenlastelegging een oordeel geven.