Graag bied ik u hierbij aan, naar aanleiding van de toezegging gedaan tijdens het Algemeen Overleg over het internationaal cultuurbeleid van 22 juni jl., het verslag van het bezoek aan de Nederlandse Antillen, Aruba en Suriname van de Staatssecretaris voor Europese Zaken, tevens verantwoordelijk voor het internationaal cultuurbeleid.
Doel van de reis
Van 28 tot en met 30 juni jl. bracht Staatssecretaris voor Europese Zaken Atzo Nicolaï vanuit zijn verantwoordelijkheid voor het internationaal cultuurbeleid een werkbezoek aan Suriname.
Doel van het bezoek was het kennis nemen van diverse cultuurprojecten die vanuit verschillende overheidsfondsen in Suriname worden uitgevoerd. Verder werd gesproken met een aantal Surinaamse ambtsdragers en werd van gedachten gewisseld met vertegenwoordigers uit het culturele veld. Ondanks het feit dat het bezoek vanwege de kabinetscrisis in Nederland met een dag moest worden ingekort en een aantal programmaonderdelen daardoor vervielen, is het bezoek succesvol en in goede sfeer verlopen.
Op doorreis naar Suriname bracht de Staatssecretaris op 25 en 26 juni jl. een beleefdheidsbezoek aan de Nederlandse Antillen (Curaçao) en Aruba. Dit bezoek stond eveneens vooral in het teken van het (internationaal) cultuurbeleid.
1. Bevindingen
|De Staatssecretaris voor Europese Zaken, tevens | |verantwoordelijk voor internationaal cultuurbeleid, heeft | |in Paramaribo gesprekken gevoerd met minister Edwin Wolf | |van Onderwijs en Volksontwikkeling, en met minister Maurits| |Hassankhan van Binnenlandse Zaken. | |Met minister Wolf werd de stand van de diverse projecten | |doorgenomen (projecten die mede geïnitieerd werden als | |uitvloeisel van de afspraken Van der Ploeg-Sandriman ter | |behoud van het culturele erfgoed) en werden suggesties | |gedaan om de samenwerking voort te zetten. Van Surinaamse | |zijde zullen voorstellen worden uitgewerkt voor de | |rehabilitatie/verzelfstandiging van het | |Openluchtmuseum/Fort Nieuw-Amsterdam en de institutionele | |versterking van het Directoraat Cultuur van het Ministerie| |van Onderwijs en Volksontwikkeling. | |Daarnaast werd gesproken over de verdere versterking van | |het Nola Hatterman Instituut, waaronder de bouw van | |ateliers, en over de uitwerking van het idee van een | |artists-in-residence op de bovenste verdieping van het | |gebouw van Nationale Volksmuziekschool. Minister Wolf was | |ingenomen met de wijze waarop aan de culturele betrekkingen| |tussen beide landen inhoud wordt gegeven. Ten algemene werd| |aangegeven dat Suriname thans werkt aan een sectorplan | |cultuur. Acht beleidsprogramma's zullen SMART worden | |geformuleerd. | |Met minister Hassankhan van Binnenlandse Zaken werd de | |archiefsamenwerking besproken. De Surinaamse bewindsman | |uitte zijn dank over de bilaterale samenwerking tot nu toe | |en sprak de hoop uit dat begin 2007 de eerste spade in de | |grond kan worden gestoken voor de bouw van het nieuwe | |Archief, een Nederlands geschenk. Voorts hoopte de | |Surinaamse bewindspersoon dat in de nabije toekomst | |Suriname zelf verfilmde archieven zou kunnen ontwikkelen, | |hetgeen nu nog in Nederland moet plaatsvinden. Voorts werd | |aangegeven dat veel archiefmateriaal over Suriname nog | |steeds in Nederland bij tal van instituten is opgeslagen en| |dat zou in de toekomst eveneens moeten worden ontsloten. | |Omdat Suriname hieromtrent geen ervaring heeft, ligt | |samenwerking met Nederland voor de hand, aldus Hassankhan. | |Surinaamse archieven die nog in Nederland beheerd worden, | |zouden op termijn naar Suriname moeten worden overgebracht.| |Een opportuun moment zou kunnen zijn als het nieuwe | |archiefgebouw operationeel is. De staatssecretaris gaf aan | |dat de Nederlandse regering bereid is de Suriname archieven| |die in eigendom van Suriname zijn (hetgeen contractueel is | |vastgelegd) en destijds voor de veiligheid naar Nederland | |werden overgebracht, terug te laten keren, indien aan een | |aantal beheersmatige voorwaarden kan worden voldaan. | |Naast besprekingen met Surinaamse ambtsdragers, bezocht de | |heer Nicolaï een aantal projecten dat in samenwerking met | |Nederland tot stand is gekomen of zal worden uitgevoerd, | |zoals het Nola Hatterman Instituut, Het Surinaams Museum in| |Fort Zeelandia, De Nationale Volksmuziekschool, het | |Cultureel Centrum Suriname, en het Bisdom. Tijdens deze | |bezoeken was de staatssecretaris in de gelegenheid met | |verschillende vertegenwoordigers van het culturele veld van| |gedachten te wisselen. | |Vanwege het eerdere vertrek kon de staatssecretaris niet | |zelf de Sticusa-collectie, die dateert van voor 1972 en die| |de laatste jaren onder beheer stond van het KIT, aan het | |Surinaamse Museum overdragen. Ambassadeur voor Culturele | |Samenwerking Hoekema nam voor Nicolaï waar, bij welke | |gelegenheid ook het geklimatiseerde nieuwe depot van | |bedoeld museum werd geïnaugureerd. | |Voorafgaand aan Suriname, bracht de staatssecretaris op 25 | |en 26 juni jl. een beleefdheidsbezoek aan de Nederlandse | |Antillen (Curaçao) en Aruba. Dit bezoek stond eveneens | |vooral in het teken van het (internationaal) cultuurbeleid.| | | | | |De staatssecretaris sprak op Curaçao onder meer met de | |Gouverneur van de Nederlandse Antillen, de directeur van | |het Bureau Buitenlandse Betrekkingen, de Minister van | |Onderwijs en Cultuur, mevrouw Leeflang, met gedeputeerde | |Jackson en met enkele vertegenwoordigers van het culturele | |veld. Op Aruba sprak de heer Nicolaï met de Gouverneur en | |met enkele vertegenwoordigers uit het culturele veld. | | | |In zijn gesprekken gaf Nicolaï aan dat op het | |Koninkrijksniveau het internationaal cultuurbeleid ook aan | |de Nederlandse Antillen en Aruba ten dienste staat. Goede | |voorstellen zullen serieus worden bekeken. Tot dusver wordt| |door de Nederlandse Antillen en Aruba relatief weinig een | |beroep gedaan op de HGIS-Cultuurmiddelen. Daarnaast wil de | |staatssecretaris, zoals dat reeds is gebeurd ten aanzien | |van het gemeenschappelijk cultureel erfgoed (GCE) ook | |breder bezien in hoeverre ICB-middelen ten behoeve van | |activiteiten op de Nederlandse Antillen kunnen worden | |ingezet. Bij alle gesprekspartners bestond hiervoor de | |nodige belangstelling. Wel was men veelal onbekend met de | |(on)mogelijkheden van het ICB. Minister Leeflang pleitte | |voor versterking van het landsbeleid inzake cultuur. Meer | |samenhang was nodig. Men moest op zoek naar "een nieuwe | |gezamenlijkheid", een "olympische identiteit". Verder | |wilde zij inzetten op digitalisering van erfgoed. De eerder| |aangekondigde nota inzake cultuurbeleid bleek nog niet | |gereed te zijn. De minister erkende dat haar mogelijkheden | |uiterst beperkt zijn. Cultuur is een eilandszaak. Ieder | |eiland kent zijn eigen beleid en accenten. Dat laatste | |bleek ook in het gesprek met gedeputeerde Jackson, die zich| |met gebruikmaking van de bescheiden middelen voor cultuur | |hard maakt voor activiteiten ter versterking van de | |Curaçaose identiteit zoals vlaggendag, het volkslied en de | |benaming van straten: "investeren in trots". Ook op Aruba | |is die nationale nadruk aanwezig. | | | |Inmiddels is het beleidsvoornemen van de ministeries van | |OCW en BZ ten aanzien van de Nederlandse Antillen en Aruba | |om voor het internationaal cultuurbeleid het | |aandachtsgebied Geografische prioriteiten uit te breiden | |met de Nederlandse Antillen en Aruba voor zover het grote | |projecten betreft die zich in meer dan één land van de | |Caribische regio afspelen, vastgesteld en aangeboden aan de| |Staatscourant ter publikatie. | | | |Tijdens het bezoek kwamen enkele voorbeelden van contacten | |met cultuurdragers en cultuur van overzee aan de orde, | |zoals het initiatief van David Bade op Curaçao (stichting | |Buena Bista). Ook de expositie "De erfenis van de | |Slavernij" die eerder in het Wereldmuseum in Rotterdam was | |te zien en op 1 juli Santa Martha op Curaçao is geopend, is| |een goed voorbeeld van uitwisseling. |
2. Slotopmerkingen
Suriname: Ook bij dit bezoek blijkt temeer hoe belangrijk de culturele betrekkingen tussen Suriname en Nederland zijn in de gewijzigde relatie tussen beide landen. Nederland zet, zoals bekend, zwaar in op deze betrekkingen, zowel wat betreft cultuur en ontwikkeling, als erfgoed en internationaal cultuurbeleid. Aan Surinaamse zijde bestaat, met de nodige beperkingen op financieel en organisatorisch/institutioneel terrein, bepaald animo om verdere afspraken met Nederland te maken en projecten aan te pakken. Vele onderwerpen lenen zich daarvoor: het Archief, het Surinaams museum in Fort Zeelandia en zijn nieuwe depot, de nieuwe Nationale Volksmuziekschool waar plannen voor een artists-in-residence programma worden ontwikkeld, diverse objecten in de binnenstad van Paramaribo, de podiumkunsten (verwezen moge worden naar de op handen zijnde premiere op 10 augustus a.s. van De Tranen van Den Uyl in Paramaribo) en de institutionele versterking van cultuur op het Directoraat van het ministerie voor onderwijs en volksontwikkeling, waarvoor bestaande middelen voor versterking van de infrastructuur kunnen worden ingezet.
Nederlandse Antillen en Aruba: door het uitbreiden van het beleidskader voor het internationaal cultuurbeleid kunnen inmiddels ook de Nederlandse Antillen en Aruba een beroep doen op de HGIS-Cultuurmiddelen, als het gaat om grote projecten, die zich in meer dan één land van de Caribische regio afspelen.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
---- --