Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer

Speech Minister Dekker, tijdens bijeenkomst over Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer/Bollenstreek, 27 juni 2006 te Haarlemmermeer

Gedeputeerden Hooijmaijers en Van Dijk,

Hartelijk dank voor de gebiedsuitwerking Haarlemmermeer/Bollenstreek!

Dames en heren,

Ik ben blij dat we vandaag op deze mooie plek in het Haarlemmermeerse Bos bijeen zijn. Het verheugt mij dat alle partijen, die aan de gebiedsuitwerking hebben bijgedragen, vertegenwoordigd zijn. Van de gemeentes Bennebroek en Haarlemmermeer, via het Hoogheemraadschap van Rijnland tot het samenwerkingsverband Holland Rijnland. Onder regie van de provincies Noord- en Zuid-Holland heeft u allen een grote inspanning geleverd om de ruimtelijke opgaven in dit deel van de Randstad een goede plek te geven. Dat staat voor mij buiten kijf. Het resultaat is er naar: een gebiedsuitwerking die breed gedragen wordt. Een gebiedsuitwerking ook die symbool staat voor de nieuwe sturingsfilosofie uit de Nota Ruimte: Decentraal wat kan, centraal wat moet! Nogmaals mijn complimenten voor uw inzet!

Ik wil graag van de gelegenheid gebruik maken om kort te reageren op de resultaten van de gebiedsuitwerking. Mijn uitgeschreven reactie ontvangt u na deze bijeenkomst in de vorm van een brief.

Anderhalf jaar geleden vroeg ik u de mogelijkheden te onderzoeken van woningbouw op uitleglocaties in de Haarlemmermeer en de Bollenstreek. In de periode 2010 tot 2030 zou het gaan om 10.000 á 20.000 woningen. Deze woningbouwopgave moest worden verzoend met de grote ruimtelijke claims voor natuur, recreatie en waterberging. Zonder echter de forse ruimtelijke beperkingen uit het oog te verliezen die in dit gebied gelden.
Beperkingen die voortkomen uit het gebruik van onze mainport Schiphol, maar ook beperkingen die te maken hebben met het Nationale landschap Groene Hart en met de functie van de twee belangrijke Greenports Aalsmeer en de Bollenstreek.
Al met al was er sprake van een integrale en vooral complexe opgave. Ik stel met genoegen vast dat u die opgave tot een goed eind heeft gebracht. Bij realisatie van het totale woningbouwprogramma - in uitleg en binnen bestaand stedelijk gebied is er sprake van bijna 25.000 woningen. In vergelijking met de regionale verstedelijkingsafspraken, die in Noordvleugelverband zijn gemaakt (29 duizend woningen tussen 2010 en 2030), komt u dus wel enigszins tekort. Dit kleine tekort en de lange tijdspanne waarover het hier gaat, geeft echter wat mij betreft op zich geen aanleiding elders aanvullende ruimte voor woningbouw te zoeken. Nu het op de uitvoering aankomt, blijft de noodzaak dat alle partijen zich maximaal inspannen wel onverminderd urgent.

Uw streven om alle opgaven een plaats te geven, dwong u naar creatieve en innovatieve oplossingen te zoeken. Bijvoorbeeld door verschillende functies te combineren. Neem de Westflank van Haarlemmermeer waar u het mogelijk acht om rode, groene en blauwe functies in samenhang tot ontwikkeling te brengen. Daarmee kan de Noordvleugel de toevoeging van een kwalitatief hoogwaardig woonmilieu tegemoet zien.

Het behoud van de greenportfunctie van de Bollenstreek is een belangrijk gegeven. Toch hebt u gezamenlijk gezocht naar extra ruimte voor woningbouw in het gebied. En dat is u gelukt. U hebt ruimte voor ruim 3 duizend woningen gevonden, buiten bestaand bebouwd gebied. Dat is niet niks. Maar dit kan alleen worden gerealiseerd als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Zo moeten de te bebouwen bollengronden in het gebied zelf worden gecompenseerd. Ik verwacht dat u daar gezamenlijk in slaagt. Pas dan kan de realisering van deze woningbouwlocaties daadwerkelijk van start.

Dames en heren,
Ik geloof dat ik hiermee de twee belangrijkste onderdelen van de gebiedsuitwerking heb genoemd. De ontwikkeling van de Westflank van de Haarlemmermeer enerzijds en het toekomstperspectief van de Bollenstreek anderzijds.
Om met het eerste te beginnen. De ontwikkeling van de Westflank, zoals die u voor ogen staat, is afhankelijk van de aanpassing van de bestaande afspraken over het Strategische Groenproject. Bovendien dienen de bouwbeperkingen voor Hoofddorp-West te worden opgeheven. Zoals u weet heb ik dat laatste reeds gedaan. De evaluatie van de Schipholwetgeving gaf me daar aanleiding toe. Zo ontstaat er ruimte voor woningbouw in het Noord-Hollandse deel van de gebiedsuitwerking. Over nieuwe afspraken voor de Westflank en het daarin opgenomen Strategisch Groen, zou ik graag met u en met collega Veerman van LNV van gedachten willen wisselen. Samen komen we daar wel uit. Uw uitwerking spreekt me zeer aan. Het komt nu aan op realisatie van uw voorstellen.
Dan de Bollenstreek. Ik ben blij dat u enige ruimte hebt kunnen vinden voor woningbouw na 2010. Ik besef dat er lokaal en regionaal weerstand bestaat tegen grootschalige verstedelijking en zorg is om het aanwezige bollencomplex, de bollengronden en de greenportfunctie te behouden. Ook het rijk acht dit van nationaal belang. In de Nota Ruimte is er voor dit gebied naast de functie als bollencomplex echter nóg een nationaal belang aangegeven: Het gebied is immers aangemerkt als bundelingsgebied voor verstedelijking. De kunst blijft om beide doelen ook voor de langere termijn te realiseren en de ruimtelijke kwaliteit daarbij te verhogen. Uw uitwerking is voor de komende jaren hierin een belangrijke stap.
Ik begrijp dat u ook zelf aangeeft dat het gebied - en de bollensector
- aan de vooravond staat van een ingrijpende herstructurering die richting geeft aan de ontwikkeling van het gebied voor de langere termijn. Daarover wil ik met u afspraken maken.

Niet alleen voor het behoud en de ontwikkeling van de greenportfunctie op de langere termijn is deze integrale herstructurering van groot belang. Het helpt daarnaast de verrommeling van het landschap tegen te gaan. Bovendien kunnen de potenties van het gebied voor werken en wonen nog beter worden benut. Natuurlijk vergt zon grote onderneming een flinke inzet van alle betrokkenen, inclusief het rijk. Net als dat bij eerdere ruilverkavelingen en reconstructies in het oosten en zuiden van ons land het geval was.

Ook in de Bollenstreek kan herstructurering de potenties van het gebied voor zowel bollen, woningbouw als natuurontwikkeling tot bloei laten komen. Op de langere termijn is dat niet alleen goed voor de Bollenstreek zelf, maar ook voor de Randstad en heel Nederland. Daarom nodig ik u bij dezen uit om in aansluiting op de gebiedsuitwerking voor de langere termijn te overleggen over de mogelijkheden voor deze integrale herstructurering, of liever gezegd gebiedsontwikkeling. Graag spreek ik daarover dit najaar met u verder. Uiteraard zal ik dat samen met mijn collega van LNV doen.
En dan uw oproep om als rijk en regio gezamenlijk de verbetering van de infrastructuur ter hand te nemen. Het rijk is momenteel samen met de regio bezig met het opstellen van de netwerkanalyses voor de Noord- en Zuidvleugel. Hierin worden niet alleen de knelpunten in het rijkswegennet onderzocht, maar ook de relatie met het onderliggend wegennet. Naar verwachting zullen de resultaten van de netwerkanalyses in augustus/september gereed komen. Aan de hand daarvan wil ik graag met u verder spreken over de mogelijkheden die rijk en regio hebben om te investeren in de noodzakelijke verbetering van de bereikbaarheid van dit gebied, dat de schakel vormt tussen beide vleugels. Dames en heren,

Ik heb net een korte reactie gegeven op de resultaten van de gebiedsuitwerking. Voor een meer uitgebreide reactie verwijs ik u naar de brief die ik u, mede namens mijn collegas, zal sturen. Over een paar dagen neemt het kabinet een besluit over het rijksprogramma voor de Noordvleugel. De resultaten van deze gebiedsuitwerking worden daarbij betrokken.

Zoals ik heb aangegeven, moeten de afspraken over de Westflank van de Haarlemmermeer en over de Bollenstreek verder worden uitgewerkt en operationeel gemaakt. Wij spreken elkaar daarover naar verwachting in het najaar. Ik kijk daar naar uit.

Ik dank u wel.