Publicatiedatum: 28 juni 2006

Europese bijdrage voor de grote windtunnel

De Duits-Nederlandse Windtunnel (DNW) in marknesse krijgt 1 miljoen euro Europese subsidie voor het moderniseren van het aandrijfsysteem voor de schroef van ruim 12 meter doorsnee.

De DNW Large Low-speed Facility, gebouwd in de jaren 1976 - 1980, met meetplaatsen met afmetingen van 8x6 en 9,5x9,5 m2, is één van de meest prominente faciliteiten voor lage-snelheidsonderzoek aan modellen van vliegtuigen, ruimtevaartuigen en helikopters ter wereld. Tot de klantenkring van de LLF behoren toonaangevende firma's als Airbus, EADS, Lockheed Martin en Northrop Grumman. Daarnaast wordt de LLF regelmatig gebruikt door truckfirma's als MAN, Renault, Saab Scania, Iveco en Volvo Truck voor aërodynamisch onderzoek aan ware-grootte truck-trailer combinaties en vrachtwagens. De windtunnel levert daarmee niet alleen een onmiskenbare bijdrage aan het ontwerp van vele nieuwe voertuigen, maar is tevens van substantieel belang voor een beter milieu door lagere uitlaat emissies en minder geluidshinder rond luchthavens als Schiphol. De LLF is daardoor een onmisbaar onderdeel van de Europese kennisinfrastructuur.

Het te subsidiëren project omvat de modernisering van het 25 jaar oude regelsysteem door een equivalent digitaal systeem van zeer hoge betrouwbaarheid en met minimaal dezelfde bereik- en
nauwkeurigheidseisen. Belangrijke oorzaken om tot deze upgrade over te gaan zijn de sterk toegenomen omzet van de LLF (in de laatste 7 jaar verdubbeld!) en de huidige leeftijd van het systeem. Om
productieverlies door storingen tot een minimum te reduceren, zijn investeringen als voornoemd onvermijdelijk. Daarmee wordt niet alleen behoud van werkgelegenheid zeker gesteld, maar kan meer
werkgelegenheid (tot 12 fte's) worden gecreëerd, één van de hoofddoelstellingen van het Europees Programma.

De luchtstroom in de windtunnel wordt opgewekt door middel van een reusachtige fan met een diameter van 12.35 m en een maximum toerental van 225 rpm. De fan wordt aangedreven door een door de firma Siemens A.G. geleverde compacte, frequentie gestuurde, synchrone
wisselstroommotor met een piekvermogen van 14.3 MW. De motor wordt gevoed uit het landelijke stroomnet door middel van 12-pulse cycloconvertors voorzien van watergekoelde thyristoren via een lijnfilter en een transformator. Door deze opzet was het mogelijk om een zeer nauwkeurige regeling van het toerental te realiseren met een hoog motorrendement en een minimum aan netvervuiling. Voor de controle en regeling van het aandrijfsysteem wordt gebruik gemaakt van een voornamelijk op analoge componenten gebaseerd systeem, dat is ondergebracht in de machinehal van de LLF.