Opnieuw levenslange gevangenisstraf geëist voor Lucia de B.
29 juni 2006
Lucia de B. heeft vandaag opnieuw levenslange gevangenisstraf tegen
zich horen eisen door de advocaat-generaal bij het Hof Amsterdam.
De zaak tegen Lucia de B. is op 14 maart jongstleden door de Hoge Raad
verwezen naar het Hof Amsterdam. Het Hof Amsterdam dient zich in deze
zaak uitsluitend uit te laten over de strafbaarheid van de verdachte
en de sanctieoplegging: de bewezenverklaring van onder meer zeven
moorden en drie pogingen tot moord is door de Hoge Raad in stand
gelaten.
De advocaat-generaal heeft vandaag in haar requisitoir uitgebreid
uiteengezet waarom zij van mening is dat aan verdachte een levenslange
gevangenisstraf moet worden opgelegd. Hierbij heeft zij gewezen op het
feit dat de deskundigen van het Pieter Baan Centrum in deze zaak zelf
aangaven onvoldoende zicht te hebben gekregen op de persoon van
verdachte, mede door haar ontkennende houding en haar opstelling. Zij
hebben geen causaal verband kunnen vaststellen tussen de bij verdachte
geconstateerde persoonlijkheidsstoornis en de bewezenverklaarde feiten
en kunnen zich onvoldoende uitspreken over de mate van invloed van de
stoornis op de feiten. Volgens de advocaat-generaal behoorde tbs met
dwangverpleging met een langdurige vrijheidsstraf hierdoor niet tot de
mogelijkheden.
In een vergelijking tussen de in een rapportage van een Amerikaans
deskundige op ter terrein van seriemoordenaars opgenomen profielen en
kenmerken van verpleegkundige seriemoordenaars en verdachte ziet de
advocaat-generaal opmerkelijk veel overeenkomsten. Het gevaar voor
herhaling schat zij hoog in. Reden waarom zij vraagt om maximale
beveiliging van de samenleving.
De advocaat-generaal requireerde dat, gezien de zeer grote ernst van
de feiten en het grote recidivegevaar, een levenslange gevangenisstraf
de enige straf is die verdachte âverdientâ en de maatschappij vraagt
uit oogpunt van maximale beveiliging.
Uitspraak: 13 juli 2006
Openbaar Ministerie