30 juni 2006
Antwoorden op kamervragen van het lid Externe link Azough
(GroenLinks) over de ondervertegenwoordiging van allochtonen in de
politieorganisatie. (Ingezonden 29 mei 2006)
---
1. Vraag
Is er in de Nederlandse politieorganisatie sprake van een
ondervertegenwoordiging van allochtonen?
1. Antwoord
In 2003 was het percentage allochtonen bij de Nederlandse politie 5,9
%. In 2004 en 2005 is dit percentage licht gestegen naar 6,2 %. Het
absolute aantal allochtonen bij de politie is de afgelopen jaren ook
gestegen (van 3580 in 2004 naar 3629 in 2005). In vergelijking met
andere sectoren zoals brandweer (1,1 %), de politiek (3 %) en defensie
(7,5 %) doet de politie het niet slechter. Dit laat onverlet dat ik
vind dat het percentage allochtonen omhoog moet. De regionale
streefpercentages die zijn vastgesteld in het kader van de
prestatieafspraken zijn hierbij leidend.
2. Vraag
Hoeveel allochtonen traden er sinds 2002 in dienst bij de politie?
Hoeveel zijn er van die groep nog steeds werkzaam binnen de
politiekorpsen?
2. Antwoord
Ik heb de beschikking over gegevens van het totaal aantal allochtonen
dat werkzaam is bij de politie per jaar. Op dit moment laat ik een
analyse uitvoeren over in- en uitstroomgegevens van allochtonen bij de
politie. Ik zal u hierover voor het eind van het jaar informeren.
3. Vraag
Welke initiatieven heeft u tot nu toe genomen om allochtonen te werven
voor een functie binnen de politie? Waarom schieten deze initiatieven
tekort? Wat kan er volgens u verbeterd worden aan het werven en
behouden van allochtone politiefunctionarissen? Welke problemen
onderkent u bij het doorstromen van allochtone, vrouwelijke en / of
homoseksuele politiefunctionarissen naar hogere functies binnen de
politieorganisatie? Is dit een reden om de dienst te verlaten?
3. Antwoord
De afgelopen jaren is binnen de politie veel aandacht besteed aan
werving en instroom van allochtonen. In alle landelijke
wervingscampagnes wordt nadrukkelijk aandacht besteed aan allochtonen.
De Politieacademie ontwikkelt op dit moment de nieuwe wervingscampagne
voor de politie. Ik zal er wederom op toezien dat deze campagne
aandacht schenkt aan het werven van allochtonen en vrouwen.
Met name in de grote steden worden projecten uitgevoerd waarbij
specifiek aandacht wordt besteed aan het benaderen van allochtonen. Er
wordt bijvoorbeeld geëxperimenteerd met voorschakelklassen. Daarnaast
zijn diverse activiteiten uitgevoerd zoals het geven van
diversiteittrainingen aan leden van selectiecommissies, het inzetten
van pluriforme selectieteams, het actief werven onder doelgroepen door
middel van het opzetten van netwerken en specifieke wervingskanalen
zoals het deelnemen aan banenbeurzen.
Naast de werving en instroom is het van belang om in het beleid
gericht aandacht te besteden aan het behoud van allochtone
politiefunctionarissen. Een belangrijk element bij het doorstromen van
allochtone, vrouwelijke en/of homoseksuele politiefunctionarissen naar
hogere functies binnen de politieorganisatie is mogelijk de cultuur en
de omgangsvormen binnen de politie. Relevant in dit verband is dat
binnenkort een grootschalig onderzoek bij de politie wordt gestart
naar omgangsvormen, werkbeleving en diversiteit bij de Nederlandse
politie anno 2006 (NISSO onderzoek). De beleving en positie van
allochtone, vrouwelijke en / of homoseksuele politiefunctionarissen
binnen de politieorganisatie is hier een onderdeel van. De resultaten
hiervan worden in 2007 verwacht. Voorbeelden van activiteiten die in
het kader van behoud van allochtone politiefunctionarissen worden
uitgevoerd, zijn het geven van multiculturele trainingen, buddy
systemen, integrale programma's over goed gedrag en bejegening.
De verschillende activiteiten op het gebied van instroom, doorstroom
en behoud van allochtonen, vrouwen en homoseksuelen zijn op mijn
initiatief samengevat in het Meerjarenkader Diversiteit Politie
2006-2010. Dat is gebeurd in samenspraak met politiekorpsen, het
Landelijk Expertisecentrum Diversiteit, het Bureau Landelijk
Management Development Politie en Brandweer en de Politieacademie.
4. Vraag
Is onderzoek gedaan naar de factoren die de doorstroming en behoud van
allochtone politiefunctionarissen belemmeren? Zo neen, bent u bereid
een dergelijk onderzoek uit te voeren?
4. Antwoord
In opdracht van de Politieacademie wordt door een onafhankelijk bureau
onderzoek gedaan naar de meerwaarde van allochtonen bij de politie en
de obstakels die zij daarbij ondervinden. Dit onderzoek zal gereed
zijn in september 2006. De resultaten moeten inzicht geven in de mate
van tevredenheid van de allochtone politiemedewerker, de waardering
die zij ondervinden bij hun leidinggevende en collega's en de mate
waarin zij ongewenst gedrag ervaren. Zie ook de beantwoording van
vraag 3.
5. Vraag
Hoeveel allochtone politiefunctionarissen bekleden hogere functies
binnen de politieorganisatie?
5.Antwoord
In de korpsleidingen (korpschefs en plaatsvervangend korpschefs) zijn
van de 52 personen 2 personen geregistreerd als allochtoon. Het aantal
allochtone politiefunctionarissen in hogere functies moet worden
verhoogd. Er is structureel contact tussen het Landelijk
Expertisecentrum Diversiteit en het bureau Landelijk Management
Development Politie en Brandweer om de doorstroom en zij-instroom van
(hoogopgeleide) allochtonen en vrouwen te bevorderen.
6. Vraag
Is het waar dat veel allochtone politiefunctionarissen uit dienst gaan
wegens mogelijke discriminatoire gedragingen binnen de politie? Wat
vindt u van de opmerking van de oud-korpschef Horstmann 2) dat de
politie in Nederland te weinig besef heeft van racisme en alle vormen
die dat kan aannemen? Deelt u Horstmanns opvatting dat daardoor goede
mensen voor de politie verloren gaan?
6. Antwoord
Wat betreft de opmerking van de oud-korpschef Horstmann wil ik
aangeven dat het thema racisme bij de politie de aandacht heeft. Op 14
januari 2004 heeft de Raad van Hoofdcommissarissen een aantal
beslissingen genomen over de aanpak van discriminatie bij de politie
zoals het onderwerp agenderen in het regionale driehoeksoverleg, het
implementeren van de Aanwijzing Discriminatie 2003 en het benoemen van
een contactpersoon discriminatiezaken. Discriminatie is een duidelijk
onderwerp binnen het Referentiekader Diversiteit van de Nederlandse
politie en binnen het NISSO onderzoek (zie beantwoording van vraag 3).
Het onderwerp discriminatie wordt een belangrijk element binnen de
prestatieafspraken 2007-2008.
In het Referentiekader Diversiteit is opgenomen dat met medewerkers
uit de doelgroepen die het korps verlaten een exitgesprek wordt
gehouden. In deze gesprekken kan discriminatie als reden naar voren
komen.
De vertrekredenen van allochtone politiefunctionarissen worden op dit
moment niet landelijk geregistreerd.
7. Vraag
Is ook sprake van een ondervertegenwoordiging van vrouwen en homo's
bij de politie?
7. Antwoord
Kijkend naar de feiten meen ik dat het diversiteitbeleid gericht op
vrouwen bij de politie de afgelopen jaren zijn vruchten heeft
afgeworpen. Het landelijke percentage vrouwen in executieve functies
is in de loop der jaren gestegen van 17,8 % in 2000 naar 18,2 % in
2005. Het totaalpercentage vrouwen bij de politie bedraagt 32 % in
2005. Aan deze cijfers is te zien dat de politie vooruitgang boekt
voor wat betreft de vertegenwoordiging van vrouwen. De intentie
bestaat deze lijn voort te zetten. Hierbij richt ik mij in het
bijzonder op het verhogen van het aantal vrouwen in hogere functies
bij de politie. Het aantal homoseksuelen bij de politie wordt niet
geregistreerd.
8. Vraag
Vindt u ook dat het vaststellen van streefcijfers voor politiekorpsen
te weinig soelaas biedt? Is hier niet doortastender optreden vereist?
Zo neen, waarom niet?
1) onderzoek van het TV-programma NOVA
2) `Gekwalificeerde allochtoon maakt bij politie weinig kans', de
Volkskrant, 17 mei 2006.
8. Antwoord
Het vaststellen van streefcijfers voor politiekorpsen is een middel om
de aandacht te vestigen op het belang van het aantrekken en behouden
van allochtonen bij de politie vanuit de visie dat we de kwaliteiten
van deze personen onmisbaar vinden voor het uitvoeren van de kerntaken
van de politie. Een streefcijfer is dan ook een belangrijk instrument
om korpsen aan te zetten tot concrete activiteiten. Voor het uitvoeren
van concrete activiteiten kunnen korpsen worden ondersteund door het
Landelijk Expertisecentrum Diversiteit. Monitoring van de activiteiten
vindt onder andere plaats middels het eerder genoemde Referentiekader
Diversiteit. Tenslotte wil ik aangeven dat ik het Referentiekader
Diversiteit wil opnemen in de nieuwe prestatieafspraken van de
politie.
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties