Unicef



Gambia: eindelijk kan Isatou naar school 04 juli 2006, Banjul - Vooral in de Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara zorgt hiv/aids voor een enorm drama. Miljoenen mensen zijn intussen overleden aan het virus, en even zoveel mensen kwijnen weg. Ouders die aids hebben, kunnen vaak niet meer voor hun kinderen zorgen. Zij hebben dan ook grote moeite het hoofd boven water te houden. Sinds kort vormt Isatou uit Gambia de uitzondering op de bittere regel.

De zesjarige Isatou en haar zusje Jainaba. Foto: Unicef Gambia/Downes-Thomas
De zesjarige Isatou en haar zusje Jainaba. Foto: Unicef Gambia/Downes-Thomas

Gezellig zit Isatou een banaan te eten. Ze vertelt over school, over de balspelletjes die ze zo leuk vindt en over haar familie. Ze houdt van haar familie en is graag bij hen. Maar vijf maanden geleden zag haar toekomst er niet zo rooskleuring uit.

18 miljoen aidswezen in 2010 Haar vader, Moustapha, heeft het hiv/aids-virus, het virus dat in Afrika tot nu toe meestal tot een wisse dood leidt. In landen ten zuiden van de Sahara zullen in 2010 meer dan 18 miljoen kinderen een of beide ouders aan aids hebben verloren. De toekomst voor deze miljoenen aidswezen is vaak ongewis. Dat gold ook voor Isatou. Doordat Moustapha continue verzorging nodig had, moest ze dagelijks bijspringen om te helpen. School werd noodgedwongen verwaarloosd.

Kinderen weer kind laten zijn Gewoon kind zijn, was er niet bij. Afgezien van het werk dat ze moest verrichten, was de dagelijkse confrontatie met haar zieke vader ook moeilijk. Het lijden van de vader hield de hele familie in haar greep.

Gelukkig kreeg het Catholic Development Office (CaDO) in de gaten hoe dit gezin eraan toe was. Samen met Unicef zijn ze in Gambia een project gestart dat als doel heeft kinderen als Isatou en hun families uit de brand te helpen. Een van de belangrijkste zaken hierbij is dat de kinderen weer naar school kunnen. Dankzij het CaDO en Unicef krijgt Moustapha nu aidsremmers. Het gaat aanzienlijk beter met hem.

Isatou en haar kleine zusje kunnen nu weer naar school. Deze wordt betaald door beide organisaties, net als de lesboeken en de vereiste schooluniformen. Ook wordt er maandelijks een 'hygiënie pakket' aan de familie verstrekt, met daarin onder meer zeep en tandpasta.

Leven is veranderd
"Ik zie dat hun leven is veranderd", vertelt Emerence Fonu, medewerkster van het project en begeleidster van de familie. Moustapha bevestigt dat. "Ik wil dat m'n gezin gezond is en dat ik ze waar mogelijk kan helpen."

Naast de medische verzorging, zorgt het CaDO ook voor psychosociale ondersteuning. Vijftig families en kinderen worden op deze manier geholpen, binnenkort worden het er 75. Maar er zijn nog duizenden arme gezinnen die deze hulp ook verdienen. Deze kinderen zitten, net als Isatou tot voor kort, vaak thuis. De toekomst gaat aan hen voorbij.

"Juist deze kinderen hebben onze steun nodig", vertelt Cheryl Gregory Faye van Unicef. "Zij hebben hun ouders ook nodig. Door de omstandigheden gaat dat niet en dan is de kans extra groot dat ze ondervoed raken, onderwijs missen en uitgebuit worden. Projecten als deze geven kinderen weer een kans."